Einde inhoudsopgave
Advocatenwet
Artikel 2b [Uitzondering op 3-jaarstermijn]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2015
- Bronpublicatie:
01-10-2014, Stb. 2014, 354 (uitgifte: 15-10-2014, kamerstukken: 32382)
- Inwerkingtreding
01-01-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-11-2014, Stb. 2014, 429 (uitgifte: 14-11-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Advocaat
Staatsrecht / Rechtspraak
1.
Indien de advocaat gedurende ten minste drie jaar daadwerkelijk en regelmatig in Nederland als advocaat werkzaam is geweest, doch gedurende kortere tijd in het Nederlandse recht, kan de raad van de orde in het arrondissement waarin de advocaat kantoor kan houden het document, bedoeld in het eerste lid van artikel 2a, afgeven als de advocaat voldoende bekwaam is om de werkzaamheden in het Nederlandse recht, met inbegrip van het gemeenschapsrecht voort te zetten. Hierbij houdt de raad rekening met:
- a.
de periode gedurende welke de betrokken advocaat daadwerkelijk en regelmatig werkzaamheden heeft verricht in Nederland,
- b.
de kennis en beroepservaring op het gebied van het Nederlandse recht,
- c.
de deelname aan cursussen of seminars met betrekking tot het Nederlandse recht en
- d.
de kennis en beroepservaring van alsmede de deelname aan cursussen of seminars over de Nederlandse beroeps- en gedragsregels.
2.
De beoordeling van de daadwerkelijke en regelmatige werkzaamheden in Nederland alsmede de beoordeling van de bekwaamheid van de advocaat om de in Nederland uitgeoefende werkzaamheden voort te zetten, vinden plaats in het kader van een onderhoud dat ten doel heeft de daadwerkelijke en regelmatige aard van de uitgeoefende werkzaamheid te verifiëren.