Einde inhoudsopgave
RvdW 2015/416
Verweer rond ontbrekende ID-controle en bewijsuitsluiting.
HR 03-03-2015, ECLI:NL:HR:2015:516
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
3 maart 2015
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman , H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
13/03135
- Conclusie
A-G mr. G. Knigge
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:516, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑03‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:97, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑01‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 31‑10‑2013
- Wetingang
Art. 27a lid 1, 55c WvSv
Essentie
Het feit dat opsporingsambtenaren de identiteit van de aangehouden persoon niet hebben vastgesteld op de voet van art. 55c Sv juncto art. 27a, eerste lid eerste en tweede volzin, Sv, brengt niet mee dat de (verbale) opgave van de persoonsgegevens van het bewijs moet worden uitgesloten.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 12 juni 2013, nummer 22/003158-11, in de strafzaak tegen: M., te A. Adv. mr. K.R. Verkaart, te Breda.
Voorgaande uitspraak
Cassatiemiddel:
Middel 1:
Schending en/of verkeerde toepassing van het recht ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.