NJB 2020/1066:Zorgverzekeringspremies. Vrij te laten bedrag. Verband met HR 17 april 2020, ECLI:NL:HR:2020:751, hiervóór afgedrukt. Verzoekster heeft een beschermingsbewindvoerder en zit in de wettelijke schuldsaneringsregeling. De beschermingsbewindvoerder verzoekt de rechter-commissaris te beslissen dat het vrij te laten bedrag niet wordt berekend met inachtneming van een normbedrag van € 135 per maand voor zorgverzekeringspremies, maar met de daadwerkelijk betaalde en te betalen hogere zorgverzekeringspremies. Hoge Raad: 1. Horen van de rechter-commissaris. De verplichting om de rechter-commissaris te horen voordat de rechtbank een beslissing geeft die het beheer of de vereffening van de boedel betreft, geldt slechts bij een door de rechtbank in eerste aanleg te geven beslissing, en niet bij de behandeling van het hoger beroep tegen een beschikking van de rechter-commissaris. 2. Vrij te laten bedrag. De wet beoogt de betaling van de volledige zorgverzekeringspremie zeker te stellen. Dit ziet zowel op de verplichte basisverzekering als op vrijwillig gesloten aanvullende verzekeringen. De rechter-commissaris is niet bevoegd om hiervan af te wijken