Einde inhoudsopgave
RvdW 2017/679
Profijtontneming. Slagende klacht dat het in de hoofdzaak inbeslaggenomen en verbeurdverklaarde geldbedrag niet in mindering is gebracht op de betalingsverplichting (vgl. HR 17 mei 2016, NJ 2016/283).
HR 30-05-2017, ECLI:NL:HR:2017:1033
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
30 mei 2017
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, V. van den Brink, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
16/01651 P
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:1033, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 30‑05‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:403, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑04‑2017
Essentie
Profijtontneming. Slagende klacht dat het in de hoofdzaak inbeslaggenomen en verbeurdverklaarde geldbedrag niet in mindering is gebracht op de betalingsverplichting (vgl. HR 17 mei 2016, NJ 2016/283).
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 1 juni 2015, nummer 20/000282-14, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van: [verdachte]. Adv.: mr. R.J. Baumgardt, te Spijkenisse.
Conclusie
Conclusie A-G mr. F.W. Bleichrodt:
1.
Het gerechtshof ‘s-Hertogenbosch heeft bij uitspraak van 1 juni 2015 de betrokkene bij verstek de verplichting opgelegd tot betaling van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.