Rb. Noord-Nederland, 13-09-2022, nr. 10008922
ECLI:NL:RBNNE:2022:3318
- Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
- Datum
13-09-2022
- Zaaknummer
10008922
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBNNE:2022:3318, Uitspraak, Rechtbank Noord-Nederland, 13‑09‑2022; (Eerste aanleg - enkelvoudig)
- Vindplaatsen
Uitspraak 13‑09‑2022
Inhoudsindicatie
”Consumentenrecht: informatieplichten bij koop op afstand. Bestelknop webwinkel. De kantonrechter is van oordeel dat het voor gedaagde - uitgaande van de normaal geïnformeerde en redelijk omzichtige en oplettende gemiddelde consument – voldoende duidelijk was dat hij met het indrukken van de knop met de woorden "Bestelling plaatsen", aanvaardde dat hem een product zou worden bezorgd waarvoor hij moet betalen. De kantonrechter acht een sanctie wegens (een voldoende ernstige) schending van artikel 6:230v lid 3 BW daarom in dit geval niet op zijn plaats.”
Partij(en)
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Afdeling Privaatrecht
Locatie Assen
zaak-/rolnummer: 10008922 \ CV EXPL 22-2857
vonnis van de kantonrechter d.d. 13 september 2022
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BOL.COM B.V.,
gevestigd te en kantoorhoudende te Amsterdam,
eiseres,
gemachtigde: GGN Mastering Credit B.V.,
tegen
(de consument),
wonende te … ,
gedaagde,
tegen wie verstek is verleend.
Partijen zullen hierna Bol.com en gedaagde worden genoemd.
1. Procesverloop
1.1.
Bol.com heeft bij dagvaarding van 4 juli 2022 gevorderd dat de kantonrechter gedaagde zal veroordelen tot betaling van € 197,95 aan hoofdsom, met rente (tot datum dagvaarding
€ 9,30) en buitengerechtelijke incassokosten (€ 40,00).
1.2.
Gedaagde is niet in de procedure verschenen en heeft dus geen verweer gevoerd.
2. De feiten
2.1.
2.2.
Bol.com heeft gedaagde aangeschreven en hem gesommeerd om de kooprijs van
€ 197,95 te betalen. Gedaagde heeft dat niet gedaan.
3. De motivering
Ambtshalve toetsing
3.1.
De vordering van Bol.com betreft een op afstand gesloten koopovereenkomst tussen een handelaar en een consument. Bij het sluiten van dergelijke overeenkomsten gelden voor de handelaar, ter bescherming van de consument, de (pre)contractuele informatieplichten die worden genoemd in de artikelen 6:230m lid 1 en 6:230v van het Burgerlijk Wetboek (BW).
3.2.
De Hoge Raad heeft in zijn beslissing van 12 november 2021 uitgesproken dat de rechter steeds ambtshalve moet onderzoeken of aan een aantal van die informatieplichten is voldaan (ECLI:NL:HR:2021:1677). Dus ook als door de consument geen verweer wordt gevoerd. Het gaat dan om de informatie waaraan de wet een specifieke sanctie verbindt als deze niet wordt gegeven en om de in artikel 6:230m lid 1 en artikel 6:230v BW genoemde informatie waaraan volgens artikel 6:193f aanhef en onder b BW extra gewicht moet worden toegekend (hierna: de essentiële informatieplichten). Bol.com moet daarom gemotiveerd stellen en met stukken onderbouwen dat zij die informatieplichten heeft nageleefd.
De Hoge Raad heeft ook beslist dat de rechter bij een voldoende ernstige schending van zo'n essentiële informatieplicht gehouden kan zijn om de overeenkomst geheel te vernietigen of om dat gedeeltelijk te doen door de betalingsverplichting van de consument te verminderen. Verder is overwogen dat wanneer de consument niet in de procedure is verschenen, slechts tot gedeeltelijke vernietiging kan worden overgegaan.
3.3.
Bol.com heeft in de dagvaarding gesteld dat en hoe zij haar precontractuele informatieplichten is nagekomen. Ook heeft zij gesteld dat de desbetreffende informatie op de in artikel 6:230v lid 7 BW voorgeschreven wijze aan gedaagde is bevestigd. Ter onderbouwing hiervan heeft zij printscreens van haar bestelproces overgelegd en een voorbeeld van de e-mail die zij na een bestelling aan de klant verstuurt. Bol.com heeft gemotiveerd gesteld dat alle informatie toegankelijk is op het persoonlijke klantaccount van gedaagde en dat die account als een duurzame gegevensdrager kan worden beschouwd. De kantonrechter is van oordeel dat Bol.com hiermee in voldoende mate heeft onderbouwd dat zij de essentiële informatieplichten van artikel 6:230m lid 1 BW en artikel 6:230v lid 7 BW heeft nageleefd.
