Voor de leesbaarheid van dit vonnis en de bewijsbijlage heeft de rechtbank de in de bewezenverklaring genoemde geschriften genummerd. De cursieve notitie is (dus) een toevoeging van de rechtbank.
Rb. Rotterdam, 28-07-2016, nr. 10/765035-09
ECLI:NL:RBROT:2016:5919
- Instantie
Rechtbank Rotterdam
- Datum
28-07-2016
- Zaaknummer
10/765035-09
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBROT:2016:5919, Uitspraak, Rechtbank Rotterdam, 28‑07‑2016; (Eerste aanleg - meervoudig)
- Vindplaatsen
GZR-Updates.nl 2016-0354
Uitspraak 28‑07‑2016
Inhoudsindicatie
Mega Marque. Begeleider van pseudo-patienten. Veroordeling voor medeplegen opmaken valse medische verklaringen door twee psychiaters, medeplegen oplichting UWV en zorgkantoren en valselijk opmaken aanvraagformulier PGB. Ontslag van alle rechtsvervolging voor witwassen. Vrijspraak wapenbezit. Gevangenisstraf voor de duur van vier jaren.
Partij(en)
Rechtbank Rotterdam
Team straf 1
Parketnummer: 10/765035-09
Datum uitspraak: 28 juli 2016
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] (Turkije) [geboortedatum] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres [wooonplaats] ,
[adres] ,
raadsman mr. J.W.E. Luiten, advocaat te Maastricht.
1. Onderzoek op de terechtzitting
Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 25 en 26 mei 2016. Het onderzoek is gesloten op 28 juli 2016.
2. Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding, zoals deze op de terechtzitting van 8 december 2012 overeenkomstig de vordering van de officier van justitie nader is omschreven. De tekst van de nader omschreven tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.
3. Eis officier van justitie
De officieren van justitie mrs. H. Rebel en H.C. Vermaseren hebben gevorderd:
- -
vrijspraak van het onder 5 tenlastegelegde;
- -
bewezenverklaring van zowel het onder 1 onder A als het onder 1 onder B tenlastegelegde en het onder 2, 3 en 4 tenlastegelegde;
- -
vrijspraak van de onder 1 B tenlastegelegde brief uit zaaksdossier [medeverdachte 1] , de brieven van 22 februari 2007 en 27 juni 2008 uit het zaaksdossier [medeverdachte 2] en de brief van 6 maart 2009 over [medeverdachte 3] uit het dossier [medeverdachte 4] .
- -
veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van vijf jaren met aftrek van voorarrest.
4. Geldigheid dagvaarding feit 4
Standpunt van de verdediging
De dagvaarding dient wat betreft het onder 4 tenlastegelegde nietig verklaard te worden. Dit onderdeel is onvoldoende feitelijk omschreven, nu het geld noch de goederen die zouden zijn witgewassen nader zijn omschreven.
Oordeel van de rechtbank
Een dagvaarding heeft, voor zover hier van belang, als functie om de verdachte op de hoogte te stellen van de beschuldiging die de officier van justitie tegen hem inbrengt. De in de dagvaarding opgenomen tenlastelegging dient op grond van artikel 261 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) die beschuldiging naar tijd en plaats bepaald voldoende feitelijk en duidelijk te omschrijven. De vermeend witgewassen goederen, zijn in algemene termen, naar soort afzonderlijk genoemd: geldbedragen, auto’s en sieraden. Ter terechtzitting is gebleken dat de verdachte de tenlastelegging, gelet op hetgeen in het onderliggend dossier over in elk geval het geld en de sieraden is beschreven, goed heeft begrepen. Hij heeft daarover en ook met succes verweer gevoerd, zoals uit het onderstaande nog zal blijken.
De rechtbank verwerpt het verweer.
5. Bewijsbeslissing
Inleiding
Onder de naam Marque is in de periode december 2008 tot in april 2016 opsporingsonderzoek en strafrechtelijk vooronderzoek gedaan naar grootschalige fraude met uitkeringen en persoonsgebonden budgetten (PGB). Op grond van de resultaten van dat onderzoek hebben de officieren van justitie vijf beschuldigingen tegen de verdachte ingebracht. Die komen er – kort gezegd – op neer dat hij in de periode tussen 1 januari 2006 tot en met 18 januari 2011 tezamen en vereniging met twee psychiaters valse medische verklaringen, rapporten en brieven heeft opgemaakt en afgegeven; met die psychiaters en anderen die zich bedrieglijk voordeden als patiënten met zeer ernstige psychiatrische aandoeningen (verder: pseudo-patiënten) heeft samengewerkt om het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV), het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ), zorgkantoren en zorgverzekeraars op te lichten en met anderen uit gewoonte geld, auto’s en sieraden heeft witgewassen. Verder wordt de verdachte verweten dat hij op of omstreeks 7 mei 2007 een herbeoordelingsformulier van het UWV valselijk heeft opgemaakt en op 18 januari 2011 twee pistolen en munitie voorhanden heeft gehad.
5.1.
Bewijsbeslissing medeplegen valsheid in geschrifte en oplichting (feiten 1 en 3)
5.1.1
Algemeen
Vast staat dat de verdachte gedurende een reeks van jaren samen met ten minste twee psychiaters en vele pseudo-patiënten de uitkerende instanties UWV en het CIZ c.q. de zorgkantoren en zorgverkeringen stelselmatig heeft opgelicht. De toeleg van de verdachte is er op gericht geweest kandidaten te vinden die tegen betaling van een geldbedrag de valse hoedanigheid zouden aannemen van patiënt met ernstige psychiatrische aandoeningen, op wiens of wier naam een uitkering bij het UWV en/of het CIZ kon worden aangevraagd, over wie een psychiater een medische verklaring zou opstellen die het verstrekken van die uitkering noodzakelijk zou maken en die hij of een ander, door hem aangezocht persoon, zou begeleiden bij de gesprekken met de bedrijfsarts, verzekeringsarts van het UWV of medewerker van het CIZ. Deze bedoeling van de verdachte is ten laste gelegd als het medeplegen van het valselijk opmaken en/of afgeven van medische verklaringen en brieven (feit 1) en het medeplegen van het oplichten van het UWV en CIZ c.q. zorgkantoren en zorgverzekeraars, door (a) aanvraagformulieren in te vullen met onjuiste gegevens, (b) door het verzenden van valse medische verklaringen, (c) door het begeleiden van de pseudo-patiënten bij controlebezoeken, die zich anders voordoen dan gebruikelijk, (d) door het niet reageren op verzoeken om informatie en door (e) PGB-verantwoordingsformulieren valselijk op te maken (feit 3).
Opmaken en afgeven van medische verklaringen, rapporten en brieven (feit 1)
Volgens de tenlastelegging onder feit 1 heeft de verdachte het valselijk opmaken en afgeven van 32 medische verklaringen, rapporten en brieven medegepleegd. De rechtbank heeft geen rapporten in het dossier aangetroffen. Wat betreft het bewijs van de medische verklaringen en brieven, overweegt de rechtbank als volgt.
5.1.2
Het onder 1 tenlastegelegde
De valsheid
De rechtbank acht bewezen dat de in de tenlastelegging opgenomen verklaringen en brieven zijn opgesteld door de psychiaters [medeverdachte 4] of [medeverdachte 5] , of in elk geval onder hun rechtstreekse verantwoordelijkheid, nu deze verklaringen of brieven zijn voorzien van de handtekening van de desbetreffende psychiater en de authenticiteit van die ondertekening niet wordt betwist.
In een aantal gevallen spreekt het dossier over kopieën van medische verklaringen of brieven. Aangezien medische verklaringen of brieven (kennelijk) in digitale vorm beschikbaar zijn en ook een (digitale) kopie aan de bewijsbestemming kan voldoen, is dat onderscheid voor de bewezenverklaring op zichzelf niet van belang.
Uit de bij dit vonnis in bijlage II opgenomen bewijsmiddelen blijkt dat in alle gevallen de persoon op wiens of wier naam de verklaring of brief is afgegeven niet geestesziek was of niet in de mate waarin dat in de brief of verklaring is aangegeven.
Uit de bij dit vonnis opgenomen bewijsmiddelen maar ook uit de vonnissen die heden tegen hen worden gewezen, blijkt dat [medeverdachte 4] steeds op hoogte is geweest van de valsheid van de verklaringen en brieven die hij heeft opgesteld, terwijl [medeverdachte 5] willens en wetens de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat hij valse verklaringen en brieven opstelde.
Voorhanden hebben en afgeven
De meeste in de bewezenverklaring onder 1 opgenomen brieven en verklaringen zijn geadresseerd. In het in de bewijsbijlage opgenomen schema onder 9. staat waar de in de bewezenverklaring bedoelde verklaringen en brieven die niet zijn geadresseerd zijn aangetroffen.1.Dit zijn dossiers aangetroffen bij het UWV, het CIZ, bij de pseudo-patiënten thuis of bij de verdachte. Bij gebrek aan een andere redelijke verklaring, die ook niet is aangevoerd, betekenen de adressering en het elders dan bij de psychiater die de brieven of verklaringen hebben opgesteld aantreffen van de niet-geadresseerde brieven en verklaringen dat die moeten zijn afgegeven.
Voor zover de verklaringen in een woning, bij de verdachte in gebruik, zijn aangetroffen is het voorhanden hebben sowieso bewezen. Maar de verdachte kan verklaringen en brieven ook voorhanden hebben gehad indien deze bij iemand anders zijn aangetroffen, indien dit binnen hun gezamenlijk opzet viel. De vraag die (dus) rijst thans is of de verdachte het valselijk opmaken, voorhanden hebben en afgeven van die verklaringen of brieven heeft medegepleegd.
Medeplegen
In zijn arrest van 2 december 2014, ECLI:NL:HR:2014:3474, heeft de Hoge Raad enige algemene overwegingen over het medeplegen gegeven, in het bijzonder gericht op de afbakening tussen medeplegen en medeplichtigheid en meer in het bijzonder met het oog op gevallen waarin het medeplegen niet bestaat in gezamenlijke uitvoering. Voor de kwalificatie medeplegen is vereist dat sprake is van nauwe en bewuste samenwerking. Die kwalificatie is slechts gerechtvaardigd als de bewezenverklaarde - intellectuele en/of materiële - bijdrage aan het delict van de verdachte van voldoende gewicht is. Indien het tenlastegelegde medeplegen in de kern niet bestaat uit een gezamenlijke uitvoering, maar uit gedragingen die met medeplichtigheid in verband plegen te worden gebracht (zoals het verstrekken van inlichtingen), rust op de rechter de taak om in het geval dat hij toch tot een bewezenverklaring van het medeplegen komt, in de bewijsvoering - dus in de bewijsmiddelen en zo nodig in een afzonderlijke bewijsoverweging - dat medeplegen nauwkeurig te motiveren. Bij de vorming van zijn oordeel dat sprake is van de voor medeplegen vereiste nauwe en bewuste samenwerking, kan de rechtbank rekening houden met onder meer de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict en het belang van de rol van de verdachte of diens aanwezigheid op belangrijke momenten.
