Besluit 2005/370/EG betreffende het sluiten, namens de Europese Gemeenschap, van het Verdrag betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden (Verdrag van Aarhus)
Bijlage
Geldend
Geldend vanaf 17-02-2005
- Redactionele toelichting
Het in deze bijlage gepubliceerde verdrag is opgenomen als Verdrag betreffende toegang tot informatie, inspraak in besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden.
- Bronpublicatie:
17-02-2005, PbEU 2005, L 124 (uitgifte: 17-05-2005, regelingnummer: 2005/370/EG)
- Inwerkingtreding
17-02-2005
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-02-2005, PbEU 2005, L 124 (uitgifte: 17-05-2005, regelingnummer: 2005/370/EG)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Openbaarheid van bestuur
Verklaring door de europese gemeenschap in overeenstemming met artikel 19 van het verdrag betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden
De Europese Gemeenschap verklaart dat zij, overeenkomstig het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name artikel 175, lid 1, bevoegd is om toe te treden tot internationale overeenkomsten, en om de daaruit voortvloeiende verplichtingen na te komen, die bijdragen tot de verwezenlijking van de volgende doelstellingen:
- —
behoud, bescherming en verbetering van de kwaliteit van het milieu;
- —
bescherming van de gezondheid van de mens;
- —
behoedzaam en rationeel gebruik van natuurlijke hulpbronnen;
- —
bevordering op internationaal vlak van maatregelen om het hoofd te bieden aan regionale of mondiale milieuproblemen.
Voorts verklaart de Europese Gemeenschap dat zij reeds verscheidene voor haar lidstaten bindende juridische instrumenten heeft aangenomen ter uitvoering van bepalingen van het Verdrag van Aarhus, en dat zij overeenkomstig artikel 10, lid 2, en artikel 19, lid 5, van het Verdrag van Aarhus een lijst van die juridische instrumenten bij de depositaris zal indienen en in voorkomend geval actualiseren. In het bijzonder verklaart de Europese Gemeenschap tevens dat de geldende rechtsinstrumenten de uitvoering van de verplichtingen uit hoofde van artikel 9, lid 3, van het Verdrag van Aarhus niet volledig dekken aangezien deze betrekking hebben op bestuursrechtelijke of rechterlijke procedures om handelingen en nalatigheden te betwisten van particulieren en andere overheidsinstanties dan de instellingen van de Europese Gemeenschap, zoals bepaald in artikel 2, lid 2, onder d), van het Verdrag van Aarhus, en dat bijgevolg bij de goedkeuring van het Verdrag van Aarhus door de Europese Gemeenschap haar lidstaten verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van deze verplichtingen en dit ook zullen blijven tenzij en totdat de Gemeenschap in de uitoefening van haar bevoegdheden uit hoofde van het EG-Verdrag bepalingen van Gemeenschapsrecht inzake de uitvoering van deze verplichtingen aanneemt.
Tot slot herhaalt de Gemeenschap hetgeen zij bij de ondertekening van het Verdrag van Aarhus heeft verklaard, namelijk dat de communautaire instellingen het Verdrag van Aarhus zullen toepassen in het kader van hun bestaande en toekomstige regelgeving inzake toegang tot documenten en andere relevante voorschriften van het Gemeenschapsrecht op het door dat Verdrag bestreken gebied.
De Gemeenschap is verantwoordelijk voor de naleving van de uit het Verdrag van Aarhus voortvloeiende verplichtingen waarop het vigerende Gemeenschapsrecht van toepassing is.
De uitoefening van de bevoegdheid van de Gemeenschap is uiteraard voortdurend in ontwikkeling.
Verklaring van de europese gemeenschap over enkele specifieke bepalingen van richtlijn 2003/4/EG
Met betrekking tot artikel 9 van het Verdrag van Aarhus verzoekt de Europese Gemeenschap de partijen bij dat Verdrag nota te nemen van artikel 2, lid 2, en artikel 6 van Richtlijn 2003/4/EG van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2003 inzake de toegang van het publiek tot milieu-informatie. Deze bepalingen bieden de lidstaten van de Europese Gemeenschap de mogelijkheid in uitzonderlijke gevallen en onder strikte voorwaarden bepaalde instellingen en organen uit te sluiten van de voorschriften inzake beroepsprocedures ten aanzien van besluiten betreffende de verzoeken om informatie.
De ratificatie door de Europese Gemeenschap van het Verdrag van Aarhus laat derhalve een eventueel voorbehoud van een lidstaat van de Europese Gemeenschap onverlet voorzover dat voorbehoud verenigbaar is met artikel 2, lid 2, en artikel 6 van Richtlijn 2003/4/EG.