Einde inhoudsopgave
Besluit kwaliteit leefomgeving
Artikel 2.3 (omgevingswaarden zwaveldioxide)
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
03-07-2018, Stb. 2018, 292 (uitgifte: 31-08-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-04-2023, Stb. 2023, 113 (uitgifte: 07-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Vakgebied(en)
Omgevingsrecht / Algemeen
Omgevingsrecht / Omgevingswet
1.
Voor zwaveldioxide gelden de volgende ten hoogste toelaatbare concentraties:
- a.
350 μg/m3 als uurgemiddelde, dat ten hoogste 24 maal per kalenderjaar wordt overschreden;
- b.
125 μg/m3 als 24-uurgemiddelde, dat ten hoogste drie maal per kalenderjaar wordt overschreden;
- c.
20 μg/m3 als kalenderjaargemiddelde; en
- d.
20 μg/m3 als winterhalfjaargemiddelde, over de periode van 1 oktober tot en met 31 maart.
2.
De omgevingswaarden voor zwaveldioxide zijn resultaatsverplichtingen.
3.
De omgevingswaarden, bedoeld in het eerste lid, aanhef en onder c en d, gelden op locaties met een oppervlakte van ten minste 1.000 km2 die zijn gelegen op een afstand van ten minste:
- a.
20 km van een bij ministeriële regeling aangewezen agglomeratie; en
- b.
5 km van:
- 1°
een andere locatie met bebouwing;
- 2°
een ippc-installatie of een andere milieubelastende installatie; en
- 3°
een autosnelweg of autoweg waarvan per dag meer dan 50.000 motorvoertuigen gebruik maken.