De verdachte heeft niet zelf met de psychiaters de verklaringen opgemaakt. In zoverre is er geen sprake van een gezamenlijke uitvoering. Maar dat betekent nog niet dat de samenwerking van de verdachte met de psychiaters heeft bestaan uit gedragingen die doorgaans met medeplichtigheid in verband worden gebracht. Verdachtes bijdrage aan de totstandkoming van die verklaringen gaat immers veel verder dan hulp verlenen. Hij heeft de pseudo-patiënten geworven of bestaande patiënten overgehaald om met het opstellen van de valse verklaringen en brieven mee te doen, de relevante inlichtingen verzameld, geordend en aan de psychiaters verstrekt en dit vervolgens langdurig en systematisch gedaan, waardoor de stelselmatige fraude heeft kunnen ontstaan en voortduren. Hij heeft pseudo-patiënten naar de psychiaters begeleid en de psychiaters tijdens de door hem bijgewoonde consulten van de benodigde informatie voorzien. Zonder de inzet van de verdachte zouden de valse verklaringen en brieven er niet (op de ten laste gelegde wijze) zijn geweest. Hij is, met andere woorden, te beschouwen als de auctor intellectualis.
[medeverdachte 4] heeft verklaard:
“ [verdachte] had altijd een zelfgeschreven anamnese van een patiënt bij zich. Dit was voor mij wel makkelijk. [verdachte] had destijds een eigen patiëntenbestand en dit was werktechnisch voor mij makkelijk. [verdachte] voelde zich een dokter”.2.
[medeverdachte 5] heeft verklaard:
“Turkse vrouwen kijken je niet aan tijdens een behandeling, toch moet je kijken wat er speelt. Dan ben je aangewezen op een begeleider. De begeleider, [verdachte] , beschikte toch over goede informatie, althans hij was geïnformeerd. Hij kende zelfs de geboortedata van patiënten uit zijn hoofd. [verdachte] was betrokken en bezocht mensen ook thuis en vertelde op die manier wat er dan aan de hand was”.3.
Uit de bij dit vonnis gevoegde bewijsmiddelen blijkt verder dat de verdachte op 18 januari 2011 in totaal 244 patiëntendossiers op verschillende plekken in zijn bezit had; hij heeft [medeverdachte 4] verzocht de dossiers van 44 patiënten aan hem, verdachte, over te dragen omdat zij door een andere psychiater (kennelijk: [medeverdachte 5] ) zouden worden behandeld. Hij heeft [medeverdachte 4] gevraagd de behandeling van deze patiënten en vooral ook de declaratie te stoppen.
Tenslotte blijkt uit de bij dit vonnis gevoegde verklaringen van pseudo-patiënten dat zij door de verdachte zijn benaderd om mee te werken aan oplichting van het UWV en/of het CIZ.
[medeverdachte 2] heeft verklaard:
[verdachte] vertelt mij dat hij mij met pensioen kon sturen.
Wij hebben daarvoor betaald. Mijn man heeft tussen de 2000 en 3000 Euro betaald aan [verdachte]4.
[medeverdachte 2] heeft op de vraag wie er is begonnen met het aanvragen van een uitkering verklaard:
In het aller begin is het initiatief van [verdachte] gekomen.5.
De conclusie is dat de verdachte, ook bij het valselijk opmaken van de medische verklaringen, voor zover deze rechtstreeks een rol hebben gespeeld bij het stelselmatig oplichten van UWV en CIZ c.q. zorgkantoren/zorgverzekeringen, een essentiële rol heeft gespeeld en in zoverre kan worden bewezen dat hij het valselijk opstellen, voorhanden hebben en afgeven van de medische verklaringen en brieven tezamen en in vereniging met Gülçacan en [medeverdachte 5] heeft gepleegd.
Deelvrijspraak
Voor de brief van 7 juli 2008 uit het dossier [medeverdachte 1] , de brieven van 22 februari 2007 en 27 juni 2008 uit het dossier [medeverdachte 2] en de brief van 6 maart 2009 uit het dossier [medeverdachte 3] is door de officier van justitie vrijspraak geëist omdat de betrokkenheid van de verdachte bij die brieven onvoldoende kan worden vastgesteld. De rechtbank komt, gelet het op het onderzoek ter terechtzitting en de onderliggende dossierstukken tot eenzelfde oordeel. De verdachte wordt vrijgesproken van dit deel van de tenlastelegging.
Verwerping van een verweer
De raadsman van de verdachte heeft zich op het standpunt gesteld dat ten aanzien van elk van de in de tenlastelegging genoemde zaaksdossiers afzonderlijk niet wordt voldaan aan het bewijsminimum, met uitzondering van de zaken genoemd in de dossiers [medeverdachte 6] , [verdachte] , en [medeverdachte 7] . Immers, de (andere) pseudo-patienten hebben, toen zij bij de rechter-commissaris werden gehoord, geweigerd te verklaren. Hun verklaringen waren, nu het valselijk opmaken van elke medische verklaring elk voor zich een strafbaar feit is, ten aanzien van elk van die onderscheidenlijke feiten ‘sole and decisive evidence’ en dienen, nu de verdediging deze verklaringen niet heeft kunnen testen, van bewijs te worden uitgesloten. Aldus blijft er geen bewijsmateriaal over en dient in elk van die zaaksdossiers vrijspraak te volgen.
De rechtbank verwerpt dit verweer in al zijn onderdelen. Wat daar verder ook van zij, geen van de door de verdediging bedoelde verklaringen is aan te merken als doorslaggevend, voor de valsheid noch de oplichting, nu al het in de bewijsbijlage onder feit 1 en feit 3 opgenomen bewijsmateriaal onderling verband beschouwd bijdraagt aan de bewezenverklaring. De feitelijke gang van zaken die aan elk van de valselijk opgemaakte brieven of rapporten en daaraan verbonden oplichting ten grondslag ligt, vertoont ten opzichte van elkaar op essentiële punten zulke belangrijke overeenkomsten, zoals hierboven onder 5.1.2 is uiteengezet, dat het bewijs daarvoor mag worden afgeleid uit de hoge mate van overeenkomst met de feitelijke gang van zaken in de andere zaaksdossiers (vgl. HR 17 februari 2015, ECLI:NL:HR: 2015:326 en HR 7 juli 2015, ECLI:NL:HR:2015:1817).
5.1.3
Bewijsbeslissing medeplegen oplichting UWV en CIZ c.q. zorgkantoren en zorgverzekeraars (feit 3)
Algemeen
Als gezegd zijn, volgens de tenlastelegging, het UWV en CIZ c.q. zorgkantoren en zorgverzekeraars, door de verdachte en zijn mededaders bedrieglijk bewogen tot afgifte van geld, door (a) het invullen van aanvraagformulieren met onjuiste gegevens, (b) het verzenden van valse medische verklaringen, (c) het bij controle-bezoeken begeleiden van de pseudo-patiënten die zich anders gedragen dan gebruikelijk, (d) het niet reageren op verzoeken om informatie en door (e) PGB-verantwoordingsformulieren valselijk op te maken.
Niet is gebleken dat het niet reageren op verzoeken om inlichtingen heeft bijgedragen aan de afgifte van geld. Evenmin blijkt uit het dossier dat en op welke wijze het opmaken en inleveren van zorgverantwoordingsformulieren van invloed is op de uitkering van een persoonsgebonden budget, desnoods voor het volgend jaar. De rechtbank zal in elk geval van de onderdelen (d) en (e) vrijspreken.
Vast staat dat de verdachte heeft deelgenomen aan grootschalige, langdurige fraude met uitkeringen. Dit blijkt uit de hierboven onder 5.1.2 opgesomde feiten en omstandigheden en uit de in bijlage II opgenomen bewijsmiddelen, in het bijzonder uit de verklaringen van de pseudo-patiënten dat de verdachte hen hielp, alsmede uit het aantreffen van hun medische dossiers in een woning bij de verdachte in gebruik.
Omdat oplichting strafbaar is als iemand wordt bewoging tot afgifte door oplichtingsmiddelen, is bewijs nodig van een causale relatie tussen afgifte van in dit geval geld (uitkeringen) en de oplichtingsmiddelen. Aangezien uitkeringen vaak op aanvraag of melding bij wijze van voorschot worden verleend en (overige) oplichtingsmiddelen pas na de afgifte van in elk geval een deel van het geld worden aangewend, is precieze vaststelling van de volgtijdelijkheid van handelingen nodig. Deze staat wat betreft de oplichting in onderstaand schema. De documenten waarnaar het schema verwijst, staan in de bewijsbijlage. Het betreft oplichting in de zaken [medeverdachte 1] en [medeverdachte 6] van het UWV en [medeverdachte 8] van het UWV en een zorgkantoor. Aldus draagt dit bij tot bewezenverklaring van het feit zoals is tenlastegelegd onder 2, namelijk ten aanzien van het UWV en een zorgkantoor tezamen en vereniging met anderen meermalen plegen.
