Einde inhoudsopgave
Overeenkomst inzake Partnerschap en Samenwerking waarbij een partnerschap tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lid-Staten, enerzijds, en de Russische Federatie, anderzijds
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 01-02-1997
- Bronpublicatie:
24-06-1994, Trb. 1994, 268 (uitgifte: 12-12-1994, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-02-1997
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-03-1998, Trb. 1998, 66 (uitgifte: 01-01-1998, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Overeenkomst van 24 juni 1994
Het Koninkrijk België,
het Koninkrijk Denemarken,
de Bondsrepubliek Duitsland,
de Helleense Republiek,
het Koninkrijk Spanje,
de Franse Republiek,
Ierland,
de Italiaanse Republiek,
het Groothertogdom Luxemburg,
het Koninkrijk der Nederlanden,
de Portugese Republiek,
het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland,
Verdragsluitende Partijen bij het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie,
hierna ‘Lid-Staten’ te noemen, en
de Europese Gemeenschap, de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie,
hierna ‘de Gemeenschap’ te noemen, enerzijds, en
de Russische Federatie,
hierna ‘Rusland’ te noemen, anderzijds,
Gelet op het belang van de historische banden tussen de Gemeenschap, haar Lid-Staten en Rusland, en hun gemeenschappelijke waarden,
Erkennende dat de Gemeenschap en Rusland deze banden wensen te verstevigen en partnerschap en samenwerking tot stand willen brengen om te komen tot verdieping en verbreding van de betrekkingen die in het verleden zijn aangeknoopt, inzonderheid bij de op 18 december 1989 ondertekende Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en de Unie van Socialistische Sovjetrepublieken inzake handel en commerciële en economische samenwerking, hierna ‘de Overeenkomst van 1989’ te noemen,
Gelet op de verbintenis van de Gemeenschap en haar Lid-Staten, optredend in het kader van de Europese Unie opgericht bij het Verdrag betreffende de Europese Unie van 7 februari 1992, en van Rusland tot versterking van de politieke en economische vrijheden, die de grondslag van het partnerschap vormen,
Gelet op de verbintenis van de Partijen om de internationale vrede en veiligheid en de vreedzame oplossing van geschillen te bevorderen, en om op dit gebied samen te werken in het kader van de Verenigde Naties en de Conferentie over Veiligheid en Samenwerking in Europa, en andere fora,
Gelet op de vaste verbintenis van de Gemeenschap en haar Lid-Staten en van Rusland tot volledige uitvoering van alle beginselen en bepalingen van de Slotakte van de Conferentie over Veiligheid en Samenwerking in Europa (CVSE), de slotdocumenten van de vervolgvergaderingen van Madrid en Wenen, het document van de CVSE-Conferentie van Bonn betreffende economische samenwerking, het Handvest van Parijs voor een Nieuw Europa en het CVSE-document van Helsinki 1992 ‘Uitdagingen van het Veranderingsproces’,
Bevestigende het grote belang dat de Gemeenschap en haar Lid-Staten en Rusland hechten aan de doelstellingen en beginselen van het Europees Energiehandvest van 17 december 1991 en aan de Verklaring van de Conferentie van Luzern van april 1993,
Overtuigd van het allesoverheersende belang van de beginselen van de rechtsstaat en de eerbiediging van de mensenrechten, inzonderheid de rechten van minderheden, de totstandbrenging van een meerpartijenstelsel met vrije en democratische verkiezingen, en economische liberalisering met het oog op de totstandbrenging van een markteconomie;
Van oordeel zijnde dat de voortzetting en voltooiing van de politieke en economische hervormingen in Rusland voorwaarde zijn voor de volledige uitvoering van het partnerschap;
Verlangende het proces van regionale samenwerking tussen de landen van de voormalige USSR op de door deze Overeenkomst bestreken gebieden te stimuleren om welvaart en stabiliteit in deze regio te bevorderen,
Verlangende regelmatige politieke dialoog over bilaterale en internationale vraagstukken van wederzijds belang tot stand te brengen en te ontwikkelen,
Rekening houdende met het feit dat de Gemeenschap bereid is passende technische bijstand te verlenen voor de uitvoering van economische hervormingen in Rusland en voor de ontwikkeling van economische samenwerking,
Herinnerend aan het nut van de Overeenkomst voor het bevorderen van geleidelijke toenadering tussen Rusland en een uitgestrekter samenwerkingsgebied in Europa en naburige regio's, en de geleidelijke integratie van Rusland in het open internationaal handelssysteem,
Gelet op de verbintenis van de Partijen tot vrijmaking van de handel op grond van de beginselen die zijn vervat in de Algemene Overeenkomst betreffende Tarieven en Handel, hierna de ‘GATT’ te noemen, als gewijzigd bij de handelsbesprekingen in het kader van de Uruguay-Ronde, en rekening houdend met de oprichting van de Wereldhandelsorganisatie, hierna de ‘WTO’ te noemen,
Erkennende dat Rusland niet langer een land met staatshandel is ; dat het nu een land met een overgangseconomie is en dat verdere vooruitgang op de weg naar een markteconomie zal worden bevorderd door samenwerking tussen de Partijen in de vormen die in deze Overeenkomst zijn uiteengezet;
Zich bewust zijnde van de noodzaak verbetering te brengen in de voorwaarden voor bedrijfsleven en investeringen, en de voorwaarden voor, onder andere, de vestiging van ondernemingen, werknemers, het verrichten van diensten en kapitaalverkeer,
Ervan overtuigd zijnde dat deze Overeenkomst een nieuw klimaat zal scheppen voor de economische betrekkingen tussen de Partijen, en vooral voor de ontwikkeling van handel en investeringen, die onontbeerlijk zijn voor economische herstructurering en technologische modernisering,
Verlangende nauwe samenwerking op het gebied van milieubescherming tot stand te brengen, gezien de onderlinge afhankelijkheid van de Partijen op dit gebied,
In gedachten houdende dat de Partijen voornemens zijn hun samenwerking op het gebied van ruimteonderzoek te ontwikkelen, gelet op het complementair karakter van hun activiteiten op dit gebied,
Verlangende culturele samenwerking te bevorderen en de doorstroming van informatie te verbeteren,
Zijn als volgt overeengekomen:
Verdragpartijgroep