Einde inhoudsopgave
Omgevingsverordening provincie Groningen 2009
Artikel 4.52 Aanwijzing
Geldend
Geldend vanaf 22-12-2009
- Bronpublicatie:
17-06-2009, Provinciaal blad van Groningen 2009, 15 (uitgifte: 01-07-2009, regelingnummer: A.1)
- Inwerkingtreding
22-12-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
02-02-2010, Provinciaal blad van Groningen 2010, 2 (uitgifte: 10-02-2010, regelingnummer: 2010-227319ABJ)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Algemeen
Omgevingsrecht / Algemeen
1.
Gedeputeerde Staten kunnen één of drie adviseurs voor de voorbereiding van een besluit inzake toekenning van een tegemoetkoming in schade als bedoeld in afdeling 6.1 van het Besluit ruimtelijke ordening aanwijzen.
2.
Indien Gedeputeerde Staten drie adviseurs aanwijzen, vormen deze drie adviseurs een schadebeoordelingscommissie. In dat geval wijzen Gedeputeerde Staten tevens de voorzitter van de commissie aan.
3.
Bij hun aanwijzing dragen Gedeputeerde Staten er zorg voor dat de aan te wijzen adviseurs niet uit anderen hoofde verbonden zijn met de belangen van de provincie of van een andere belanghebbende. Gedeputeerde Staten waken voorts tegen de schijn van belangenverstrengeling.
4.
De aan te wijzen adviseurs zijn op grond van opleiding, kennis en ervaring gekwalificeerd om te adviseren over een besluit inzake de toekenning van een tegemoetkoming in schade.
5.
Het voornemen tot de aanwijzing van de adviseur of de adviseurs wordt bekend gemaakt aan de aanvrager en aan andere belanghebbenden. Binnen twee weken na de bekendmaking kunnen de aanvrager en de andere belanghebbenden hun zienswijzen schriftelijk aan Gedeputeerde Staten kenbaar maken.
6.
Indien Gedeputeerde Staten na de ontvangst van een zienswijze hun voornemen herzien, zijn het tweede, derde, vierde en vijfde lid van overeenkomstige toepassing.