document | datum | vindplaats | opgemaakt door | inhoud |
Registratie suwinet [medeverdachte 1] | 1-4-08 t/m 11-02-09 | Zpv [medeverdachte 1] p. 26 | -- | Ziektewet uitkering (aansluitend op 13-2-09 WGA uitkering) |
Brief [medeverdachte 4] | 7-4-08 | Zpv [medeverdachte 1] p. 553 (leesbaar) en 919 | [medeverdachte 4] | Brief aan UWV Tilburg, nav poging contact vanuit arbo-dienst. Bijlage medische verklaring 7-8-07, die actuele informatie bevat: As I: Depressieve stoornis, eenmalige episode, chronisch Generaliseerde angststoornis Paniekstoornis As II: uitgestelde diagnose As III: biochemisch geobjectiveerde anemie As IV: geen bijzonderheden As V: Gaf: 35 |
aanvraag WIA uitkering tbv [medeverdachte 1] | 6-11-2008 verzonden 3-12-08 | zpv [medeverdachte 1] , p 155 ev | [medeverdachte 1] | aanvraagformulier UWV |
Medisch onderzoeks verslag | 9-12-08 | Zpv [medeverdachte 1] p. 542 | [betrokkene 1] , verzekerings arts UWV | Spreekuur 9-12-08, verwijzing correspondentie [medeverdachte 4] van 7-08-07; diagnose: |
Suwinet over [medeverdachte 8] | 6-10-03 t/m 2-4-04 en vanaf 4-4-04 | Zpv [medeverdachte 8] p. 60 | -- | Uitkering ziekte wet vanaf 6-10-03; WAO vanaf 4-4-04 |
1.Vragenlijst ter voorbereiding herbeoordeling | 14-2-06 | Zpv [medeverdachte 8] p. 92 | Ingevuld door [verdachte] | Betreft [medeverdachte 8] ; heeft alle belemmeringen; is ziek (psychose) |
3. Cohort rapportage | 21-2-06 | Zpv [medeverdachte 8] p. 86 ev | [betrokkene 2] , verzekerings arts UWV | Op t spreekuur 14-2-06, tezamen met [verdachte] . Ernstige psychiatrische aandoening. [betrokkene 2] zal info opvragen bij ‘behandelende sector’. |
2. Brief aan [betrokkene 2] UWV | 17-3-06 | Zpv [medeverdachte 8] p. 2671-2672 | [medeverdachte 4] | |
3. Rapportage verzekeringsarts | 22-3-06 | Zpv [medeverdachte 8] p. 218 | [betrokkene 2] verzekerings arts | Info verkregen van behandeld psychiater [medeverdachte 4] , As I pschotische stoornis, posttraumatische stressstoornis; depressieve stoornis, chronisch met psychotische kernmerken; As II uitgetelde diagnose. Belanghebbende kan als volledig arbeidsongeschikt worden beschouwd vanwege het dysfuncfioneren vanwege een ernstige psychiatrische stoornis. |
3. Besluit tot continuering uitkering [medeverdachte 8] | 27-3-06 | Zpv [medeverdachte 8] p. 81 | UWV | We hebben uw mogelijkheden om te werken onderzocht. Gelet op de resultaten van onze beoordeling zijn wij van mening dat uw arbeidsongeschiktheid ongewijzigd dient te worden vastgesteld en dat er geen redenen zijn uw uitkering te wijzigen. |
4. Stortingen UWV op bankrekening [medeverdachte 8] | 6-1-04 t/m 12-2-10 | Zpv [medeverdachte 8] p. 1969 | Van UWV aan gezamenlijke rekening [medeverdachte 8] Bircan | 108 maal een storting van max 798,- (6 jaar, is 72 maanden), dus ook stortingen na 27-3-06 maar onduidelijk of dit voor [medeverdachte 8] is of voor Bircan. Aan de andere kant, uit suwinet blijkt dat hij die uitkering had. Die wordt natuurlijkook na 27-3-06 uitbetaald. Daar hoeven verder niet moeilijk over te doen, zeker nu dat niet is aangevoerd. |
Aanvraag PGB [medeverdachte 8] | 26-5-08 | Zpv [medeverdachte 8] p. 434 | CIZ | Bijlage bij indicatiebesluit. Wie vraagt aan? Zorgaanbieder [medeverdachte 4] . Is onder behandeling bij [medeverdachte 4] . Medische verklaring ontbreekt. Wel ziekte biografie: Als we dit koppelen aan een verklaring van [medeverdachte 8] dat [medeverdachte 4] een medische verklaring had opgemaakt, is dat wat mij betreft genoeg. Datum is wel weer van het indicatienbesluit. |
Brief aan CIZ | 27-6-08 | Zpv [medeverdachte 8] p. 220-221 | [medeverdachte 4] | Ik wil patient aanmelden voor AWBZ-zorg |
Indicatiebesluit PGB [medeverdachte 8] | 22-7-08 | Zpv [medeverdachte 8] p. 346; 455 | CIZ | Geldig tot 17-7-09; pgb |
uitbetaling voorschotten | 29-12-08 t/m 23-6-09 | Zpv [medeverdachte 8] p. 356 | Zorgkantoor | |
Brief aan UWV | 22-4-08 | Zpv [medeverdachte 6] , p. 771 | [medeverdachte 4] | As I: 296.34 Depressieve stoornis met melancholisch c/q psychotische kenmerken 295.70 Schizoaffectieve stoornis, depressieve type (CA VE) As II: 799.9 Uitgestelde diagnose persoonlijkheidsstructuur As III: Muskuloskeletale symptomen, hoofdpijn, maag-en darmklachten. As IV: problemen binnen de primaire steungroep As V: GAF: 30 |
Rapportage verzekeringsarts | 8-12-09 | Zpv [medeverdachte 6] p. 210 | [betrokkene 3] , verzekerings-arts | Het klachtenbeeld blijft onverminderd hetzelfde. Belanghebbende uit zich niet ook niet na aanspreken, Volgens haar bij het spreekuur aanwezige neef blijft zij apathisch, inactief. Beperkingen zijn langdurig.Overdracht naar WIA. Opm rechtbank: blijkens de hieronder weggegeven verklaring van [medeverdachte 6] is deze neef de verdachte en heeft [medeverdachte 6] voor dit bezoek aan de verzekeringsarts een pil van de verdachte gekregen.. |
Aanvraag UWV uitkering [medeverdachte 6] | 15-1-10 | Zpv [medeverdachte 6] , p. 149 | [medeverdachte 6] | Aanvraag WIA-uitkering H [medeverdachte 6] [adres] |
Onderzoeks-verslag | 14-4-10 | Zpv [medeverdachte 6] , p. 203-207 | [betrokkene 4] , verzekerings-arts | Zie brief aanwezig in dossier van de behandelend psychiater [medeverdachte 4] d.d. 22-04-2008. Cliënt is volledig arbeidsongeschikt te beschouwen. |
Beslissing uitkering | 27-5-10 | Zpv [medeverdachte 6] , p. 102 | UWV | Toekenning IVA-uitkering € 684,69 miv 16 maart 2010 |
Hieraan kan het volgende worden toegevoegd.
[medeverdachte 8] heeft bij de politie verklaard:
“De mensen komen altijd via via. Van horen zeggen weten de mensen dat [verdachte] daar mee bezig was. De bedragen die jullie noemden waren inderdaad € 1500 tot € 3000. Ze moesten dat aan het begin al betalen aan [verdachte] . Soms konden ze ook later betalen. Ze deden dat cash. De dokter [medeverdachte 4] en [verdachte] kreeg het geld. Het ziektebeeld werd verteld door [verdachte] .
[verdachte] kreeg het geld eerst en die gaf het aan [medeverdachte 4] . Hoe de verdeling was bij hun weet ik niet maar toen ik het deed kreeg ik 1/3 (eenderde) en [medeverdachte 4] kreeg 2/3 (tweederde). [medeverdachte 4] heeft de verdeling bij mij bepaalt.
Het doel was mensen in de ziektewet te krijgen en daarna WAO of WIA zoals het nu heet”.6.
“Ik heb 40/50 patiënten voor [verdachte] begeleid. Ik viel dan in”.7.
De rechtbank acht deze verklaring betrouwbaar, ook omdat de verklaring wordt ondersteund door uitspraken van de verdachte zelf.
Op 6 mei 2010 heeft de verdachte in zijn auto een telefoongesprek gevoerd. Dit gesprek is opgenomen met een opnameapparaat dat de politie in verdachtes auto had verborgen. Daarom is alleen de verdachte te horen:
[verdachte] (sh) wgd NN.
[verdachte] : "hallo!... Zegt u 't maar! ... Ja, ik ben het meneer Kadir . ... Ja ik heb het bericht net ontvangen ... Wat je daarin schreef ... ja het klopt .... Wat jij mij hebt betaald aangaande jouw zaak is bekend ... Het is bekend wat ik daarvan aan meneer [medeverdachte 4] geef .... Ja . .... En daarnaast, wat ik krijg is ook bekend. Sowieso krijgt meneer [medeverdachte 4] twee derde er van (2/3) en een derde (113) krijg ik . ...
Hoeveel was het bedrag dat jij betaalde voor meneer [medeverdachte 4] en mij?
NN: .. (niet te horen)
[verdachte] : bedrag van 3000 euro hé. Zoals jij het ook weet, heeft [medeverdachte 4] 2000 daarvan
gekregen en ik 1000.
NN: ... (niet te horen)
B: nee, nee, laat ik dit zeggen. Van de 3000 euro .... 2000 daarvan is voor meneer [medeverdachte 4] en 1000 heb ik genomen/gekregen.
Ik krijg de een derde (1/3) omdat ik (de zaak) volg .... lk ga misschien 12 keer naar afspraken .... Dus die 1000 van de 3000 die ik krijg, is totdat de zaak van de persoon ten einde is .... Als je 8 keer, 12 keer 100 naar Eindhoven zou berekenen, wordt dat 1700 .8.
Dat het het samenwerkingsverband waar de verdachte deel van uitmaakte ging om het oplichten van het UWV en de zorgverzekeringen in het kader van de PGB’s blijkt voorts uit verklaringen van pseudo-patiënten, zoals C. [medeverdachte 2] , die op 10 mei 2011 heeft verklaard dat hij geen recht had op het PGB, dat door [medeverdachte 4] en [verdachte] was geregeld: “Ik heb mij door satan laten leiden”.9.Of [betrokkene 5] , de echtgenote van [medeverdachte 2] : “ [verdachte] heeft gezegd dat hij via de ziektewet hij ons met pensioen kon laten gaan”.10.
Overigens staat niet vast dat de hieronder beschreven oplichtingshandelingen ten aanzien van elk van de onder feit 1 genoemde personen steeds heeft geleid tot een uitkering. Dát het UWV en de zorgkantoren/zorgverzekeringen bedrieglijk zijn bewogen tot afgifte van geld staat wel vast in de in de bewijsbijlage opgenomen zaken. Daaraan kan, wat betreft het onderdeel onder (c) nog het volgende worden toegevoegd uit de verklaring van de pseudo-patiënt [medeverdachte 6] :
Wij, verbalisanten tonen verdachte H. [medeverdachte 6] een medicijn
Wat is dit voor een medicijn?
Dat is die rotpil. Ja daar heb ik de helft van ingenomen. Ik zie toch ik heb het een keer en tweede keer ingenomen en zelfs bij de helft ben je al weg.
Deze pil krijg je sowieso als je naar een arts gaat en als je je rol niet kan spelen dan krijg je zo een pil.
Van wie krijg je die dan?
Van [verdachte]
Wat deed het medicijn met je die je ingenomen hebt tijdens de controle bij een arts van het UWV op 8 december 2009?
Als je de rol niet kan spelen krijg je zo een pil. Ik moet doen alsof ik schizofreen ben,
doen als je depressief bent. Dan alsof je zo bent.
Hoe weet je hoe je moet doen als je schizofreen bent?
Hoe ik dat weet, het wordt je verteld.
Door wie?
Door [verdachte] wordt dat verteld. Als je dat niet kan dan krijg je deze pil van [verdachte]
Heeft [verdachte] jou verteld?
Ja, wat voor bewegingen ik moest doen en zo. De eerste keer ging dat niet goed en [verdachte] heeft mij toen dat ik een pil moest nemen omdat ik de rol niet kon maken.11.
