Einde inhoudsopgave
Advocatenwet
Artikel 8c [Schrapping]
Geldend
Geldend vanaf 01-03-2020
- Bronpublicatie:
18-12-2019, Stb. 2020, 2 (uitgifte: 13-01-2020, kamerstukken: 35262)
- Inwerkingtreding
01-03-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-01-2020, Stb. 2020, 29 (uitgifte: 31-01-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Advocaat
Staatsrecht / Rechtspraak
1.
De secretaris van de algemene raad schrapt de advocaat die op het tableau is ingeschreven in geval:
- a.
Hij om schrapping heeft verzocht omdat hij niet langer op het tableau wenst ingeschreven te staan of enige betrekking heeft verkregen waarmee het beroep van advocaat onverenigbaar is. In het laatstbedoelde geval kan eveneens de rechtbank in het arrondissement waarin de advocaat kantoor houdt tot schrapping beslissen op requisitoir van het openbaar ministerie, de raad van de orde in het arrondissement gehoord. Van de beslissing tot schrapping wordt door de griffier van de rechtbank kennisgegeven aan de secretaris van de algemene raad met het oog op de verwerking op het tableau;
- b.
De advocaat is overleden;
- c.
Hij, hetzij onafgebroken, hetzij met onderbrekingen, gedurende een tijdvak van drie jaar voorwaardelijk als advocaat ingeschreven heeft gestaan:
- 1°
zonder dat de verklaring bedoeld in artikel 9b, vijfde lid, kan worden overlegd; of
- 2°
zonder dat het bewijs kan worden overgelegd dat met gunstig gevolg het in artikel 9c bedoelde examen is afgelegd.
2.
Indien het in het eerste lid, onderdeel c, bedoelde tijdvak is onderbroken en de verklaring bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, onder 1°, of het onder 2°, bedoelde bewijs niet kan worden overgelegd, kan betrokkene verzoeken om opnieuw gedurende een tijdvak van drie jaar voorwaardelijk als advocaat te worden ingeschreven. Dit verzoek kan worden ingediend na drie jaar na onderbreking van het tijdvak.
3.
Voor voorwaardelijk ingeschreven advocaten die in deeltijd werkzaam zijn, wordt het in de aanhef van het eerste lid, onderdeel c, bedoelde tijdvak naar evenredigheid verlengd, met dien verstande dat deze verlenging niet meer dan drie jaar kan bedragen. Indien de raad op grond van artikel 9b, tweede lid, de stage heeft verlengd, wordt het in de aanhef van het eerste lid, onderdeel c, bedoelde tijdvak verlengd met de in de beslissing opgenomen termijn, met dien verstande dat deze verlenging niet meer dan drie jaar kan bedragen.
4.
De in het eerste lid, onderdeel c, bedoelde schrapping geschiedt middels een beschikking van de algemene raad met ingang van een tijdstip dat ten minste twee maanden en ten hoogste zes maanden na de datum van de beschikking gelegen is. Van de beschikking wordt gelijktijdig mededeling gedaan aan de betrokken advocaat, diens patroon, de raad van de orde in het arrondissement waar de advocaat kantoor houdt en aan het openbaar ministerie.
5.
De secretaris van de algemene raad geeft van de schrapping binnen acht dagen kennis aan de algemene raad en de raad van de orde in het arrondissement.