Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/712
Verordening Brussel I-bis. Bevoegdheid voor individuele verbintenissen uit arbeidsovereenkomst; afwijkend formeel toepassingsgebied ingevolge art. 6 lid 1 in verbinding met art. 21 lid 1 begrip ‘werkgever’. Begrip ‘beroepsactiviteiten’ in de zin van art. 17 lid 1 Verordening Brussel I-bis, en van art. 6 lid 1 Verordening Rome I.
HvJ EU 20-10-2022, ECLI:EU:C:2022:807
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
20 oktober 2022
- Magistraten
K. Jürimäe, M. Safjan, N. Piçarra, N. Jääskinen, M. Gavalec
- Zaaknummer
C-604/20
- Conclusie
A-G J. Richard de la Tour
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2022:807, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 20‑10‑2022
ECLI:EU:C:2022:331, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie, 28‑04‑2022
- Wetingang
Art. 6, 17, 21 Verordening (EU) nr. 1215/2012 (Verordening Brussel I-bis); art. 6 Verordening (EG) nr. 593/2008 (Verordening Rome I)
Essentie
ROI Land Investments Ltd tegen FD.
Verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens art. 267 VWEU, ingediend door het Bundesarbeitsgericht (Duitsland) bij beslissing van 24 juni 2020.
Verordening Brussel I-bis. Bevoegdheid voor individuele verbintenissen uit arbeidsovereenkomst; afwijkend formeel toepassingsgebied ingevolge art. 6 lid 1 in verbinding met art. 21 lid 1 begrip ‘werkgever’. Begrip ‘beroepsactiviteiten’ in de zin van art. 17 lid 1 Verordening Brussel I-bis, en van art. 6 lid 1 Verordening Rome I.
1) Art. 21 lid 1 onder b), i) en lid 2 Verordening Brussel I-bis ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.