4.3.4.4 Schadevergoeding bij intrekking van aanbesteding

Op de aanbesteder die na het houden van een aanbesteding afziet van gunning van de opdracht, kan onder omstandigheden een verplichting komen te rusten om de door de inschrijvers gemaakte kosten te vergoeden. 1 Een schadevergoedingsplicht kan tevens bestaan, wanneer een aanbesteder vanwege procedurele gebreken noodgedwongen een aanbesteding afbreekt.2 Bij de in het kader van de begroting van de schade te maken vermogensvergelijking moet de situatie waarin de benadeelde inschrijver zou hebben verkeerd, wanneer hij niet aan de aanbesteding zou hebben deelgenomen, worden vergeleken met de werkelijke situatie. De schade zal hoofdzakelijk bestaan uit inschrijfkosten, die als geleden verlies in de zin van artikel 6:96 lid 1 BW kunnen worden aangemerkt. De schade kan tevens gederfde winst omvatten. De winst bestaat in voorkomend geval niet uit de winst die de benadeelde inschrijver had kunnen behalen met de uitvoering van de opdracht die het voorwerp was van de ingetrokken aanbesteding, maar uit de winst die de benadeelde inschrijver had kunnen behalen uit opdrachten die hij niet heeft kunnen verwerven, doordat hij heeft deelgenomen aan de ingetrokken aanbesteding en hij niet de tijd en middelen had tegelijkertijd op meerdere aanbestedingen in te schrijven.3 Er is weinig jurisprudentie over schadevergoedingsvorderingen bij intrekking van aanbestedingen.4 Eén van de mogelijke oorzaken hiervan is dat onrechtmatig handelen niet snel wordt aangenomen. Bovendien kunnen aanbesteders zich in vergaande mate vrijtekenen voor deze schade.5