Einde inhoudsopgave
RvdW 2015/678
Noodweer. Oordeel dat verdachte zich had moeten onttrekken aan (dreigende) aanranding onvoldoende gemotiveerd.
HR 19-05-2015, ECLI:NL:HR:2015:1243
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 mei 2015
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, N. Jörg, V. van den Brink
- Zaaknummer
13/02746
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:1243, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑05‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:606, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑04‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:444, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑02‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑04‑2014
- Wetingang
Art. 41 Wetboek van Strafrecht
Essentie
De verwerping van het beroep op noodweer is ontoereikend gemotiveerd. Het oordeel dat sprake was van een dreigende aanranding waaraan verdachte zich had moeten onttrekken, is gelet op hetgeen is vastgesteld over de toedacht niet begrijpelijk.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 26 april 2013, nummer 22/004363-11, in de strafzaak tegen: L., te C. Adv. mr. R.A.J. Verploegh, te ‘s-Gravenhage.
Voorgaande uitspraak
Cassatiemiddel:
Middel I
Schending van het recht en/of verzuim van vormen waarvan niet-naleving nietigheid meebreng;
Het hof heeft bewezenverklaard dat verdachte op [datum] 2010 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.