Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2009/33/EG inzake de bevordering van schone wegvoertuigen ter ondersteuning van emissiearme mobiliteit
Artikel 10 Rapportage en herziening
Geldend
Geldend vanaf 20-05-2024
- Bronpublicatie:
24-04-2024, PbEU L 2024, 2024/1254 (uitgifte: 30-04-2024, regelingnummer: 2024/1254)
- Inwerkingtreding
20-05-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-04-2024, PbEU L 2024, 2024/1254 (uitgifte: 30-04-2024, regelingnummer: 2024/1254)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Afval
Energierecht (V)
1.
De lidstaten stellen de Commissie uiterlijk op 2 augustus 2022 in kennis van de maatregelen die zij hebben genomen voor de tenuitvoerlegging van deze richtlijn, alsook van de toekomstige tenuitvoerleggingsactiviteiten die zij voornemens zijn te ondernemen, waaronder de timing en de eventuele verdeling van de inspanningen over de verschillende bestuursniveaus, alsmede van alle andere informatie die zij relevant achten.
2.
De lidstaten dienen uiterlijk op 18 april 2026 en vervolgens om de vijf jaar een verslag over de tenuitvoerlegging van deze richtlijn in bij de Commissie. Die verslagen bevatten informatie over de maatregelen die zijn genomen om deze richtlijn ten uitvoer te leggen, over toekomstige tenuitvoerleggingsactiviteiten alsook alle andere informatie die de lidstaat relevant acht. Die verslagen bevatten ook het aantal en de categorieën voertuigen waarop de in artikel 3, lid 1, van deze richtlijn bedoelde contracten betrekking hebben, op basis van de door de Commissie overeenkomstig lid 3 van dit artikel verstrekte gegevens. De informatie wordt gepresenteerd op basis van de in Verordening (EG) nr. 2195/2002 van het Europees Parlement en de Raad (1) uiteengezette categorieën.
3.
Teneinde de lidstaten te ondersteunen bij het voldoen aan hun rapportageverplichtingen verzamelt en publiceert de Commissie het aantal en de categorieën voertuigen onder de contracten als vermeld in artikel 3, lid 1, onder a) en c), van deze richtlijn door de desbetreffende gegevens te extraheren uit de aankondigingen van gegunde opdrachten in de Tenders Electronic Daily-gegevensbank (TED-gegevensbank) in overeenstemming met de Richtlijnen 2014/24/EU en 2014/25/EU.
4.
Uiterlijk op 18 april 2027, en vervolgens om de vijf jaar, dient de Commissie een verslag in bij het Europees Parlement en de Raad over de tenuitvoerlegging van deze richtlijn, waarin ze specificeert welke maatregelen de lidstaten in dat verband hebben genomen, na de in lid 2 bedoelde verslagen.
5.
Uiterlijk op 31 december 2027 evalueert de Commissie de tenuitvoerlegging van deze richtlijn en presenteert ze, in voorkomend geval, een wetgevingsvoorstel voor de wijziging ervan voor de periode na 2030, inclusief voor de vaststelling van nieuwe streefcijfers en voor de opname van andere categorieën voertuigen binnen het toepassingsgebied van de richtlijn, zoals twee- en driewielers.
6.
De Commissie stelt uitvoeringshandelingen vast in overeenstemming met artikel 9, lid 2, met het formaat van de in lid 2 van dit artikel bedoelde verslagen en de wijze van indiening daarvan.
Voetnoten
Verordening (EG) nr. 2195/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 5 november 2002 betreffende de gemeenschappelijke woordenlijst overheidsopdrachten (CPV) (PB L 340 van 16.12.2002, blz. 1).