HR, 02-02-2024, nr. 23/02519
ECLI:NL:HR:2024:159
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
02-02-2024
- Zaaknummer
23/02519
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:HR:2024:159, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑02‑2024; (Artikel 81 RO-zaken, Cassatie)
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2023:1205
- Vindplaatsen
AR-Updates.nl 2024-0179
JAR 2024/74
VAAN-AR-Updates.nl 2024-0179
Uitspraak 02‑02‑2024
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer 23/02519
Datum 2 februari 2024
BESCHIKKING
In de zaak van
[weknemer],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKER tot cassatie,
hierna: werknemer,
advocaat: A.H. Vermeulen,
tegen
KWIK-FIT NEDERLAND B.V.,
gevestigd te Harderwijk,
VERWEERSTER in cassatie,
hierna: werkgever,
advocaat: S.F. Sagel.
1. Procesverloop
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
a. de beschikkingen in de zaak 9286544/21-50403 van de rechtbank Den Haag van 3 november 2021 en 21 februari 2022;
b. de beschikking in de zaak 200.312.465/01 van het gerechtshof Den Haag van 4 april 2023.
Werknemer heeft tegen de beschikking van het hof beroep in cassatie ingesteld.
Werkgever heeft een verweerschrift tot verwerping ingediend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal G.R.B. van Peursem strekt tot verwerping van het cassatieberoep.De advocaat van werknemer heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.
2. Beoordeling van het middel
De Hoge Raad heeft de klachten over de beschikking van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die beschikking. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).
3. Beslissing
De Hoge Raad:
- verwerpt het beroep;
- veroordeelt [weknemer] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Kwik-Fit Nederland B.V. begroot op € 857,-- aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten indien [weknemer] deze niet binnen veertien dagen na heden heeft voldaan.
Deze beschikking is gegeven door de vicepresident M.J. Kroeze als voorzitter en de raadsheren T.H. Tanja-van den Broek en F.R. Salomons, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer A.E.B. ter Heide op 2 februari 2024.