Richtsnoeren voor de marktanalyse en de beoordeling van aanmerkelijke marktmacht in het bestek van het EU-regelgevingskader voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten
3.1 Individuele aanmerkelijke marktmacht
Geldend
Geldend vanaf 07-05-2018
- Redactionele toelichting
De datum van afkondiging is de datum van het Publicatieblad.
- Bronpublicatie:
07-05-2018, PbEU 2018, C 159 (uitgifte: 07-05-2018, regelingnummer: 2018/C 159/01)
- Inwerkingtreding
07-05-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-05-2018, PbEU 2018, C 159 (uitgifte: 07-05-2018, regelingnummer: 2018/C 159/01)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
Mededingingsrecht / EU-mededingingsrecht
Informatierecht / ICT
53
De aanwezigheid van individuele aanmerkelijke marktmacht wordt vastgesteld op basis van een aantal criteria, die worden beoordeeld zoals hieronder uiteengezet, in het licht van de in artikel 16 van Richtlijn 2002/21/EG gespecificeerde eisen als bedoeld in punt 13 van deze richtsnoeren.
54
Bij de beoordeling van de marktmacht van een onderneming is het belangrijk rekening te houden met het marktaandeel van de onderneming (2) en met dat van haar concurrenten, maar ook met de druk die potentiële concurrenten op de middellange termijn uitoefenen. Marktaandelen kunnen de NRI's een nuttige eerste indicatie bieden van de marktstructuur en van het relatieve belang van de verschillende ondernemingen die op de markt actief zijn. Toch zal de Commissie marktaandelen interpreteren in het licht van de betrokken marktsituatie, en met name de dynamiek van de markt en de mate waarin producten gedifferentieerd zijn (3).
55
Volgens vaste rechtspraak levert het feit dat een onderneming gedurende een bepaalde tijd een zeer groot marktaandeel — meer dan 50 % — heeft, op zichzelf reeds het bewijs van een machtspositie, uitzonderingsomstandigheden daargelaten (4). De ervaring leert dat hoe hoger het marktaandeel is en hoe langer de periode waarover dit wordt aangehouden, des te groter de kans is dat zulks een belangrijke, eerste aanwijzing is voor het bestaan van aanmerkelijke marktmacht (5).
56
Zelfs een onderneming met een groot marktaandeel kan echter niet in staat zijn zich merkbaar onafhankelijk te gedragen van klanten met voldoende onderhandelingsmacht (6). Het feit dat een onderneming met een groot marktaandeel op een bepaalde markt geleidelijk marktaandeel verliest, kan er bovendien op wijzen dat de markt concurrerender wordt, maar hoeft niet uit te sluiten dat aanmerkelijke marktmacht wordt vastgesteld. Marktaandelen die over een periode aanzienlijk fluctueren, kunnen een aanwijzing zijn dat marktmacht op de betrokken markt ontbreekt. Indien een nieuwkomer snel zijn marktaandeel kan vergroten, kan dit er ook op wijzen dat de desbetreffende markt concurrerender is en dat toegangsbelemmeringen (7) binnen een redelijke termijn kunnen worden overwonnen (8).
57
Indien het marktaandeel groot is (9), maar onder de drempel van 50 % ligt, moeten de NRI's zich bij de beoordeling van aanmerkelijke marktmacht verlaten op andere belangrijke structurele kenmerken van de markt. Zij moeten de economische kenmerken van de betrokken markt aan een grondige en structurele beoordeling onderwerpen voordat zij een conclusie trekken over het bestaan van aanmerkelijke marktmacht.
58
De volgende, niet-limitatieve criteria zijn relevant om te bepalen over welke marktmacht een onderneming beschikt om zich in belangrijke mate onafhankelijk van haar concurrenten, klanten en consumenten te gedragen (10):
- —
toegangsbelemmeringen;
- —
expansiebelemmeringen;
- —
de absolute en de relatieve grootte van de onderneming;
- —
de controle over niet gemakkelijk te dupliceren infrastructuur;
- —
technologische en commerciële voordelen of superioriteit;
- —
geen of beperkte compenserende kopersmacht;
- —
gemakkelijke of bevoorrechte toegang tot kapitaalmarkten/financiële middelen;
- —
product-/dienstendiversificatie (bijv. bundeling van producten of diensten);
- —
schaalvoordelen;
- —
toepassingsvoordelen;
- —
directe en indirecte netwerkeffecten (11);
- —
verticale integratie;
- —
een sterk ontwikkeld distributie- en verkoopnetwerk;
- —
het afsluiten van duurzame toegangsovereenkomsten op lange termijn;
- —
contractuele verbintenissen met andere marktspelers die tot marktafscherming zouden kunnen leiden (12);
- —
het ontbreken van potentiële concurrentie.