Deze verklaring vindt steun in gesprekken die de verdachte in zijn auto heeft gevoerd. Op 6 mei 2010 zit de verdachte in zijn auto met een onbekende, kennelijk voorafgaand aan een afspraak bij het UWV. In dit gesprek geeft de verdachte aanwijzingen hoe de andere persoon zich dient te gedragen en wordt gesproken over het innemen van een medicijn. Uiteindelijk beslist de verdachte dat dit niet nodig is. Wel legt hij uit dat de medicatie zal worden aangepast. Het gesprek gaat als volgt:
B= [verdachte]
B: Wij gaan naar binnen en ik pak je arm vast en we gaan samen naar binnen. We
gaan meteen weer de deur uit en zullen hier wachten. Wij gaan nu samen naar binnen.
Als je binnen bent moet je zeggen dat je mentaal niet in staat bent om antwoord
te geven omdat jij krijgt 'stemmingen, stemmingen van andere mensen' [in het Nederlands, vert.] .... je hallucineert, psychose is een ziekte dat niet te verhelpen is. En als in de toekomst een patiënt een chronische psychiatrische patiënt wordt ... langdurig ... daarna gaan wij PGB aanvraag indienen. Dat is persoongebonden budget. Nadat zij zien dat je hier en daar komt zullen ze jou rechtstreeks naar de bedrijfsarts sturen, dat zijn re-integratie specialisten.
N: Had ik misschien een van deze medicijn moeten innemen of wat zal ik doen?
B: Nee je hoeft geen medicijnen in te nemen.
N: .. (lacht) ..
B: Doe nou vooral wat ik zeg en voor de rest moet jij je er niet mee bemoeien. Als je
medicijn inneemt, zul je tot in de avond dinges zijn. Anders zou ik een medicijn geven zodra je binnen komt zul jij door die medicijn niet uit je woorden komen. Dat soort medicijnen zijn er ook. Maar als je niet doet wat ik zeg, zal ik bij de volgende afspraak dat wel aan jou geven. Wacht maar even nu af, laten wij het eerst zo proberen. Verder .. .jij bent alles vergeten ... kijk wij hebben rispeldal (fon) wij zullen volgende week rispeldal (fon) verhogen. De dosering. Dat is een anti-psychoticum (fon). Dus dat en antidepressiva zullen verhoogd worden. Wij gaan volgende week nog een fax sturen daarover, samen met het recept.12.
Op een ander moment, op 10 mei 2010, wordt aan de pseudo-patiënt na enig heen en weer gepraat wel een pil gegeven. De verdachte zit in zijn auto met twee vrouwen. Een van de vrouwen is kennelijk de pseudo-patiënt, de rol van de andere vrouw is onduidelijk, maar zij is wel vertrouwd met de situatie, gelet op de beschrijving die zij geeft van het effect van de pil:
[verdachte] zegt: als je in de auto stapt en daar bij UWV aankomt, wordt daar bij de UWV alles met een camera opgenomen.
Je moet je handen zo bewegen, gewoon praten, tot dat je binnen en buiten komt. NNvrouw: dus ik moet mij abnormaal gaan gedragen. Je gaat naar binnen in je eigen wereld. 'Ik ben bang, zij komen'. NNvrouw: ik ga opstaan en zeg dat ik weg
ga. [verdachte] zegt: "Ik zeg je ook dit: ik ga je aanwijzingen geven, dat doe ik zogenaamd. Ik zeg dat je zus en zo moet doen. Daar moet je niet op je plaats blijven. ik ben bang, mama roept mij, ik ga naar mama, heheh, ik kom mama"
NNvrouw: dat zal niet meer dan 10 min duren.
[verdachte] zegt: dat hangt helemaal van je af. Ga je zitten met benen op elkaar. Je moet dan constant naar boven kijken. Je moet met boven gaat praten.
[verdachte] zegt: je moet zeggen dat je psychose bent. Hierna vertelt [verdachte] hoe moeilijk hij het had toen hij met een garagehouder daar binnen was gegaan. [verdachte] zegt: hij had niet eens zijn handen gewassen. [verdachte] zegt dat hij heel erg bezig is geweest. [verdachte] zegt dat hij al 27 jaar deze zaken doet.13.
[verdachte] zegt: als je wilt, kan ik je ook een medicijn geven, dan zou je zulke reflexen
hebben dat je daarvan niet eens bewust zou zijn. Ik heb wel medicijnen als je wilt. [verdachte] : het gevolg van de uitwerking van de medicijn zie je na 15 min wel hoor. Laat ik je Inna .... 7,5 gram geef ik je. Laat ik je eentje geven. Wij gaan nu al weg.
NNvrouw 2: wij zetten je thuis wel af hoor. Je wordt er suf door, verder doet het niets.
[verdachte] :laat ik het gelijk dingessen, hier pak aan.
NNvrouw2: wacht [verdachte] , wij hebben hier wel water
[verdachte] : hier neem het gelijk in, slik maar in zus ok, het is goed zo.14.
5.1.4
Het onder 4 tenlastegelegde
Standpunt officier van justitie
Het witwassen van ‘enig geldbedrag’ kan wettig en overtuigend worden bewezen. Uit verschillende verklaringen komt naar voren dat de verdachte zich contant liet betalen voor zijn werkzaamheden in de fraude. Juist omdat die betalingen contant werden gedaan, kan niet precies worden herleid wat er met het geld is gebeurd en op welk moment welke witwashandeling is toegepast. Maar dat het naar objectieve maatstaven bezien niet anders kan dan dat de ontvangsten zijn witgewassen, staat vast.
Wat betreft de feiten
Blijkens het Algemeen proces-verbaal Marque (p. 1974-1979) zijn de volgende geldbedragen aangetroffen, die aan de verdachte worden toegerekend:
€ 94.910 | [adres 1] | Adres [betrokkene 6] , ex-echtgenote |
€ 514,20 | [adres 2] | Verblijfplaats [betrokkene 6] ; Verdachte verblijft regelmatig op dit adres |
€ 28.670 | [adres 3] | GBA-adres verdachte |
€ 18.000 | [adres 4] | Woonadres ouders van de verdachte |
€ 5.680 | Fouillering | Bij de verdachte zelf |
Tijdens het opsporingsonderzoek en ook ter zitting heeft de verdachte verklaard dat alleen het geld dat in zijn fouillering is aangetroffen van hem is. Het geld dat op zijn GBA-adres is gevonden, is van zijn zoon, die dit heeft gekregen van gasten die op zijn huwelijksfeest zijn geweest. De aangetroffen sieraden (het goud) zijn van zijn schoondochter. De andere bedragen zijn van [betrokkene 6] , [medeverdachte 9] en zijn ouders. Deze verklaringen zijn niet verder geverifieerd. Naar de herkomst van het voertuig waarin de verdachte heeft gereden is evenmin onderzoek gedaan en de officier van justitie heeft daar in het requisitoir ook niet naar verwezen. Een en ander brengt mee, dat alleen het bedrag van 5.680,- als bezit (in strafrechtelijke zin) van de verdachte valt aan te merken.
Oordeel van de rechtbank
De verdachte heeft op de zitting verklaard dat hij dit bedrag heeft gespaard van zijn uitkering. Vast staat dat de verdachte op grote schaal fraude heeft gepleegd door personen de valse hoedanigheid te laten aannemen van patiënt met ernstige psychiatrische problemen. Hij heeft ook zelf die valse hoedanigheid aangenomen, zoals mede blijkt uit het feit dat hij het onder 2 van de tenlastelegging bedoelde formulier valselijk heeft opgemaakt. Aldus heeft hij het bedrag van € 5.680,- verkregen uit een uitkering die hij heeft verkregen door oplichting. Het bedrag is derhalve onmiddellijk uit misdrijf afkomstig en het onder 4 tenlastegelegde is in zoverre bewezen.
5.1.5
Het onder 5 tenlastegelegde
Ten aanzien van het onder 5 tenlastegelegde heeft de officier van justitie tot vrijspraak gerekwireerd en heeft de verdediging vrijspraak bepleit. De rechtbank komt, gelet op het onderzoek ter terechtzitting en de onderliggende dossierstukken tot eenzelfde oordeel. De verdachte wordt vrijgesproken van dit deel van de tenlastelegging.
5.2
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 2, 3 en 4 tenlastegelegde heeft begaan op die wijze dat:
1.
hij,
op tijdstippen in de periode van 1 januari 2006 tot en met 18 januari 2011, te Rotterdam en/of te Berkel en Rodenrijs en/of te Zwijndrecht en/of te Eindhoven en/of te Dongen en/of te Helmond, in elk geval (elders) in Nederland,
A.
tezamen en in vereniging met anderen ,
,
medische verklaringen enbrieven met medische informatie,
opgesteld in het kader van en gebruikt bij de beoordeling voor een aanvraag en een indicatiestelling voor verstrekking van een Persoons Gebonden Budget-uitkering en/of een uitkering krachtens de Wet op de Arbeidsongeschiktheid en/of de Wet Werk en inkomen naar arbeidsvermogen (hierna verder: PGB-uitkering en/of WAO/WIA-uitkering),
die medische verklaring(en) en die brieven, telkens zijnde geschriften/die bestemd waren om tot bewijs van enig feit te dienen
valselijk heeft opgemaakt en/of heeft laten opmaken ,
met het oogmerk om genoemde medische verklaringen en/of genoemde brieven met medische informatie, als echt en onvervalst te gebruiken en/of door (een) ander(en) te doen gebruiken
enopzettelijk toen en daar voorhanden heeft/hebben gehad
terwijl hij en zijn mededader(s) wist(en) dat genoemde medische verklaringen en genoemde brieven met medische informatie,
bestemd waren voor zodanig gebruik als waren deze echt en onvervalst
en
B.
