Einde inhoudsopgave
Overeenkomst inzake Partnerschap en Samenwerking waarbij een partnerschap tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lid-Staten, enerzijds, en de Russische Federatie, anderzijds
Artikel 35
Geldend
Geldend vanaf 01-02-1997
- Bronpublicatie:
24-06-1994, Trb. 1994, 268 (uitgifte: 12-12-1994, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-02-1997
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-03-1998, Trb. 1998, 66 (uitgifte: 01-01-1998, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
1.
Artikel 28 is niet van toepassing op het vervoer door de lucht, over binnenwateren en over zee.
2.
Wat evenwel de hierna opgesomde activiteiten van scheepvaartondernemingen op het gebied van diensten aan het internationale vervoer over zee betreft, met inbegrip van het intermodale vervoer dat ten dele over zee plaatsvindt, biedt elke Partij aan vennootschappen van de andere Partij de mogelijkheid op haar grondgebied een handelsvertegenwoordiging in de vorm van dochterondernemingen of filialen te hebben, onder voorwaarden, wat de vestiging en de werking betreft, die niet minder gunstig zijn dan de meest voordelige voorwaarden die zij aan haar eigen vennootschappen of aan dochterondernemingen of filialen van vennootschappen uit enig derde land toekent, een en ander in overeenstemming met de desbetreffende wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van elke Partij.
3.
Deze activiteiten omvatten onder meer:
- a.
het op de markt brengen en de verkoop van maritieme vervoerdiensten en aanverwante diensten door rechtstreekse contacten met klanten, van prijsopgave tot facturering;
- b.
aankoop en wederverkoop van alle vervoerdiensten en aanverwante diensten, met inbegrip van diensten met betrekking tot het vervoer over binnenwateren, die voor een intermodale dienstverlening vereist zijn;
- c.
voorbereiding van documentatie betreffende vervoersdocumenten, douanedocumenten of andere documenten in verband met de oorsprong en de aard van de vervoerde goederen;
- d.
het verschaffen van handelsinformatie, op enigerlei wijze, onder meer door middel van geautomatiseerde informatiesystemen en systemen voor elektronische gegevensuitwisseling (onverminderd alle niet-discriminerende beperkingen op het telecommunicatieverkeer);
- e.
het sluiten van enigerlei handelsovereenkomst met andere scheepvaartmaatschappijen;
- f.
optreden namens ondernemingen, onder meer voor het organiseren van de afroep van aanvragen om scheepsruimte of, indien nodig, het overnemen van vracht.