Afzonderlijk wijzen de bovenstaande criteria niet noodzakelijk op aanmerkelijke marktmacht. Een dergelijke vaststelling moet berusten op een combinatie van factoren.
59
Een vaststelling dat er sprake is van een aanmerkelijke marktmacht, is ook afhankelijk van de beoordeling van het gemak waarmee de markt kan worden betreden. In de elektronischecommunicatiesector zijn de toegangsdrempels vaak hoog, met name door technologische belemmeringen zoals spectrumschaarste, waardoor de hoeveelheid beschikbaar spectrum beperkt is, of wanneer voor het betreden van de betrokken markt grote investeringen in infrastructuur noodzakelijk zijn en capaciteit voor een lange periode moet worden vastgelegd om winstgevend te kunnen zijn (13).
60
Hoge toegangsdrempels kunnen echter aan relevantie verliezen op markten die onderhevig zijn aan voortdurende technologische vooruitgang, met name wanneer nieuwkomers door de opkomst van nieuwe technologieën kwalitatief verschillende diensten kunnen aanbieden waarmee ze de exploitant met aanmerkelijke marktmacht kunnen beconcurreren (14). Op markten voor elektronische communicatie kunnen innovatieve bedreigingen van potentiële concurrenten die de markt nog niet hebben betreden, voor concurrentiedruk zorgen.
61
NRI's moeten zich dus ook de vraag stellen in hoeverre het waarschijnlijk is dat ondernemingen die momenteel niet actief zijn op de betrokken productmarkt, op middellange termijn kunnen besluiten tot die markt toe te treden. Ondernemingen die in het geval van een prijsverhoging in de mogelijkheid verkeren hun productlijn/dienstenaanbod om te schakelen of uit te breiden en de markt te betreden, moeten door NRI's worden behandeld als potentiële marktdeelnemers, ook al produceren ze momenteel niet het betrokken product of leveren ze niet de betrokken dienst.
62
Toetreding tot een markt is waarschijnlijker wanneer potentiële nieuwkomers al actief zijn op naburige markten (15) of diensten verstrekken die relevant zijn voor het aanbieden of beconcurreren van de desbetreffende retaildiensten (16). Het vermogen om de minimale kostenefficiënte schaalgrootte te bereiken, kan van cruciaal belang zijn om te bepalen of toetreding tot de markt al dan niet waarschijnlijk en duurzaam is (17).
63
De NRI's moeten ook zorgvuldig rekening houden met de schaal- en toepassingsvoordelen, de netwerkeffecten, het belang van toegang tot schaarse middelen en de verzonken kosten die verband houden met de uitbouw van het netwerk.
64
De NRI's moeten ook nagaan of de marktmacht van de gevestigde exploitant onder (prijs)druk kan komen door producten of diensten buiten de desbetreffende markt en de onderliggende retailmarkt(en), zoals OTT-aanbieders die onlinecommunicatiediensten aanbieden. Dus zelfs wanneer een NRI heeft geoordeeld dat de druk van deze producten en diensten op retailniveau niet sterk genoeg is om de retailmarkt daadwerkelijk concurrerend te maken of om een indirecte belemmering te vormen voor het aanbieden van wholesalediensten (met het oog op het definiëren van de wholesalemarkt), moeten potentiële belemmeringen nog steeds worden geëvalueerd in de fase van de AMM-beoordeling (18). Aangezien OTT-aanbieders momenteel zelf geen toegangsdiensten aanbieden, oefenen ze over het algemeen geen concurrentiedruk uit op toegangsmarkten.
Voetnoten
Al naargelang het geval binnen een bepaalde markt wordt dit uitgedrukt in waarde, volume, aansluitingen, aantal abonnees.
Zie punt 13 van de mededeling van de Commissie — Richtsnoeren betreffende de handhavingsprioriteiten van de Commissie bij de toepassing van artikel 82 van het EG-Verdrag op onrechtmatig uitsluitingsgedrag door ondernemingen met een machtspositie.
