Leidraad meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies
1.1 Inleiding
Geldend
Geldend vanaf 29-04-2023
- Bronpublicatie:
14-04-2023, Stcrt. 2023, 11790 (uitgifte: 28-04-2023, regelingnummer: 2023-6233)
- Inwerkingtreding
29-04-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-04-2023, Stcrt. 2023, 11790 (uitgifte: 28-04-2023, regelingnummer: 2023-6233)
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen / Belastingadviseur
Vennootschapsbelasting / Algemeen
Met ingang van 1 juli 2020 is de Wet implementatie EU-richtlijn meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies in werking getreden.1. Uit deze wet vloeit de verplichting voort om zogenoemde ‘meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies’ aan de belastingautoriteiten te rapporteren, zoals omschreven in deze wet en die richtlijn.2. Deze meldingsplicht berust in beginsel bij de zogeheten ‘intermediair’.
Bij de totstandkoming van deze wet is onderkend dat intermediairs in de praktijk moeite kunnen hebben met het vaststellen van het al dan niet meldingsplichtig zijn van concrete constructies. Om hieraan tegemoet te komen is een leidraad aangekondigd waarin nadere invulling wordt gegeven aan de meldingsplicht die voortvloeit uit de wet in samenhang met de richtlijn.3. De onderhavige leidraad strekt hiertoe en vervangt de leidraad van 24 juni 2020 (bijlage bij het besluit van 24 juni 2020, nr. 2020-11382 (Stcrt. 2020, 34991)).
De leidraad is op de volgende punten inhoudelijk aangepast ten opzichte van de leidraad van 24 juni 2020.
- –
In onderdeel 2 is verduidelijkt dat ook een aanpassing van een al bestaande constructie kan leiden tot een nieuwe meldingsplichtige grensoverschrijdende constructie. Daarnaast wordt nader ingegaan op het begrip ‘deelnemer’.
- –
In onderdeel 3 is een aantal wijzigingen doorgevoerd. Ten eerste is verduidelijkt wanneer er sprake is van betrokkenheid als intermediair bij een meldingsplichtige grensoverschrijdende constructie. Ten tweede is aandacht besteed aan het verschoningsrecht. Ten derde wordt ingegaan op de termijn waarbinnen gemeld moet worden en als laatste is aandacht besteed aan de boete.
- –
In onderdeel 4 is een aantal wijzigingen doorgevoerd. Zo zijn bijvoorbeeld enkele voorbeelden gegeven van een belastingvoordeel en is de toepassing van de twee toetsen van de main benefit test verduidelijkt.
- –
In onderdeel 6 zijn voorbeelden nummer 7 (oud) en 11 (oud) vervallen en zijn de voorbeelden met nummer 4, 8, 10, 11, 15, 21, 24, 27, 31 en 32 toegevoegd als gevolg van signalen uit de praktijk. Daarnaast is een aantal voorbeelden verduidelijkt.
- –
In onderdeel 7 is de verantwoordelijkheid van het MDR-team verder verduidelijkt.
- –
In het nieuwe onderdeel 8 wordt nader ingegaan op het meldingsportaal. Meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies kunnen namelijk alleen elektronisch gemeld worden via het meldingsportaal.
Tot slot zijn enkele redactionele wijzigingen aangebracht, waaronder vernummering van onderdelen en voorbeelden. Daarnaast is de term ‘jurisdictie’ in de leidraad vervangen door ‘rechtsgebied’. Met deze wijzigingen is geen inhoudelijke wijziging beoogd.
In deze leidraad zijn gestileerde voorbeelden opgenomen. Deze voorbeelden dienen uitsluitend om inzicht te geven in de verplichtingen die voortvloeien uit de Wet implementatie EU-richtlijn meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies, er kunnen daarom geen standpunten over de toepassing van andere wet- en regelgeving uit worden afgeleid. Zo wordt bijvoorbeeld niet ingegaan op specifieke antimisbruikmaatregelen of de toepassing van fraus legis. Dat een voorbeeld is opgenomen zegt dan ook niets over de fiscale aanvaardbaarheid van het gegeven voorbeeld.
Voetnoten
Staatsblad 2019, 509.
Richtlijn (EU) 2018/822 van de Raad van 25 mei 2018 tot wijziging van Richtlijn 2011/16/EU wat betreft verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied met betrekking tot meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies (PbEU 2018, L 139).