Vp-bulletin 2021/12
Inkomstenbelasting. Verblijfseis van drie gehele dagen voor inkomensafhankelijke combinatiekorting niet opvatten overeenkomstig spraakgebruik.
HR 29-01-2021, ECLI:NL:HR:2021:142, m.nt. mw. S.G.M.J. Rebbens MSc. en J.M.P. Tobben MSc. LLM
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
29 januari 2021
- Zaaknummer
20/01427
- Noot
mw. S.G.M.J. Rebbens MSc. en J.M.P. Tobben MSc. LLM
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS255921:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Heffingskorting
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑01‑2021
ECLI:NL:HR:2021:142, Uitspraak, Hoge Raad, 29‑01‑2021
Essentie
Inkomstenbelasting. Verblijfseis van drie gehele dagen voor inkomensafhankelijke combinatiekorting niet opvatten overeenkomstig spraakgebruik.
Uitspraak
(Publicatiedatum op www.rechtspraak.nl: 29 januari 2021)
Inleiding
Artikel 8.14a, lid 1, aanhef en letter b, Wet inkomstenbelasting 2001 (hierna: Wet IB 2001) bepaalt dat de inkomensafhankelijke combinatiekorting (hierna: IACK) geldt voor een belastingplichtige, als hij in het kalenderjaar:
- –
een kind heeft;
- –
dat op 1 januari nog geen twaalf jaar is;
- –
waarbij het kind gedurende ten minste zes maanden;
- –
op hetzelfde woonadres in de basisregistratie personen staat ingeschreven.
In artikel 44b Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.