De aan de bestelknop gestelde eisen van artikel 6:230v lid 3 BW
3.4.
Artikel 6:230v lid 3 BW bepaalt dat een handelaar het elektronische bestelproces zo moet inrichten dat de consument een aanbod pas kan aanvaarden als hem op niet voor misverstand vatbare wijze duidelijk is gemaakt dat zijn bestelling een betalingsverplichting inhoudt. De tekst van dat artikel, dat zijn oorsprong vindt in artikel 8 lid 2 van de Richtlijn 2011/83 EU betreffende Consumentenrechten (hierna: de richtlijn), luidt als volgt:
"3. De handelaar richt zijn elektronische bestelproces op zodanige wijze in dat de consument een aanbod niet kan aanvaarden dan nadat hem op niet voor misverstand vatbare wijze duidelijk is gemaakt dat de bestelling een betalingsverplichting inhoudt. Indien de aanvaarding geschiedt door gebruik van een knop of soortgelijke functie, is aan de vorige volzin voldaan indien bij het plaatsen van de bestelling in niet voor misverstand vatbare termen op goed leesbare wijze blijkt dat de aanvaarding een betalingsverplichting voor de consument inhoudt. Een knop of een soortgelijke functie wordt daartoe op goed leesbare wijze aangemerkt met een ondubbelzinnige formulering waaruit blijkt dat het plaatsen van de bestelling een betalingsverplichting jegens de handelaar inhoudt. De enkele zinsnede "bestelling met betalingsverplichting" wordt aangemerkt als een dergelijke ondubbelzinnige verklaring. Een overeenkomst die in strijd met dit lid tot stand komt, is vernietigbaar."
In overweging 39 van de richtlijn is toegelicht dat het van belang is dat de consument het tijdstip kan vaststellen waarop hij de verplichting op zich neemt om de handelaar te betalen. Daarom dient de aandacht van de consument door middel van een ondubbelzinnige formulering specifiek te worden gevestigd op het feit dat het plaatsen van de bestelling de verplichting tot het betalen van de handelaar met zich meebrengt.
3.5.
Artikel 6:230v lid 3 BW vereist niet dat op de knop waarmee de bestelling wordt geplaatst met zoveel woorden de zinsnede "bestelling met betalingsverplichting" staat. Die zinsnede, die letterlijk is overgenomen uit de Nederlandse vertaling van de richtlijn, dient slechts als voorbeeld van een tekst die daaraan in ieder geval voldoet. Andere teksten kunnen ook volstaan, mits ze voldoende duidelijk en ondubbelzinnig zijn. De rechter zal dat dan moeten beoordelen.
3.6.
Als de tekst op de bestelknop niet duidelijk is, geeft de wet aan de consument het recht om de overeenkomst te vernietigen. Dit is gebaseerd op de richtlijnbepaling dat de consument in zo'n geval niet aan de overeenkomst gebonden is. In de memorie van toelichting bij artikel 6:230v lid 3 BW staat dat de bevoegdheid tot vernietiging betekent dat het aan de consument is om te kiezen of hij aan de bestelling gebonden is wanneer de website niet voldoet aan de eisen die dit lid stelt (Implementatiewet richtlijn Consumentenrechten, Kamerstuk 33520, nr.3). Uit deze toelichting en de jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het HvJEU) en de Hoge Raad, leidt de kantonrechter af dat dit recht niet tegen de wil van de consument kan worden toegepast.
Vernietiging van de overeenkomst heeft niet alleen tot gevolg dat de consument niet hoeft te betalen, maar ook dat hij moet teruggeven wat hij op grond van de overeenkomst heeft ontvangen. Vernietiging zal dus niet altijd in het belang zijn van de consument. De kantonrechter is daarom van oordeel dat wanneer de consument een product heeft gekregen en gehouden en er geen aanwijzingen zijn dat hij (toch) niet aan de overeenkomst gebonden wil zijn, ambtshalve vernietiging van de hele overeenkomst in een verstekzaak niet aan de orde is.
