Einde inhoudsopgave
RvdW 2014/1191
Overschrijding redelijke termijn. De strafvermindering in de samenhangende strafzaak.
HR 14-10-2014, ECLI:NL:HR:2014:2975
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
14 oktober 2014
- Magistraten
Mrs W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman, Y. Buruma
- Zaaknummer
12/02859
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:2975, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 14‑10‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:1843, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑08‑2014
Essentie
Overschrijding redelijke termijn. De strafvermindering in de samenhangende strafzaak.
Partij(en)
Arrestop het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof Leeuwarden, zitting houdende te Arnhem, van 22 maart 2012, nummer 24/002110-09, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van: [betrokkene]. Adv. mr. G. Spong, te Amsterdam.
Conclusie
Conclusie A-G mr E.J. Hofstee:
1.
Het Gerechtshof te Leeuwarden, nevenzittingsplaats Arnhem, heeft bij arrest van 22 maart 2012 het door de betrokkene wederrechtelijk verkregen voordeel pondspondsgewijze vastgesteld op € 50.000 en aan de betrokkene ter ontneming van dat wederrechtelijk verkregen voordeel de verplichting opgelegd tot ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.