tezamen en in vereniging met [medeverdachte 4] en/of JPM [medeverdachte 5] , in de uitoefening van hun beroep als arts (psychiater en/of psychotherapeut)
meermalenopzettelijk valse verklaringen heeft afgegeven nopens het bestaan of bestaan hebben van ziekten, zwakheden of gebreken,
te weten (onder meer):
zaaksdossier [medeverdachte 10] :
tav A. [medeverdachte 10] , onder meer:
1) * een brief dd 15 augustus 2008, gericht aan [betrokkene 7] , huisarts te Veghel, bevattende medische informatie tav A. [medeverdachte 10] ,
en
tav M. [medeverdachte 10] , onder meer:
2) * een medisch/psychiatrische verklaring dd 2 oktober 2006, bevattende medische informatie gegevens van M. [medeverdachte 10] en
3) * een brief dd 8 juni 2007, gericht aan [betrokkene 8] , verzekeringsarts van [rechtspersoon 1] te Rotterdam, bevattende medische informatie tav M. [medeverdachte 10]
en
4) * een brief dd 21 april 2008, gericht aan CIZ Gorinchem, bevattende medische informatie van M. [medeverdachte 10]
en
tav [medeverdachte 11] , onder meer:
5) * een medisch/psychiatrische verklaring dd 29 september 2006, bevattende medische informatie tav [medeverdachte 11]
en
6) * een medisch/psychiatrische verklaring dd 14 december 2007, bevattende medische informatie
tav [medeverdachte 11] , en
7) * een medisch/psychiatrische verklaring dd 15 februari 2009, bevattende medisch informatie tav [medeverdachte 11]
en
Zaaksdossier [medeverdachte 2] :
tav C. [medeverdachte 2] , onder meer:
8) * een brief d.d. 7 april 2008, gericht aan CIZ te Dordrecht, bevattende medische informatie tav C. [medeverdachte 2] en
tav K. [medeverdachte 2] -Cicek, onder meer:
en
zaaksdossier [medeverdachte 6] , onder meer:
13) * een brief dd 28 maart 2008, gericht aan het CIZ te Apeldoorn, betreffende H. [medeverdachte 6] en
14) * een brief d.d. 22 april 2008, gericht aan [betrokkene 13] , verzekeringsarts bij het UWV te Apeldoorn, betreffende [medeverdachte 6] , en
Zaaksdossier [medeverdachte 12] , onder meer:
15) * een brief dd 1 september 2006, gericht aan [betrokkene 14] , verzekeringsarts van het UWV Venlo,
bevattende medische gegevens van [medeverdachte 12] en
16) * een brief dd 7 april 2008, gericht aan het CIZ te Grubbenvorst, bevattende medische gegevens van
en
en
Zaaksdossier [medeverdachte 13] , onder meer:
18) * een medisch-psychiatrische verklaring dd 22 juni 2007, betreffende A. [medeverdachte 13] en
19) * een medisch-psychiatrische verklaring dd 23 februari 2009
en
Zaaksdossier [verdachte] , onder meer:
20) * een brief dd 13 juni 2008, gericht aan het CIZ te Veldhoven, bevattende medische gegevens van [medeverdachte 14]
en
Zaaksdossier [medeverdachte 15] , onder meer:
21) * een brief dd 3 juli 2007, gericht aan [betrokkene 10] , verzekeringsarts bij het UWV te Breda, bevattende medische gegevens van M. [medeverdachte 15] en
22) * een medisch-psychiatrische verklaring dd 3 oktober 2007, bevattende medische gegevens van M. [medeverdachte 15]
en
Zaaksdossier [medeverdachte 8] :
tav N. [medeverdachte 8] , onder meer:
23) * een brief 17 maart 2006, gericht aan [betrokkene 2] , verzekeringsarts bij de UWV Dordrecht, bevattende medische gegevens van N. [medeverdachte 8] en
24) * een brief dd 12 juni 2009, gericht aan de medisch adviseur van het CIZ, bevattende medische gegevens mbt N. [medeverdachte 8]
en
Zaaksdossier UWV [medeverdachte 4] :
tav [medeverdachte 16] , onder meer:
25) * een medisch-psychiatrische verklaring dd 3 april 2006, betreffende [medeverdachte 16] en
26) * een medisch-psychiatrische verklaring dd 12 maart 2010, betreffende [medeverdachte 16]
en
tav [medeverdachte 3] , onder meer:
27) * een medisch-psychiatrische verklaring dd 12 februari 2007, betreffende [medeverdachte 3] en
28) * een brief dd 23 juni 2008, gericht aan [betrokkene 11] , bedrijfsarts Arbodienst DAF te Eindhoven, bevattende medische gegevens van [medeverdachte 3]
en
Zaaksdossier UWV [medeverdachte 5] :
tav S. [medeverdachte 7] , onder meer:
30) *een medische verklaring dd 30 juni 2010, gericht aan het CIZ, bevattende onder meer medische gegevens van S. [medeverdachte 7] en
tav [medeverdachte 17] , onder meer:
31) * een brief dd 5 oktober 2009, gericht aan [betrokkene 12] , verzekeringsarts bij het UWV, bevattende medische gegevens van [medeverdachte 17] en
32) *een brief dd 2 april 2010, gericht aan de medisch adviseur van het CIZ, bevattende medische gegevens van [medeverdachte 17] ,
bestaande die valsheden onder meer daaruit
dat hij, verdachte, en/of die S. [medeverdachte 4] en/of die JPM [medeverdachte 5] , s,
in voormelde medische verklaringen en/of brieven met medische informatie telkens
- onjuiste cq valse, immers in strijd met de waarheid, diagnoses/waarden conform de Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (As-score(s), en/of,
- onjuiste cq valse, immers in strijd met de waarheid, diagnoses/waarden mbt de Global Assessment of Functioning (GAF-score), en/of
- ( deels) onjuiste cq (deels) valse, immers in strijd met de waarheid, ziektebeelden en/of psychische/psychiatrische aandoening(en) en/of gedragsstoornis(sen)
heeft/hebben vermeld en/of heeft/hebben laten vermelden;
2.
hij,
op 7 mei 2007,
te Eindhoven, (van) een herbeoordelingsformulier, ondertekend dd 07-05-2007, in het kader van zijn, verdachtes,
WAO-uitkering,
— dat herbeoordelingsformulier, zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te
dienen — valselijk heeft opgemaakt zulks met het oogmerk om het voormelde geschrift
als echt en onvervalst te gebruiken en
opzettelijk gebruikt heeft gemaakt , als ware dat
herbeoordelingsformulier, echt en onvervalst,
bestaande die valshe(i)d daaruit
dat hij, verdachte ( [verdachte] ), op dat herbeoordelingsformulier heeft geschreven
bij vraag 6.1: ik ben ziek
psychotische en geestelijke klachten,
en ook lichamelijk handicapt,
en ook geen zelfcontrole,
niet toerekenbaar, en
bij vraag 8: lichamelijk+geestelijk+psychisch+
(p. 113) verstandelijk en schizofrene klachten,
(chronische ziekte), en
bij vraag 10.1: eigenlijk alles, zoals psychisch, lichamelijk en geestelijk (p. 114), en
bij vraag 10.2: Alles, ik heb alle belemmeringen en ook thuis familiezorg, (p. 114), en
bij vraag 11.3: lichamelijk+psychisch+psychotische en gestelijke en agressiefe belemmeringen,
(p. 114) en
Bij vraag 12.4: ik ben volledig lichamelijk en psychisch en geestelijk afhankelijk bij een ander. Geen
(p. 115) zelfcontrole. lk heb overal en alle beperkingen en belemmeringen. (Dit zijn mij chronische ziekte.)
bestaande het gebruik maken daaruit dat genoemd herbeoordelingsformulier is verzonden aan het UWV, als voorbereiding op het gesprek mbt een herbeoordeling
zulks telkens met het oogmerk om genoemd herbeoordelingsformulier, als echt en onvervalst te gebruiken en/of door (een) ander(en) te doen gebruiken;
3.
hij,
in de periode van 1 januari 2006 tot en met 18 januari 2011, te Rotterdam en/of te Berkel en Rodenrijs en/of te Zwijndrecht en/of te Eindhoven en/of te Dongen en/of te Amsterdam en/of te Helmond, in elk geval (elders) in Nederland,
tezamen en in vereniging met anderen, meermalen
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en),
wederrechtelijk te bevoordelen,
door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
zorgverzekeraars en/of een uitkeringsinstantie te weten het UWV en/ Zorgkantoren en/of een of meer Zorgverzekeraars,
heeft bewogen tot de afgifte van geldbedragen
hebbende verdachte en een of meer van zijn mededaders met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk, in elk geval in strijd met de waarheid
a.
telkens een formulier/aanvraag ingevuld en/of laten invullen voor het verkrijgen van een van voornoemde uitkeringen, welke formulieren/aanvragen onjuiste en/of valse en/of vervalste informatie mbt de geestelijke/psychische gezondheid van de desbetreffende personen bevatten en/of in welke formulieren is verwezen naar onjuiste en/of valse en/of vervalste informatie mbt geestelijke/psychische gezondheid van de desbetreffende personen, en
deze formulieren/aanvragen bezorgd en/of laten bezorgen en/of doen bezorgen bij voormelde instanties,
bestaande die onjuiste en/of valse en/of vervalste informatie mbt de geestelijke/psychische gezondheid van de betreffende personen daaruit dat de betreffende personen geen of in mindere mate last hadden van de in dat/die formulier en/of die aanvragenvermelde psychische en/of psychiatrische klachten,
en
b.
valse , immers in strijd met de waarheid opgemaakte,
- medische verklaringen en- brieven met medische informatie,
opgesteld/geschreven ten behoeve van personen bij het verkrijgen van een Persoons Gebonden Budget en/of een WAO/WIA-uitkering, ,
verzonden naar
het UWV en/of het CIZ ,
bestaande die valshe(i)d(en) en/of vervalsingen, daaruit dat hij, verdachte en die BIG-geregistreerde psychiaters en/of een of meer van zijn andere mededaders, in/op de medische verklaringen en/of brieven met medische informatie
- onjuiste cq valse, immers in strijd met de waarheid, diagnoses/waarden conform de Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (As-score(s), en
- onjuiste cq valse, immers in strijd met de waarheid, diagnoses/waarden mbt de Global Assessment of Functioning (GAF-score), en/of
- ( deels) onjuiste cq (deels) valse, immers in strijd met de waarheid, ziektebeelden en/of psychische/psychiatrische aandoening(en) en/of gedragsstoornis(sen),
heeft/hebben vermeld ,
en
c.
een of meer personen begeleid en laten begeleiden bij (controle)bezoeken aan verzekeringsartsen,
al dan niet nadat die personenvan hem, verdachte, gedragsbeïnvloedende medicatie hadden gekregen en ingenomen,
welke personen op advies/commando van hem en/of gesommeerd door hem, verdachte, en
zich anders gedroegen dan hij/zij gebruikelijk deden en
niets zeiden in aanwezigheid van (een) (verzekerings)arts(en),
4.
hij
omstreeks 18 januari 2011, te Rotterdam en/of te Berkel en Rodenrijs en/of te Zwijndrecht en/of te Eindhoven en/of te Dongen en/of te Amsterdam en/of te Helmond, in elk geval (elders) in Nederland,
- een geldbedrag),
voorhanden heeft gehad terwijl hij wist( dat dat/voorwerp - middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf,
.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet ook daarvan worden vrijgesproken.
6. Strafbaarheid feiten
De bewezen feiten leveren op:
1.
(de voortgezette handeling van) medeplegen van valsheid in geschrift, meermalen gepleegd
en
medeplegen van als arts opzettelijk een valse verklaring afgeven nopens het al dan niet bestaan of bestaan hebben van ziekten, zwakheden of gebreken, meermalen gepleegd;
2.
