HR, 26-10-2010, nr. 10/00532 H
ECLI:NL:HR:2010:BO1732
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
26-10-2010
- Zaaknummer
10/00532 H
- LJN
BO1732
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:HR:2010:BO1732, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 26‑10‑2010; (Herziening)
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2010:BO1732
- Vindplaatsen
Uitspraak 26‑10‑2010
Inhoudsindicatie
Herziening.WAM-verklaring, art. 34.2.
26 oktober 2010
Strafkamer
nr. 10/00532 H
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op een aanvrage tot herziening van een in kracht van gewijsde gegaan vonnis van de Kantonrechter in de Rechtbank te 's-Gravenhage van 31 mei 2007, nummer 09/637717-06, ingediend door mr. G.D. Haytink, advocaat te 's-Gravenhage, namens:
[Aanvrager], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1978, domicilie kiezende ten kantore van zijn raadsvrouwe.
1. De uitspraak waarvan herziening is gevraagd
De Kantonrechter heeft de aanvrager ter zake van "overtreding van art. 30, tweede lid, van de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen (WAM)", gepleegd op 16 augustus 2006 met het motorvoertuig voorzien van het kenteken [AA-00-BB], veroordeeld tot hechtenis voor de duur van twee weken.
2. De aanvrage tot herziening
2.1. De aanvrage tot herziening is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
2.2. De aanvrage berust op de stelling dat sprake is van een omstandigheid als bedoeld in art. 457, eerste lid aanhef en onder 2°, Sv, aangezien uit de aan de aanvrage gehechte bescheiden blijkt dat op 16 augustus 2006 voor het motorvoertuig met het kenteken [AA-00-BB] wel een verzekering overeenkomstig de WAM van kracht was.
3. De conclusie van de Advocaat-Generaal
De Advocaat-Generaal Vegter heeft geconcludeerd dat de Hoge Raad de aanvrage gegrond zal verklaren, voor zover nodig de opschorting of schorsing van de tenuitvoerlegging van het vonnis van de Kantonrechter zal bevelen en de zaak zal verwijzen naar een gerechtshof dat daarvan nog geen kennis heeft genomen, opdat de zaak zal worden behandeld en afgedaan op de wijze als in art. 467, eerste lid, Sv is voorzien.
4. Beoordeling van de aanvrage
4.1. Bij de aanvrage is overgelegd een verklaring van 1 juni 2007 van [A], welke verklaring inhoudt:
"Ter voldoening aan het gestelde in artikel 34, lid 2 van de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (WAM) verklaart [B] N.V., WAM-nummer [001] hierbij dat op 16 augustus 2006 voor het motorrijtuig voorzien van kenteken [AA-00-BB] een verzekering van kracht was welke aan de op die datum door of krachtens de WAM gestelde eisen voldeed, afgesloten onder polisnummer [002] en dat het CRWAM, voorzover noodzakelijk, is aangevuld dan wel gecorrigeerd."
4.2. Aan de inhoud van dit stuk, totstandgekomen en afgegeven nadat de Kantonrechter uitspraak had gedaan, valt het ernstige vermoeden te ontlenen, dat de Kantonrechter, ware hij daarmee bekend geweest, de aanvrager van het hem tenlastegelegde zou hebben vrijgesproken.
5. Slotsom
Uit het vorenoverwogene volgt dat zich een omstandigheid voordoet als bedoeld in art. 457, eerste lid aanhef en onder 2°, Sv, zodat de aanvrage gegrond is en als volgt moet worden beslist.
6. Beslissing
De Hoge Raad:
verklaart de aanvrage tot herziening gegrond;
beveelt voor zover nodig de opschorting of schorsing van de tenuitvoerlegging van voormeld vonnis van de Kantonrechter in de Rechtbank te 's-Gravenhage van 31 mei 2007;
verwijst de zaak naar het Gerechtshof te 's-Gravenhage, opdat de zaak op de voet van art. 467, eerste lid, Sv opnieuw zal worden behandeld en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren J. de Hullu en C.H.W.M. Sterk, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken op 26 oktober 2010.