BNB 2014/192
Geen verplichte herwaarderingswinst bij inbreng van een activum in een transparante personenvennootschap. Hoge Raad gaat om ten opzichte van HR, BNB 1960/34*. Tonnageregime. Winstopslag doorberekende kosten en boekwinst bij inbreng in CV
HR 11-07-2014, ECLI:NL:HR:2014:1622, m.nt. A.O. Lubbers
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
11 juli 2014
- Magistraten
Mrs. Overgaauw, Bavinck, Punt, Koopman, Van Kalmthout
- Zaaknummer
13/00372
- Conclusie
A-G Wattel
- Noot
A.O. Lubbers
- JCDI
JCDI:ADS918777:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting (V)
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:1622, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑07‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑07‑2014
ECLI:NL:PHR:2013:1483, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 22‑11‑2013
- Wetingang
Art. 3.22 lid 4, art. 3.23 lid 2 onderdeel b en art. 3.25 Wet IB 2001; art. 8 Wet VPB 1969
Essentie
Geen verplichte herwaarderingswinst bij inbreng van een activum in een transparante personenvennootschap. Hoge Raad gaat om ten opzichte van HR, BNB 1960/34*. Tonnageregime. Winstopslag doorberekende kosten en boekwinst bij inbreng in CV
Samenvatting
Belanghebbende heeft in 2000 opdracht gegeven voor de bouw van een zeeschip. In 2001 heeft zij met anderen een CV opgericht, die zich de exploitatie van zeeschepen ten doel stelt. Belanghebbende is beherend vennoot en voor 23,66% gerechtigd in het resultaat van de CV. Het schip is in maart 2001 aan belanghebbende opgeleverd. Belanghebbende heeft de economische eigendom van het schip in de CV ingebracht ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.