(de voortgezette handeling van) valsheid in geschrift
en
opzettelijk gebruik maken van een vals geschrift, als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, als ware het echt en onvervalst;
3.
medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd;
4.
Op grond van vaste jurisprudentie van de Hoge Raad is het voorhanden hebben van uit eigen misdrijf afkomstig geld niet strafbaar. De verdachte wordt wat dit feit betreft ontslagen van alle rechtsvervolging.
Er zijn, wat de feiten onder 1,2 en 3 betreft, geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
Die feiten zijn dus strafbaar.
7. Strafbaarheid verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit.
De verdachte is dus strafbaar.
8. Motivering straf
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte heeft zich gedurende lange periode schuldig gemaakt aan grootschalige uitkeringsfraude.
De verdachte heeft, jarenlang op uiterst geraffineerde wijze voor tientallen mensen ten onrechte uitkeringen en een vorm van gesubsidieerde zorg aangevraagd en verkregen. Hij heeft met dat doel intensief samengewerkt met twee psychiaters en met anderen, met name met de pseudo-patiënten. De psychiaters verklaarden op aangeven van de verdachte gezonde mensen geestesziek en schreven zware medicatie voor. Met die onjuiste diagnose werd vervolgens door de verdachte, samen met de patiënten een WAO/WIA-uitkering en/of persoonsgebonden budget aangevraagd. De pseudo-patiënten werden tijdens controlebezoeken aan het UWV en het CIZ meestal door de verdachte begeleid en geïnstrueerd hoe zich daar te gedragen. Daarbij werd het toedienen van gedragsbeïnvloedende medicatie niet geschuwd om de artsen van de overheidsorganen om de tuin te leiden; sommigen kregen vooraf door de verdachte een medicijn toegediend zodat ze een apathische indruk maakten.
De verdachte was spil in het geheel, hij kan als leider van het netwerk worden aangemerkt. Gedurende lange periode heeft hij pseudo-patiënten geworven, begeleid en aangebracht bij verschillende psychiaters. Ook ontving de verdachte in die periode nota bene zelf ten onrechte een WAO-uitkering van het UWV.
De verdachte heeft door zijn handelen op ongehoorde wijze misbruik gemaakt van het sociale zekerheidsstelsel. Hij heeft zichzelf bevoordeeld ten koste van de gemeenschap en heeft het vertrouwen waarop het stelsel van sociale voorzieningen in Nederland is gebaseerd, ernstig geschaad. Hiervan worden uiteindelijk de mensen die op dit stelsel zijn aangewezen de dupe. De rechtbank acht deze misbruik van de sociale voorzieningen een buitengewoon ernstig feit.
De verdachte heeft niet laten zien dat hij de ernst van zijn handelen inzit en in weerwil van een overvloed aan bewijsmateriaal volhard in zijn ontkenning. De rechtbank kan dit, gegeven de rechtscultuur waarin de verdachte terechtstaat, niet anders duiden, dan dat de verdachte niet inziet dat hij strafbaar heeft gehandeld. Dit zal consequenties hebben voor de strafmaat.
De rechtbank is van oordeel dat de ernst van het bewezen verklaarde handelen van de verdachte, rechtvaardigt dat aan de verdachte de door de officieren van justitie gevorderde gevangenisstraf van vijf jaren wordt opgelegd. Echter, de rechtbank is ook van oordeel dat ten voordele van de verdachte rekening moet worden gehouden met de volgende omstandigheden.
De rechtbank overweegt in dit verband allereerst dat de verdachte wordt ontslagen van alle rechtsvervolging van hetgeen onder 4 is bewezenverklaard, het witwassen.
Daarnaast houdt de rechtbank ten voordele van de verdachte rekening met de overschrijding van de redelijke termijn als bedoeld in artikel 6 EVRM. Sinds het ontstaan van de
criminal charge op 18 januari 2011 en het onderzoek ter terechtzitting in april en mei 2016 zijn ruim vijf jaren verstreken. Het betreft een ingewikkelde zaak, waarin veel onderzoek is verricht. Op verzoek van de verdediging is een groot aantal getuigen gehoord, al is de rechtbank van oordeel dat daaraan niet meer dan één jaar vertraging kan worden toegerekend. De rechtbank gaat dan ook, anders dan de officieren van justitie, niet uit van een termijnoverschrijding van ongeveer één jaar, maar van twee jaar die voor rekening komt van het openbaar ministerie.
Ter terechtzitting hebben de officieren van justitie een ontnemingsvordering aangekondigd.
De rechtbank is zich ervan bewust dat de verdachte nog een forse ontnemingsvordering boven het hoofd hangt.
De rechtbank acht alles overwegende de na te noemen gevangenisstraf passend en geboden.
9. Toepasselijke wettelijke voorschriften
10. Bijlagen
De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.
11. Beslissing
De rechtbank:
verklaart de dagvaarding geldig;
verklaart niet bewezen, dat de verdachte het onder 5 tenlastegelegde feit heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart bewezen, dat de verdachte de onder 1, 2, 3 en 4 tenlastegelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte ook daarvan vrij;
ontslaat de verdachte van alle rechtsvervolging wat betreft de bewezenverklaring onder 4;
stelt vast dat het bewezen verklaarde onder 1, 2 en 3 oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 (vier) jaren;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. J.L.M. Boek, voorzitter,
en mrs. C.A. van Beuningen en J.C.M. Persoon, rechters,
in tegenwoordigheid van R. Meulendijk, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 28 juli 2016.
De jongste rechter is buiten staat om dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst nader omschreven tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1.
hij,
op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2006 tot en met 18 januari 2011, te Rotterdam en/of te Berkel en Rodenrijs en/of te Zwijndrecht en/of te Eindhoven en/of te Dongen en/of te Amsterdam en/of te Helmond, in elk geval (elders) in Nederland,
A.
tezamen en in vereniging met een (of meer) ander(e)n , althans alleen,
meermalen, althans eenmaal,
- een (of meer) medische verklaring(en) en/of
-een (of meer) medisch(e) rapport(en) en/of
-een (of meer) brief/brieven met medische informatie,
opgesteld in het kader van en/of gebruikt bij
de beoordeling voor (een aanvraag en/of een indicatiestelling voor/verstrekking van) een Persoons Gebonden Budget-uitkering en/of een uitkering krachtens de Wet op de Arbeidsongeschiktheid en/of de Wet Werk en inkomen naar arbeidsvermogen
(hierna verder: PGB-uitkering en/of WAO/WIA-uitkering),
- die medische verklaring(en) en/of dat/die medisch(e) rapport(en) en/of die brief/brieven, (telkens) zijnde (een) geschrift(en) dat/die bestemd was/waren om tot bewijs van enig(e)feit(en)te dienen -
valselijk heeft/hebben opgemaakt en/of heeft/hebben laten opmaken en/of
heeft/hebben vervalst en/of heeft/hebben laten vervalsen,
zulks (telkens) met het oogmerk om genoemde medische verklaring(en) en/of genoemde medisch(e) rapport(en) en/of genoemde brief/brieven met medische informatie, althans dat/die geschrift(en) als echt en onvervalst te gebruiken en/of door (een) ander(en) te doen gebruiken,
en/of
opzettelijk toen en daar voorhanden heeft/hebben gehad
terwijl hij en/of zijn mededader(s) wist(en) of redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat genoemde medische verklaring(en) en/of genoemde medisch(e) rapport(en) en/of genoemde brief/brieven met medische informatie, althans dat dit/die geschrift(en)
bestemd was/waren voor (zodanig) gebruik als ware het echt en onvervalst,
en/of
B.
