Einde inhoudsopgave
Douane- en Accijnswet BES
Artikel 2.151
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2011
- Redactionele toelichting
Tijdstip iwtr.: 00:00 uur in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 05:00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
16-12-2010, Stb. 2010, 846 (uitgifte: 28-12-2010, kamerstukken: 32190)
- Inwerkingtreding
01-01-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-12-2010, Stb. 2010, 848 (uitgifte: 28-12-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Belastingen van lagere overheden (V)
Belastingrecht algemeen (V)
1.
De goederen die in beslag zijn genomen ter zake van het begaan van strafbare feiten als bedoeld in dit hoofdstuk of de daarop berustende bepalingen kunnen, voor zover de eisen van het onderzoek of het algemeen belang bij hun vernietiging of onbruikbaarmaking zich daartegen niet verzetten, zo nodig na monsterneming, overeenkomstig bij regeling van Onze Minister van Financiën te stellen regels, tegen zekerheidstelling worden vrijgegeven.
2.
Het bepaalde in het eerste lid vindt geen toepassing ten aanzien van goederen, in beslag genomen in zaken waarin de inspecteur het proces-verbaal ingevolge het bepaalde in artikel 2.146, derde lid, aan de officier van justitie heeft doen toekomen en deze niet nadien het proces-verbaal overeenkomstig het bepaalde in artikel 2.146, vierde lid weer in handen heeft gesteld van de inspecteur.
3.
De overeenkomstig het eerste lid gestelde zekerheid treedt voor de toepassing van bepalingen betreffende verbeurdverklaring en inbeslagneming, alsmede voor de uitoefening van het recht van verhaal, in de plaats van de in beslag genomen goederen.