Einde inhoudsopgave
Scheepvaartreglement voor het Kanaal van Gent naar Terneuzen
Artikel 39 Doorvaren van sluizen
Geldend
Geldend vanaf 01-03-1992
- Bronpublicatie:
11-12-1991, Stb. 1992, 3 (uitgifte: 16-01-1992, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-03-1992
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-02-1992, Stb. 1992, 84 (uitgifte: 01-01-1992, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Binnenvaart
1.
Een schip moet tijdig voor het invaren van een sluis zijn gemeld bij de bevoegde autoriteit volgens de door deze gestelde regels.
2.
Behoudens toestemming van de bevoegde autoriteit mag een schip geen ligplaats nemen op de wachtplaats van een sluis anders dan om te worden geschut.
3.
Op een wachtplaats van een sluis en in een sluis moet een schip, dat met een marifooninstallatie is uitgerust, uitluisteren op het daartoe aangewezen kanaal.
4.
Tenzij de bevoegde autoriteit anders bepaalt, geschiedt het invaren in een sluis in volgorde van aankomst op een door de bevoegde autoriteit aangewezen plaats. Een klein schip dat samen met andere schepen wordt geschut mag de sluis slechts invaren na deze andere schepen.
5.
Recht van voorrang bij schutting hebben, in de hierna genoemde volgorde:
- a.
schepen van toezichthoudende ambtenaren en brandweerboten die in verband met spoedeisende redenen van dienstvervulling onderweg zijn;
- b.
schepen waaraan de bevoegde autoriteit het recht van voorrang bij schutting heeft toegekend.
Schepen die het recht van voorrang bij schutting hebben dienen dit tijdig per marifoon kenbaar te maken.
6.
De kapitein of schipper is verplicht te zorgen dat bij het invaren van een sluis de nodige meertrossen gereed worden gehouden. De kapitein van een zeeschip is bovendien verplicht te zorgen dat aan boord en op de wal het nodige daartoe bekwame personeel aanwezig is om die trossen aan te nemen en vast te maken.
7.
Het is verboden zeilen te voeren bij het naderen van de wachtplaatsen, bij het in- of uitvaren van een sluis en tijdens het schutten.
8.
In een sluis:
- a.
moet een schip ligplaats nemen binnen de door stopstrepen of op andere wijze aangegeven grenzen;
- b.
moet tijdens het vullen en het ledigen van de sluiskolk en totdat het uitvaren van de sluis wordt toegestaan een schip zodanig zijn gemeerd en moet het zijn meerdraden zodanig vieren of doorhalen, dat het niet de sluismuren, de sluisdeuren, de beschermingsinrichtingen of andere schepen kan beschadigen;
- c.
mag een schip slechts voorwerpen die niet kunnen zinken als wrijfhout gebruiken;
- d.
mag een schip geen water op het sluisterrein of op andere schepen storten of laten vloeien;
- e.
mag een schip, zodra het is gemeerd en totdat het uitvaren van de sluis wordt toegestaan, geen gebruik maken van de voortstuwingsmiddelen.
9.
Op een wachtplaats van een sluis en in een sluis moet een schip een zijwaartse afstand van ten minste 10 meter in acht nemen ten opzichte van een schip dat een blauw licht of een blauwe kegel, bedoeld in artikel 25, tweede lid, onder a, hetzij een rood licht of de seinvlag ‘B’, bedoeld in artikel 25, eerste lid, voert. Deze verplichting geldt niet voor schepen die hetzelfde licht of dagmerk voeren.
10.
Een schip dat twee of drie blauwe lichten dan wel twee of drie blauwe kegels, bedoeld in artikel 25, tweede lid onder b en c, voert, mag een sluis niet invaren indien het niet afzonderlijk zou worden geschut. Een ander schip mag een sluis niet invaren indien het samen met een schip dat deze lichten of dagmerken voert, zou worden geschut. Het voorgaande is niet van toepassing op schepen die onderling hetzelfde sein voeren.
11.
Een schip dat een blauw licht of een blauwe kegel, bedoeld in artikel 25, tweede lid onder a, hetzij een rood licht of de seinvlag ‘B’, bedoeld in artikel 25, eerste lid, voert, mag een sluis niet invaren indien het samen met een passagiersschip zou worden geschut. Een passagiersschip mag een sluis niet invaren indien het samen met een schip dat deze lichten of dagmerken voert, zou worden geschut.
12.
De bevoegde autoriteit kan in afwijking van het negende, tiende en elfde lid anders bepalen.