Einde inhoudsopgave
RvdW 2013/1055
Onbegrijpelijke strafmotivering.
HR 03-09-2013, ECLI:NL:HR:2013:579
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
3 september 2013
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, V. van den Brink
- Zaaknummer
11/05315
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:579, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑09‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:673, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑07‑2013
Essentie
Onbegrijpelijke strafmotivering.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Leeuwarden van 15 november 2011, nummer 24/002909-09, in de strafzaak tegen: [Verdachte]. Adv.: mr. M.J. van Weerden, te Almere.
Conclusie
Conclusie A-G mr. A.E. Harteveld:
1.
Het Gerechtshof te Leeuwarden heeft verdachte op 15 november 2011 van het primair tenlastegelegde vrijgesproken en hem ter zake van het subsidiair tenlastegelegde medeplegen van verduistering veroordeeld tot een werkstraf van 100 uur, subsidiair 50 dagen hechtenis. Het gaat in deze zaak om “honderdzestig stuks steigermaterialen/steigeronderdelen”.
2.
Namens verdachte is beroep in cassatie ingesteld. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.