Einde inhoudsopgave
RvdW 2015/735
Slagende bewijsklacht opzettelijk voordeel trekken uit steunfraude. Niet blijkt dat verdachte wist dat de zijn partner had voldaan aan de inlichtingenverplichtingen uit hoofde van de Wet werk en bijstand.
HR 02-06-2015, ECLI:NL:HR:2015:1457
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 juni 2015
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman, H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
14/01885
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:1457, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑06‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:802, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 31‑03‑2015
Essentie
Slagende bewijsklacht opzettelijk voordeel trekken uit steunfraude. Niet blijkt dat verdachte wist dat de zijn partner had voldaan aan de inlichtingenverplichtingen uit hoofde van de Wet werk en bijstand.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, van 1 april 2014, nummer 21/004717-12, in de strafzaak tegen: [verdachte]. Adv. mr. R.J. Baumgardt, te Spijkenisse.
Uitspraak
Hoge Raad:
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. R.J. Baumgardt, advocaat te Spijkenisse, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.