RvdW 2019/728
Profijtontneming: in mindering brengen toegewezen vorderingen benadeelde partijen.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
11 juni 2019
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, A.L.J. van Strien, M.T. Boerlage
- Zaaknummer
18/03778
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS59052:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:900, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 11‑06‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:385, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑04‑2019
- Wetingang
Art. 36e lid 8 (oud) en lid 9 Sr
Essentie
Profijtontneming: in mindering brengen toegewezen vorderingen benadeelde partijen.
Bij het in mindering brengen (op het bedrag aan wederrechtelijk verkregen voordeel) van toegewezen vorderingen van benadeelde partijen komen slechts in aanmerking de vorderingen die strekken tot vergoeding van schade als gevolg van het feit waarop de ontnemingsvordering (mede) steunt, indien en voor zover tegenover die schade een daarmee corresponderend voordeel voor de veroordeelde staat.
Samenvatting
Bij de bepaling van het bedrag waarop het wederrechtelijk verkregen voordeel moet worden geschat, wordt de aan een benadeelde derde in rechte toegekende vordering cfm. art. 36e lid 8 (oud) Sr in ...