RvdW 2015/422
Slagende bewijsklacht medeplegen poging tot afpersing.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
10 maart 2015
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman, H.A.G. Splinter van Kan
- Zaaknummer
13/03885
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Materieel strafrecht (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:544, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 10‑03‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:178, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑01‑2015
Essentie
Slagende bewijsklacht medeplegen poging tot afpersing.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 5 augustus 2013, nummer 22/006090-10, in de strafzaak tegen: [verdachte]. Adv. mr. M.G. Vos, te Utrecht.
Conclusie
Conclusie A-G mr. P.C. Vegter:
1.
Het Gerechtshof Den Haag heeft bij arrest van 5 augustus 2013 de verdachte ter zake van ‘poging tot afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen’ veroordeeld tot drie maanden gevangenisstraf, geheel voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren en een taakstraf voor de duur van 60 uren, ...