Einde inhoudsopgave
Wet op de architectentitel
Artikel 12e
Geldend
Geldend vanaf 26-08-2021
- Bronpublicatie:
14-07-2021, Stb. 2021, 400 (uitgifte: 25-08-2021, kamerstukken: 35726)
- Inwerkingtreding
26-08-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-07-2021, Stb. 2021, 400 (uitgifte: 25-08-2021, kamerstukken: 35726)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
Ministerie van Justitie
Ministerie van Economische Zaken
- Vakgebied(en)
Bouwrecht / Architectenrecht
1.
De tweejarige beroepservaringperiode is gericht op het zich in de praktijk bekwamen in de uitoefening van het beroep waarvoor met goed gevolg een opleiding is gevolgd als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onderdeel a, b of c, 10, eerste lid, onderdeel a, b of c, 11, eerste lid, onderdeel a, b of c, of 12, eerste lid, onderdeel a, b of c, onder toezicht van een door het bureau erkende persoon of instantie. De in de eerste volzin bedoelde persoon dient bij aanvang van het toezicht blijkens de inschrijving in het register ten minste drie jaar beroepsmatig werkzaam te zijn in datzelfde beroep.
2.
Het bureau stelt regels vast met betrekking tot de tweejarige beroepservaringperiode. Die regels hebben in ieder geval betrekking op:
- a.
de inrichting van die periode;
- b.
het niveau van kennis, inzicht en vaardigheden, waarover een persoon als bedoeld in artikel 12d, eerste lid, in ieder geval dient te beschikken na het doorlopen van die periode;
- c.
de wijze waarop die periode wordt afgesloten;
- d.
voorwaarden waaronder geheel of gedeeltelijk vrijstelling kan worden verkregen van het gedurende twee jaar doorlopen van die periode;
- e.
de inrichting en de erkenning van de beroepservaringperiode die in een andere betrokken staat of een derde land wordt gevolgd, en de duur van het deel van die periode dat in het buitenland mag worden gevolgd;
- f.
het toezicht;
- g.
een voorziening in geval van een conflict tussen de toezichthoudende persoon of instantie en de persoon die onder toezicht staat.