Bevrijdende verweren
Einde inhoudsopgave
Bevrijdende verweren (BPP nr. XXII) 2023/49:49 Conclusie
Bevrijdende verweren (BPP nr. XXII) 2023/49
49 Conclusie
Documentgegevens:
H.W.B. thoe Schwartzenberg, datum 27-01-2023
- Datum
27-01-2023
- Auteur
H.W.B. thoe Schwartzenberg
- JCDI
JCDI:ADS691892:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
In geval van een geclausuleerde erkenning geldt het gehele verweer van verweerder als een grondslagverweer: de feiten zoals door eiser gesteld mogen niet worden gesplitst in weersproken en niet weersproken feiten. Splitsing is niet geoorloofd. Splitsing is alleen geoorloofd indien vastgesteld kan worden dat de toevoeging of clausulering de vordering van eiser niet onderuithaalt. Het verbod om te splitsen bij een geclausuleerde erkenning kan zonder veel problemen worden nageleefd; het is juist de kunst te weten in welk geval geoorloofd mag worden gesplitst.
Bij een eigen lezing van de feiten door verweerder is een splitsing tussen (impliciet) weersproken en niet weersproken feiten niet geoorloofd. Geoorloofde splitsing zal zeer zelden het geval zijn.