Einde inhoudsopgave
Successiebelastingverordening 1908 [Sint Maarten]
Artikel 13 [Verkrijging krachtens verblijvensbeding]
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Deze landsverordening verkrijgt de status van landsverordening van Sint Maarten. Voorheen landsverordening van de Nederlandse Antillen. De tekst van dit artikel, zoals deze luidde op 01-12-2001 is overgenomen uit Vakstudie Belastingen van de Koninkrijksdelen buiten Europa.
- Bronpublicatie:
20-12-2010, Afkondigingsblad van Sint Maarten 2010, GT 30 (uitgifte: 20-12-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-09-2010, Stb. 2010, 387 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt krachtens art. 131 van de Staatsregeling tegelijk in werking met art. I en II van de Rijkswet wijziging Statuut in verband met de opheffing van de Nederlandse Antillen (07-09-2010, Stb. 333).
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingen overzeese Koninkrijksdelen / Sint Maarten
Wanneer, met uitzondering van het geval van huwelijksgemeenschap, een aandeel in goederen, die aan den overledene in gemeenschap met anderen toebehoorden, bij zijn overlijden ten gevolge van eene overeenkomst verblijft aan deelgenoten tegen of zonder vergoeding aan de erfgenamen of rechtverkrijgenden van den overledene, wordt dat aandeel voor de toepassing dezer verordening geacht te zijn nagelaten en door de deelgenoten bij legaat te zijn verkregen.
Van de waarde van het aandeel kan voor de berekening der successiebelasting het bedrag van de vergoeding worden afgetrokken, mits deze voor de successiebelasting is aangegeven.