Einde inhoudsopgave
Vreemdelingencirculaire 2000 (B)
9.1 Inleiding
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2024
- Bronpublicatie:
18-09-2024, Stcrt. 2024, 30836 (uitgifte: 30-09-2024, regelingnummer: WBV 2024/20)
- Inwerkingtreding
01-10-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-09-2024, Stcrt. 2024, 30836 (uitgifte: 30-09-2024, regelingnummer: WBV 2024/20)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht (V)
Uit artikel 55a Vw volgt dat de IND boetes op kan leggen aan zowel de (erkend) referent als aan de vreemdeling.
De IND kan een bestuurlijke boete in ieder geval aan de referent opleggen in het geval van een overtreding van één van de volgende wettelijke verplichtingen:
- 1.
De zorgplicht van de erkend referent;
- 2.
De informatieplicht van de referent;
- 3.
Het volledig en naar waarheid afleggen van eigen verklaringen; en
- 4.
De administratieplicht van de referent.
De IND kan een bestuurlijke boete opleggen aan een vreemdeling als sprake is van het overtreden van de informatieplicht.
De IND kan een bestuurlijke boete alleen opleggen aan de vreemdeling als:
- a.
de vreemdeling geen referent heeft;
- b.
het aannemelijk is dat de vreemdeling op de hoogte was van het feit dat zijn referent niet langer voldeed aan zijn wettelijke verplichtingen als referent; of
- c.
het gegevens betreft waar alleen de vreemdeling van op de hoogte is.
Ad b:
De IND kan geen bestuurlijke boete opleggen als de vreemdeling binnen twee weken nadat hij op de hoogte raakte van het feit dat de referent niet langer aan zijn wettelijke verplichting voldeed, de IND die informatie verstrekt.
Ad c:
De vreemdeling heeft zich niet gehouden aan de uit artikel 4.43, Vb voortvloeiende termijn van vier weken.
De IND stelt de vreemdeling schriftelijk op de hoogte dat de referent niet langer aan zijn wettelijke verplichtingen voldoet als de IND grond heeft om aan te nemen dat de vreemdeling daarvan niet op de hoogte is. De vreemdeling krijgt een termijn van twee weken om de gegevens te controleren en wijzigingen aan te brengen.
De IND kan ook een bestuurlijke boete opleggen aan de vreemdeling in de volgende gevallen:
- •
de vreemdeling wordt op grond van artikel 4.38 Vb gevorderd informatie te verschaffen; en
- •
de vreemdeling verschaft de gevraagde informatie niet of houdt zich niet aan de in de vordering bedoelde termijn.