tezamen en in vereniging met S.Glsacan en/of JPM [medeverdachte 5] , in de uitoefening van zijn/hun beroep als arts (psychiater en/of psychotherapeut)
meermalen, althans eenmaal,
opzettelijk een of meer valse verklaring(en) heeft afgegeven nopens het al of niet bestaan of bestaan hebben van ziekten, zwakheden of gebreken,
te weten (onder meer):
zaaksdossier [medeverdachte 10] :
tav A.(Akkus-) [medeverdachte 10] , onder meer:
* een brief dd 15 augustus 2008, gericht aan [betrokkene 7] , huisarts te Veghel, bevattende medische informatie tav A.Akkus- [medeverdachte 10] ((UWV-dossier, p. 22 pv [medeverdachte 10] , p.270,271, 300 Bijlagen [medeverdachte 10] ),
en/of
tav M. [medeverdachte 10] , onder meer:
* een medisch/psychiatrische verklaring dd 2 oktober 2006, bevattende medische informatie gegevens van M. [medeverdachte 10] (UWV-dossier + brief 8-6-2007), (p. 35, 61 pv [medeverdachte 10] ,
p.2370 Bijlagen [medeverdachte 10] ), en/of
* een brief dcl 8 juni 2007, gericht aan [betrokkene 8] , verzekeringsarts van [rechtspersoon 1] te Rotterdam, bevattende medische informatie tav M. [medeverdachte 10] (UWV-dossier) (p. 35, 71 pv [medeverdachte 10] , p. 832 (UWV-dossier), 2147, 3073 Bijlagen [medeverdachte 10] ),
en/of
* een brief dd 21 april 2008, gericht aan CIZ Gorinchem, bevattende medische informatie van M. [medeverdachte 10] (p. 60, 64, 65, 71pv [medeverdachte 10] , p. 2223, 2797, 3076 Bijlagen [medeverdachte 10] , p. 3431 ev aanv Alg Pv DI1),
en/of
tav [medeverdachte 11] , onder meer:
* een medisch/psychiatrische verklaring dd 29 september 2006, bevattende medische informatie tav Z. [medeverdachte 10] -Hokelekli, (p. 45, 61, 73 pv [medeverdachte 10] , p.1431 (UWV-dossier), 2335, 3145 Bijlagen [medeverdachte 10] ),
en/of
* een medisch/psychiatrische verklaring dd 14 december 2007, bevattende medische informatie
tav [medeverdachte 11] , (p. 63, pv [medeverdachte 10] , p.1558/9 (CIZ-dossier), p. 2503 Bijlagen [medeverdachte 10] , p. 85, 86, 3434 Alg Pv, le aanl deel 1), en/of
* een medisch/psychiatrische verklaring dd 15 februari 2009, bevattende medisch informatie tav [medeverdachte 11] (p. 48 pv [medeverdachte 10] , p. 1548, 1563-1570, 2247, 2249, 2288 Bijlagen [medeverdachte 10] ,
p. 3431 ev aanv Alg Pv DI1))
en/of
Zaaksdossier [medeverdachte 2] :
tav C. [medeverdachte 2] , onder meer:
* een brief d.d. 7 april 2008, gericht aan CIZ te Dordrecht, bevattende medische informatie tav C. [medeverdachte 2] (UWV-dossier, [rechtspersoon 2] )(p 14 pv [medeverdachte 2] , p. 23, 24, 27, 347-350,1465 Bijlagen [medeverdachte 2] ), en/of
tav K. [betrokkene 5] , onder meer:
* een brief dd 20 en/of 22 maart 2006, gericht aan [betrokkene 9] , verzekeringarts UWV Dordrecht, bevattende medische informatie mbt [betrokkene 5] , (UWV-dossier) (p. 29 pv [medeverdachte 2] , p. 820 Bijlagen [medeverdachte 2] ), en/of
* een brief dd 22 februari 2007, gericht aan de Stichting [rechtspersoon 2] te Zoetermeer, inzake [betrokkene 5] . ( [rechtspersoon 2] ) (p. 25, 41, 42 pv [medeverdachte 2] , p. 622, 623, 632, 645, 1384 Bijlagen [medeverdachte 2] ), en/of
* een brief d.d. 27 juni 2008, gericht aan CIZ te Dordrecht, betreffende een indicatie voor AWBZ-zorg voor [betrokkene 5] ( [rechtspersoon 2] , UWV-dossier) (p. 26, 41, 42 pv [medeverdachte 2] , p 652, 900, 902, 1368 Bijlagen [medeverdachte 2] ) , en/of
en/of
zaaksdossier [medeverdachte 1] , onder meer:
* een brief dd 7 juli 2008, gericht aan CIZ te Tilburg, bevattende medische gegevens van [medeverdachte 1] (UWV-dossier) (p 11, 13, 16 pv [medeverdachte 1] , p.8, 14, 579, 586, 588, 976 Bijlagen [medeverdachte 1] ),
en/of
zaaksdossier [medeverdachte 6] , onder meer:
* een brief dd 28 maart 2008, gericht aan het CIZ te Apeldoorn, betreffende H. [medeverdachte 6] (CIZ-dossier) (p 14, 15, 30, 34 pv [medeverdachte 6] , p 311, 312 754, 819 Bijlagen [medeverdachte 6] , p. 85, 86, 3434 Alg Pv, le aanl deel 1),
* een brief d.d. 22 april 2008, gericht aan [betrokkene 13] , verzekeringsarts bij het UWV te Apeldoorn, betreffende [medeverdachte 6] , (UWV-dossier) (p 13, 30 pv [medeverdachte 6] , p 204, 206, 219, 771 bijlagen [medeverdachte 6] ), en/of en/of
Zaaksdossier [medeverdachte 12] , onder meer:
* een brief dd 1 september 2006, gericht aan [betrokkene 14] , verzekeringsarts van het UWV Venlo,
bevattende medische gegevens van [medeverdachte 12] , (UWV-dossier) (p 17,38 pv Fle)ker, p 457, 463, 476, 1089 Bijlagen en/of
* een brief dd 7 april 2008, gericht aan het CIZ te Grubbenvorst, bevattende medische gegevens van
(CIZ-dossier) (p 20 pv [medeverdachte 12] , p 607, 608, 635, 646-649, 664, 995 ev Bijlagen [medeverdachte 12] ),
* een brief dd 24 februari 2010, bedoeld voor een woningcorporatie, betreffende (vervangende) huisvesting voor [medeverdachte 12] (p. 5 pv [medeverdachte 12] , p. 862 Bijlagen [medeverdachte 12] ),
en/of
Zaaksdossier [medeverdachte 13] , onder meer:
* een medisch-psychiatrische verklaring dd 22 juni 2007, betreffende A. [medeverdachte 13] (UWV-dossier) (p 14, pv [medeverdachte 13] , p 95 Bijlagen [medeverdachte 13] ), en/of
* een medisch-psychiatrische verklaring dd 23 februari 2009, (CIZ-dossier) (p 17 pv [medeverdachte 13] , p. 351 Bijlagen [medeverdachte 13] ),
en/of
Zaaksdossier [verdachte] , onder meer:
* een brief dd 13 juni 2008, gericht aan het CIZ te Veldhoven, bevattende medische gegevens van [medeverdachte 14] (UWV-dossier) (p 62 pv [verdachte] , p 1580, 1950 Bijlagen [verdachte] , p. 85, 86, 3434 Alg Pv, le aanl deel 1 ),
en/of
Zaaksdossier [medeverdachte 15] , onder meer:
* een brief dd 3 juli 2007, gericht aan [betrokkene 10] , verzekeringsarts bij het UWV te Breda, bevattende medische gegevens van M. [medeverdachte 15] , (UWV-dossier) (p 13,26 pv [medeverdachte 15] , p 210, 696 ev, 816, 819, 836 Bijlagen [medeverdachte 15] ), en/of
* een medisch-psychiatrische verklaring dd 3 oktober 2007, bevattende medische gegevens van M. [medeverdachte 15] (CIZ-dossier) (p. 15, 16 pv [medeverdachte 15] , p 310, 311, 323, 816, 818, 829 Bijlagen [medeverdachte 15] ),
en/of
Zaaksdossier [medeverdachte 8] :
tav N. [medeverdachte 8] , onder meer:
* een brief 17 maart 2006, gericht aan YM Tsang, verzekeringsarts bij de UWV Dordrecht, bevattende medische gegevens van N. [medeverdachte 8] (UWV-dossier) (p. 17, 20 pv [medeverdachte 8] ,
p 191, 202, 220, 2632, 2638, 2671 Bijlagen [medeverdachte 8] ), en/of
* een brief dd 12 juni 2009, gericht aan de medisch adviseur van het CIZ, bevattende medische gegevens mbt N. [medeverdachte 8] (CIZ-dossier) (p 21, 22 pv [medeverdachte 8] , p,. 420ev, 458, 460ev Bijlagen [medeverdachte 8] )
en/of
Zaaksdossier UWV [medeverdachte 4] :
tav [medeverdachte 16] , onder meer:
* een medisch-psychiatrische verklaring dd 3 april 2006, betreffende [medeverdachte 16] (UWV-dossier) (p 24, 30 pv UWV [medeverdachte 4] , p 1118, 1302, 1304, 1319 Bijlagen UWV [medeverdachte 4] , en/of
* een medisch-psychiatrische verklaring dd 12 maart 2010, betreffende [medeverdachte 16] (p 26 pv UWV [medeverdachte 4] , p 1215, 1223, 1226, 1229,1324, 1326 UWV Bijlagen [medeverdachte 4] ,
en/of
tav [medeverdachte 3] , onder meer:
* een medisch-psychiatrische verklaring dd 12 februari 2007, betreffende [medeverdachte 3] (UWV-dossier) (p 34, 36 pv UWV [medeverdachte 4] , p 1487, 1500, 1809 Bijlagen UWV [medeverdachte 4] ),en/of
* een brief dd 23 juni 2008, gericht aan [betrokkene 11] , bedrijfsarts Arbodienst DAF te Eindhoven, bevattende medische gegevens van [medeverdachte 3] (UWV-dossier) (p 34, 47 pv UWV [medeverdachte 4] , p 1487, 1501, 1908 UWV Bijlagen [medeverdachte 4] ), en/of
*een brief dd 6 maart 2009, gericht aan [betrokkene 15] , verzekeringsarts bij het UWV te Eindhoven, bevattende medische gegevens mbt [medeverdachte 3] (UWV-dossier) (p. 7, 34, 37 pv UWV [medeverdachte 4] , p. 1487, 1543, 1544, 1575 Bijlagen UWV [medeverdachte 4] ),
en/of
Zaaksdossier UWV [medeverdachte 5] :
tav S. [medeverdachte 7] , onder meer:
*een medische verklaring dd 30 juni 2010, gericht aan het CIZ, bevattende onder meer medische gegevens van S. [medeverdachte 7] (UWV-dossier) (p.30 pv UWV [medeverdachte 5] , p. 2641, 2652 Bijlagen UWV [medeverdachte 5] ), en/of
tav [medeverdachte 17] , onder meer:
* een brief dd 5 oktober 2009, gericht aan [betrokkene 12] , verzekeringsarts bij het UWV, bevattende medische gegevens van [medeverdachte 17] (UWV-dossier) (p 52, 54, 56 pv UWV [medeverdachte 5] , p. 3147, 3149, 3217 Bijlagen UWV [medeverdachte 5] ), en/of
*een brief dd 2 april 2010, gericht aan de medisch adviseur van het CIZ, bevattende medische gegevens van [medeverdachte 17] (CIZ-dossier) (p. 58 pv UWV [medeverdachte 5] ,3308, p. 3314 Bijlagen UWV [medeverdachte 5] ),
bestaande die valshe(i)d(en) en/of vervalsing(en) onder meer daaruit
dat hij, verdachte, en/of die S. [medeverdachte 4] en/of die JPM [medeverdachte 5] , in elk geval zijn mededader(s), en/of een of meer andere rnededader(s),
in voormelde medische verklaring(en) en/of medisch(e) rapport(en) en/of brief/brieven met medische informatie (telkens)
- een (of meer) onjuiste cq valse, immers in strijd met de waarheid, diagnoses/waarden conform de Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (As-score(s), en/of,
- een (of meer) onjuiste cq valse, immers in strijd met de waarheid, diagnoses/waarden mbt de Global Assessment of Functioning (GAF-score), en/of
- een of meer (deels) onjuiste cq (deels) valse, immers in strijd met de waarheid, ziektebeelden en/of psychische/psychiatrische aandoening(en) en/of gedragsstoornis(sen)
heeft/hebben vermeld en/of heeft/hebben laten vermelden;
(artikel 47 lid 1 aanhef onder 1 Wetboek van Strafrecht)
(artikel 225 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
(artikel 228 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
2.
hij,
op of omstreeks 7 mei 2007,
te Eindhoven, in elk geval (elders) in Nederland,
(van) een herbeoordelingsformulier, ondertekend dd 07-05-2007, in het kader van zijn, verdachtes, WAO-uitkering, (p 111-116)
- dat herbeoordelingsformulier, zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen -
valselijk heeft opgemaakt en/of heeft laten opmaken en/of heeft vervalst en/of heeft laten vervalsen,
zulks met het oogmerk om (telkens) een of meer van voormelde geschrift(en)
als echt en onvervalst te gebruiken en/of door (een) ander(en) te doen gebruiken,
en/of
opzettelijk gebruikt heeft gemaakt en/of heeft laten maken, als ware(n) dat herbeoordelingsformulier, althans dat/die geschrift echt en onvervalst,
bestaande die valshe(i)d(en) en/of vervalsing(en) daaruit
dat hij, verdachte ( [verdachte] ), op dat herbeoordelingsformulier (onder meer) heeft geschreven en/of heeft doen/laten schrijven:
bij vraag 6.1: ik ben ziek
(p. 112) psychotische en geestelijke klachten,
en ook lichamelijk handicapt,
en ook geen zelfcontrole,
niet toerekenbaar, en/of
bij vraag 8 lichamelijk+geestelijk+psychisch+
(p. 113) verstandelijk en schizofrene klachten,
(chronische ziekte), en/of
bij vraag 10.1: eigenlijk alles, zoals psychisch, lichamelijk en geestelijk (p. 114), en/of
bij vraag 10.2: Alles, ik heb alle belemmeringen en ook thuis familiezorg, (p. 114), en/of
bij vraag 11.3: lichamelijk+psychisch+psychotische en gestelijke en agressiefe belemmeringen, (p. 114) en/of
Bij vraag 12.4: ik ben volledig lichamelijk en psychisch en geestelijk afhankelijk bij een ander. Geen (p. 115) zelfcontrole. Ik heb overal en alle beperkingen en belemmeringen. (Dit zijn mij chronische ziekte.)
