Richtsnoeren voor de marktanalyse en de beoordeling van aanmerkelijke marktmacht in het bestek van het EU-regelgevingskader voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten
1.1 Toepassingsgebied en doel
Geldend
Geldend vanaf 07-05-2018
- Redactionele toelichting
De datum van afkondiging is de datum van het Publicatieblad.
- Bronpublicatie:
07-05-2018, PbEU 2018, C 159 (uitgifte: 07-05-2018, regelingnummer: 2018/C 159/01)
- Inwerkingtreding
07-05-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-05-2018, PbEU 2018, C 159 (uitgifte: 07-05-2018, regelingnummer: 2018/C 159/01)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
Mededingingsrecht / EU-mededingingsrecht
Informatierecht / ICT
1
De Commissie heeft de richtsnoeren voor de marktanalyse en de beoordeling van aanmerkelijke marktmacht (AMM-richtsnoeren) vastgesteld overeenkomstig artikel 15, lid 2, van Richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad (1), na een openbare raadpleging, waarvan de resultaten naar behoren in aanmerking zijn genomen. De AMM-richtsnoeren moeten worden gelezen in het licht van de nadere informatie die is opgenomen in de bijgevoegde toelichting (2).
2
De AMM-richtsnoeren zijn gericht tot de nationale regelgevende instanties (NRI's) en hebben betrekking op de uitvoering van hun taken in verband met de analyse van markten die aan regelgeving ex ante kunnen worden onderworpen en de beoordeling van aanmerkelijke marktmacht in het bestek van het EU-regelgevingskader voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten, dat bestaat uit Richtlijn 2002/21/EG, de drie bijzondere Richtlijnen 2002/19/EG(3), 2002/20/EG(4) en 2002/22/EG(5), en Verordening (EU) nr. 531/2012(6) (hierna ‘het kader’ genoemd). Overeenkomstig artikel 15 van Richtlijn 2002/21/EG houden de NRI's zo veel mogelijk rekening met zowel Aanbeveling 2014/710/EU van de Commissie (7) als deze AMM-richtsnoeren om relevante markten te definiëren die in aanmerking komen voor regelgeving ex ante.
3
Overeenkomstig artikel 8 van Richtlijn 2002/21/EG hebben de AMM-richtsnoeren tot doel bij te dragen aan de ontwikkeling van de interne markt in de sector elektronische communicatie, onder meer door de ontwikkeling van een consistente regelgevende praktijk en de consistente toepassing van het kader te waarborgen.
4
De AMM-richtsnoeren houden geen enkele beperking in van de rechten die het EU-recht verleent aan personen of ondernemingen. Ze laten de toepassing van het EU-recht in het algemeen, en de mededingingsregels in het bijzonder, alsook de interpretatie hiervan door het Hof van Justitie van de Europese Unie, onverlet. De AMM-richtsnoeren vormen geen beletsel voor eventuele maatregelen van de Commissie of eventuele richtsnoeren die de Commissie in de toekomst nog zal publiceren met betrekking tot de toepassing van het mededingingsrecht van de EU.
5
De Commissie zal de AMM-richtsnoeren in voorkomend geval vervangen, rekening houdend met de evoluerende jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie, economische overwegingen en opgedane ervaringen met betrekking tot de markt, teneinde te waarborgen dat deze geschikt blijven in zich snel ontwikkelende markten.
6
Deze AMM-richtsnoeren zijn specifiek gericht op kwesties in verband met marktdefinitie en individuele en gezamenlijke aanmerkelijke marktmacht.
7
De AMM-richtsnoeren hebben geen betrekking op de coördinatie in het kader van onderling afgestemde feitelijke gedragingen in de zin van artikel 101, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna ‘het Verdrag’ genoemd). De richtsnoeren gaan ook niet in op de marktstructuren met een beperkt aantal marktdeelnemers wanneer niet is voldaan aan de criteria die door het Hof van Justitie van de Europese Unie worden toegepast om te bepalen of er sprake is van een gezamenlijke machtpositie.
Voetnoten
Richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 33).
Toelichting bij de richtsnoeren voor de marktanalyse en de beoordeling van aanmerkelijke marktmacht in het bestek van het EU-regelgevingskader voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (SWD(2018) 124).
Richtlijn 2002/19/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake de toegang tot en interconnectie van elektronischecommunicatienetwerken en bijbehorende faciliteiten (Toegangsrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 7).
Richtlijn 2002/20/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 betreffende de machtiging voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (Machtigingsrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 21).
Richtlijn 2002/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake de universele dienst en gebruikersrechten met betrekking tot elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (Universeledienstrichtlijn) (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 51).
Verordening (EU) nr. 531/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2012 betreffende roaming op openbare mobielecommunicatienetwerken binnen de Unie (PB L 172 van 30.6.2012, blz. 10), zoals gewijzigd bij Verordening (EU) 2015/2120 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 (PB L 310 van 26.11.2015, blz. 1) en Verordening (EU) 2017/920 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2017 (PB L 147 van 9.6.2017, blz. 1).
Aanbeveling 2014/710/EU van de Commissie van 9 oktober 2014 betreffende relevante producten- en dienstenmarkten in de elektronischecommunicatiesector die aan regelgeving ex ante kunnen worden onderworpen overeenkomstig Richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (PB L 295 van 11.10.2014, blz. 79).