RvdW 2019/531
Art. 81 lid 1 RO. Onrechtmatige daad. Was aanspannen procedure door rechter tegen journalist onrechtmatig? Samenhang met ECLI:NL:HR:2018:2160 en ECLI:NL:HR:2018:2047.
HR 19-04-2019, ECLI:NL:HR:2019:648
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
19 april 2019
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, C.E. du Perron, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
18/01538
- Conclusie
plv. P-G mr. F.F. Langemeijer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:648, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 19‑04‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:192, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑02‑2019
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Onrechtmatige daad. Was aanspannen procedure door rechter tegen journalist onrechtmatig? Samenhang met ECLI:NL:HR:2018:2160 en ECLI:NL:HR:2018:2047.
Partij(en)
Arrest
in de zaak van:
[eiser],wonende te Den Haag,
EISER tot cassatie,
advocaten: mr. J.P. Heering en mr. R.P.J.L. Tjittes,
t e g e n
[verweerder],zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland,
VERWEERDER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiser] en [verweerder].
Conclusie
Conclusie plv. P-G mr. F.F. Langemeijer:
1. Feiten en procesverloop
1.1.
In cassatie kan worden uitgegaan van de feiten zoals vastgesteld in het bestreden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.