althans onjuiste cq valse, immers in strijd met de waarheid, opmerkingen mbt zijn, verdachte 's (psychische) gezondheid op dat herbeoordelingsformulier heeft/hebben vermeld en/of heeft/hebben laten vermelden,
bestaande het gebruik maken daaruit dat genoemd herbeoordelingsformulier is verzonden aan het UWV, als voorbereiding op het gesprek mbt een herbeoordeling (p. 109),
zulks (telkens) met het oogmerk om genoemd herbeoordelingsformulier, althans dat geschrift als echt en onvervalst te gebruiken en/of door (een) ander(en) te doen gebruiken;
3.
hij,
op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2006 tot en met 18 januari 2011, te Rotterdam en/of te Berkel en Rodenrijs en/of te Zwijndrecht en/of te Eindhoven en/of te Dongen en/of te Amsterdam en/of te Helmond, in elk geval (elders) in Nederland,
tezamen en in vereniging met een (of meer) ander(e)n , althans alleen,
meermalen, althans eenmaal,
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en),
wederrechtelijk te bevoordelen,
door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
een of meer zorgverzekeraar(s) en/of uitkeringsinstantie(s en/of een indicatiesorgaan), te weten
het UWV en/of het CIZ en/of een of meer Zorgkanto(o)r(en) en/of ene of meer Zorgverzekeraars, in elk geval een of meer instantie(s) die betrokken zijn bij de uitvoering/uitbetaling/uitkering van PGB-gelden en/of WAO en/of WIA-gelden,
in elk geval (een) ander(en) van verdachte en/of een of meer van zijn mededader(s),
heeft/hebben bewogen tot de afgifte van een of meer (grote) geldbedrag(en), althans van enig goed,
hebbende verdachte en/of een of meer van zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk, in elk geval in strijd met de waarheid
a.
(telkens) een formulier/aanvraag ingevuld en/of laten invullen voor het verkrijgen van een van voornoemde uitkering(en), welke formulier(en)/aanvra(a)g(en) onjuiste en/of valse en/of vervalste informatie mbt de geestelijke/psychische gezondheid van de betreffende perso(o)n(en) bevatte(n) en/of in welke formulier(en) is verwezen naar onjuiste en/of valse en/of vervalste informatie mbt geestelijke/psychische gezondheid van de betreffende perso(o)n(en), en/of
deze formulier(en/aanvra(a)g(en) bezorgd en/of laten bezorgen en/of doen bezorgen bij voormelde instantie(s),
bestaande die onjuiste en/of valse en/of vervalste informatie mbt de geestelijke/psychische gezondheid van de betreffende perso(o)n(en) daaruit dat de betreffende perso(o)n(en) geen of in mindere mate last had(den) van de in dat/die formulier en/of die aanyra(a)g(en) vermelde psychische en/of psychiatrische klachten,
en/of
b.
een of meer valse en/of vervalste, immers in strijd met de waarheid opgemaakte,
- medische verklaring(en), en/of
- medisch(e) rapport(en), en/of
- brief/brieven met medische informatie,
opgesteld/geschreven en/of laten opstellen/schrijven ten behoeve van (een) perso(o)n(en) bij het verkrijgen van een Persoons Gebonden Budget en/of een WAO/WIA-uitkering, in elk geval een vorm van gesubsidieerde zorg en/of van overheidswege verstrekte uitkering,
verzonden en/of laten verzenden naar
het UWV en/of het CIZ en/of een of meer Zorgkanto(o)r(en) en/of ene of meer Zorgverzekeraars, in elk geval een of meer instantie(s) die betrokken zijn bij de uitvoering/uitbetaling/uitkering van PGB-gelden en/of WAO en/of WIA-gelden,
bestaande die valshe(i)d(en) en/of vervalsingen, immers in strijd met de waarheid, daaruit dat hij, verdachte en/of die BIG-geregistreerde psychiater(s)/artsen en/of een of meer van zijn andere mededader(s), in/op de medische verklaring(en) en/of medische rapport(en) en/of brief/brieven met medische informatie
-een (of meer) onjuiste cq valse, immers in strijd met de waarheid, diagnoses/waarden conform de Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (As-score(s), en/of,
-een (of meer) onjuiste cq valse, immers in strijd met de waarheid, diagnoses/waarden mbt de Global Assessment of Functioning (GAF-score), en/of
- een of meer (deels) onjuiste cq (deels) valse, immers in strijd met de waarheid, ziektebeelden en/of psychische/psychiatrische aandoening(en) en/of gedragsstoornis(sen),
heeft/hebben vermeld en/of heeft/hebben laten vermelden,
en/of
c.
een of meer perso(o)n(en) begeleid en/of laten begeleiden bij (een) (controle)bezoek(en) aan (een) (verzekerings)arts(en),
al dan niet nadat die perso(o)n(en) van hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) gedragsbeïnvloedende medicatie had(den) gekregen en/of ingenomen,
welke perso(o)n(en) op advies/commando van hem en/of gesommeerd door hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) (vervolgens)
zich anders gedroegen dan hij/zij gebruikelijk de(e)d(en) en/of
niets zeiden in aanwezigheid van (een) (verzekerings)arts(en),
en/of
d.
niet gereageerd en/of niet laten reageren op een of meer verzoek(en) van een of meer keuringsarts(en) en/of verzekeringsarts(en) verbonden aan het UWV en/of het CIZ en/of een of meer Zorgkanto(o)r(en) en/of ene of meer Zorgverzekeraars, in elk geval een of meer instantie(s) die betrokken zijn bij de uitvoering/uitbetaling/uitkering van PGB-gelden en/of andere sociale uitkeringsgelden, om inlichtingen tav een persoon of personen die een uitkering ontving(en),
en/of
e.
een of meer valse en/of vervalste, immers in strijd met de waarheid opgemaakte, verantwoordingsformulier(en) PGB ingevuld en/of laten invullen en/of (vervolgens) verzonden en/of laten verzenden naar
een of meer Zorgkanto(o)r(en) en/of een of meer Zorgverzekeraars, in elk geval een of meer instantie(s) die betrokken zijn bij de uitvoering/uitbetaling/uitkering van PGB-gelden, bestaande die valshe(i)d(en) en/of vervalsingen, immers in strijd met de waarheid, daaruit dat
hij, verdachte, en/of zijn medeverdachte(n)
in/op die verantwoordingsformulier(en) de na(a)m(en) van (een) zorgverlener(s) en/of aan die zorgverlener(s) uitgekeerde geldbedrag(en) heeft/hebben vermelden terwijl die vermelde perso(o)n(en) in werkelijkheid die zorg niet en/of in (veel) mindere mate had(den) verleend en/of dat/die uitgekeerde geldbedrag(en) niet en/of (veel) minder had(den) ontvangen,
waardoor voornoemde instantie(s)/verzekeraars die betrokken waren bij de uitvoering/uitkering/uitbetaling van voornoemde sociale voorziening(en) werd(en) bewogen tot de afgifte van bovenomschreven uitkeringen in het kader van Persoons Gebonden Budget en/of WAO en/of WIA;
(artikel 326 Wetboek van Strafrecht)
4.
hij
op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2008 tot en met 18 januari 2011, te Rotterdam en/of te Berkel en Rodenrijs en/of te Zwijndrecht en/of te Eindhoven en/of te Dongen en/of te Amsterdam en/of te Helmond, in elk geval (elders) in Nederland,
tezamen en in vereniging met een (of meer) ander(e)n , althans alleen,
meermalen, althans eenmaal, van (een) voorwerp(en), te weten:
- een of meer geldbedrag(en), althans enige valuta en/of
- een of meer auto's, en/of
- een of meer siera(a)d(en)
a.
de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding en/of de verplaatsing heeft verborgen en/of verhuld, althans heeft verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende op dat/die voorwerp(en) was/waren of wie bovenomschreven voorwerp(en) voorhanden had(den), terwijl hij en/of zijn mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat dat/die voorwerp(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf, en/of
b.
dat/die voorwerp(en) verworven en/of voorhanden gehad en/of overgedragen en/of omgezet of van een of meer voorwerp(en) gebruik gemaakt, terwijl hij en/of zijn mededader(s) wist(en)), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat dat/die voorwerp(en) -onmiddellijk of middellijk- afkomstig was uit enig misdrijf,
zulks terwijl hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) van het plegen van voormeld(e)feit(en) een gewoonte heeft/hebben gemaakt
(artikel 420 bis/quater/ter Wetboek van Strafrecht)
5.
hij
op of omstreeks 18 januari 2011,
in de gemeente Eindhoven, in elk geval (elders) in Nederland,
een of meer wapen(s) van categorie III,
te weten
- een pistool (merk CZ, model 75-b, kaliber 9x19mm), en/of
- een pistool (merk FN, model 1910, kaliber 7.65mm) en/of munitie van categorie III, te weten
- 6, althans een of meer kogelpatronen, kaliber 9x19mm, en/of
- 6, althans een of meer (andere) kogelpatronen,
voorhanden heeft gehad;
(Zaaksdossier Vuurwapens)
De in deze telastelegging gebruikte termen en uitdrukkingen worden, voorzover daaraan in de Wet wapens en munitie betekenis is gegeven, geacht in dezelfde betekenis te zijn gebezigd;
Art 26 lid 1 Wet wapens en munitie
Voetnoten
Voetnoten Uitspraak 28‑07‑2016
Algemeen dossier, p. 2423
Algemeen dossier, p. 2895
Dossier [medeverdachte 2] , p. 1885
Dossier [medeverdachte 2] , p. 1848
Algemeen dossier, p. 2721-2722
Algemeen dossier, p. 2728
Algemeen dossier, p. 1188
Zaaksdossier [medeverdachte 2] , p. 1852
Zaaksdossier [medeverdachte 2] , p. 1889
Zaaksdossier [medeverdachte 6] , p. 982
Algemeen proces-verbaal, p. 1189
Algemeen proces-verbaal, p. 1205
Algemeen proces-verbaal, p. 1206