NJB 2011, 586:In een lange zin zet de Hoge Raad uiteen dat als onder A een voorwerp in beslag is genomen, dat voorwerp ook als A niet rechtebbende is, maar bijvoorbeeld de dief toch aan A moet worden teruggegeven tenzij (i) het belang van de strafvordering zich daartegen verzet en (ii) tenzij een ander redelijkerwijs als rechthebbende moet worden beschouwd