AKZO Chemie/Commissie, aangehaald arrest, punt 60; zaak T-228/97, Irish Sugar/Commissie, EU:T:1999:246, punt 70, zaak Hoffmann-La Roche/Commissie, aangehaald arrest, punt 41, zaak AAMS e.a./Commissie, aangehaald arrest, punt 51. Toch kan een groot marktaandeel pas een betrouwbare indicator zijn wanneer wordt verondersteld dat concurrenten niet in staat zijn hun productie voldoende uit te breiden om tegemoet te komen aan de verschuiving in de vraag ingevolge een prijsverhoging bij een concurrent. Irish Sugar/Commissie, aangehaald arrest, punten 97 t/m 104.
Zie punt 15 van de mededeling van de Commissie — Richtsnoeren betreffende de handhavingsprioriteiten van de Commissie bij de toepassing van artikel 82 van het EG-Verdrag op onrechtmatig uitsluitingsgedrag door ondernemingen met een machtspositie.
Zie punt 18 van de mededeling van de Commissie — Richtsnoeren betreffende de handhavingsprioriteiten van de Commissie bij de toepassing van artikel 82 van het EG-Verdrag op onrechtmatig uitsluitingsgedrag door ondernemingen met een machtspositie.
De toegangsbelemmeringen in deze sector kunnen van structurele, wettelijke of regelgevende aard zijn. Structurele toegangsbelemmeringen zijn het gevolg van oorspronkelijke kosten- of vraagomstandigheden die leiden tot zodanig asymmetrische voorwaarden voor gevestigde exploitanten en voor nieuwkomers dat de markttoegang van die laatsten wordt belemmerd of verhinderd. Belemmeringen van wettelijke of regelgevende aard zijn niet op economische voorwaarden gebaseerd, maar zijn het gevolg van wetgevende, administratieve of andere maatregelen die directe gevolgen hebben voor de voorwaarden voor de toegang tot en/of de positie van exploitanten op de relevante markt. Zie Aanbeveling 2014/710/EU van de Commissie.
Zaak COMP/M.5532 Carphone Warehouse/TiscaliUK.
De ervaring van de Commissie leert dat een machtspositie onwaarschijnlijk is als de onderneming een aandeel van minder dan 40 % heeft op de betrokken markt. Er kunnen onder deze drempel echter specifieke gevallen zijn waarin concurrenten niet in staat zijn het gedrag van een dominante onderneming doeltreffend aan banden te leggen. Zie zaak United Brands, aangehaald arrest, en zaak COMP/M.1741 MCI WorldCom/Sprint
Zaken NL/2017/1958-59 en NL/2017/1960. Zie zaak PT/2017/2023.
Er is sprake van directe netwerkeffecten wanneer een goed of dienst zijn waarde voor de consument ontleent aan de toegenomen consumptie ervan door anderen. Indirecte netwerkeffecten ontstaan wanneer deze toegenomen waarde het gevolg is van de toegenomen consumptie van complementaire diensten of goederen.
Met name niet voor derde partijen opengestelde roamingovereenkomsten, overeenkomsten om netwerken te delen en co-investeringsovereenkomsten die onder meer aanleiding zouden kunnen geven tot de uitsluiting van een onafhankelijke handelspartner waarmee kleinere exploitanten zouden kunnen werken. Zie zaak COMP/M.7612 Hutchinson 3G UK/Telefonica UK.
Hoffmann-La Roche/Commissie, aangehaald arrest, punt 48. De belangrijkste soorten toegangsdrempels zijn schaalvoordelen en verzonken kosten. Deze drempels zijn bijzonder relevant voor de elektronischecommunicatiesector, omdat grote investeringen nodig zijn om bijvoorbeeld een efficiënt elektronisch communicatienetwerk voor de levering van toegangsdiensten uit te bouwen en een nieuwe marktdeelnemer daar waarschijnlijk maar een klein deel van terugziet, mocht hij besluiten die markt weer te verlaten.
Zaak COMP/M.5532 Carphone Warehouse/Tiscali UK, zaak COMP/M.7018 Telefónica Deutschland/E-Plus en zaak COMP/M.7612 Hutchinson 3G UK/Telefónica UK.
Zaak COMP/M.1564 Astrolink JV.
Zaak COMP/M.1564 Astrolink JV.
Zaak COMP/M.1741 MCI WorldCom/Sprint.
Zaak FR/2014/1670.