Dat neemt niet weg dat het gebruik van een ondeugdelijke tekst op de bestelknop ook een schending van een essentiële informatieplicht oplevert. Als die schending voldoende ernstig is, kan de rechter deze ambtshalve sanctioneren met een gedeeltelijke vernietiging van de overeenkomst. De "Richtlijn sanctiemodel essentiële informatieplichten" die de rechtbanken naar aanleiding van de hierboven genoemde uitspraak van de Hoge Raad hebben opgesteld, gaat in dat geval uit van een vermindering van de betalingsverplichting van de consument met 25%.
3.7.
Bol.com heeft toegelicht dat in haar bestelproces drie stappen moeten worden doorlopen om het product te kopen (genaamd: 1.Bestelling, 2.Betaling en 3.Bevestiging), dat gedaagde door onderaan de webpagina "Bestelling" op een knop met de woorden "Naar betalen" te klikken, kon aangeven op welke wijze hij wilde betalen en dat er pas nadat die stap was afgerond, een koopovereenkomst tot stand is gekomen. De laatste knop in het bestelproces van Bol.com bevat de tekst "Bestelling plaatsen". Op de printscreens die zij ter illustratie heeft overgelegd, is onder meer het volgende te zien:
3.8.
Het HvJEU heeft in zijn arrest van 7 april 2022 (ECLI:EU:C:2022:269, Fuhrmann) bevestigd dat de handelaar de bestelknop van een andere tekst mag voorzien. Het ging in die zaak om een Duitse consument die via de website www.booking.com hotelkamers had geboekt door een knop met de woorden "Ik ga boeken" en vervolgens - na het invullen van zijn persoonlijke gegevens - "Voltooi boeking" in te drukken en toen hij niet in het hotel verscheen annuleringskosten in rekening gebracht kreeg. De Duitse rechter heeft aan het HvJEU gevraagd (samengevat) of de rechter, om te bepalen of er sprake is van een ondubbelzinnige formulering waaruit blijkt dat het plaatsen van de bestelling een betalingsverplichting inhoudt, rekening moet houden met alle omstandigheden van het bestelproces en met name de opzet ervan, of uitsluitend moet uitgaan van de vermelding op de bestelknop zelf. De verwijzende rechter heeft daarbij opgemerkt dat het woord "boeking” in de Duitse omgangstaal niet noodzakelijkerwijs in verband wordt gebracht met het aangaan van een betalingsverplichting, maar ook vaak wordt gebruikt als synoniem voor een "gratis bestelling vooraf" of "reservering”.
Het HvJEU heeft geantwoord dat de rechter moet nagaan of de term "boeking" in het Duits, zowel in de omgangstaal als in de ogen van de normaal geïnformeerde en redelijk omzichtige en oplettende gemiddelde consument, noodzakelijkerwijs en consistent in verband wordt gebracht met het ontstaan van een betalingsverplichting en dat hij daarbij uitsluitend moet uitgaan van de woorden op de bestelknop en geen rekening mag houden met de omstandigheden van het bestelproces. Als de gemiddelde consument dat verband niet legt, moet worden geconcludeerd dat de uitdrukking "voltooi boeking” dubbelzinnig is en dus niet kan worden beschouwd als een formulering die overeenkomt met de woorden "bestelling met betalingsverplichting” in artikel 8, lid 2 van de richtlijn.
3.9.
Vraag is of de tekst "bestelling plaatsen" op de knop van Bol.com aan het door het EHvJ geformuleerde criterium voldoet.
Het Van Dale Groot woordenboek van de Nederlandse taal schrijft het volgende over de betekenis van het woord "bestellen": "(…) 2. iets laten komen dat je wilt kopen of huren: een boek online kopen; een biertje bestellen (…)". Wikipedia geeft als omschrijving: "Bestellen is een opdracht om een goed of dienst te leveren. Een bestelling maakt vaak deel uit van het koopproces na het opstellen van een koopovereenkomst." Op de website www.woorden.org (een online woordenboek voor de Nederlandse taal) wordt de vraag: "Wat betekent bestellen?" als volgt beantwoord: "1. vragen om iets te brengen waarvoor je betaalt." In deze belangrijke informatiebronnen over de betekenis van woorden in de Nederlandse (omgangs)taal, wordt het "bestellen" van een product - anders dan bij de definities van bijvoorbeeld "reserveren", "boeken" en "aanvragen" het geval is - dus steeds in verband gebracht met het ontstaan van een betalingsverplichting. Het is de kantonrechter bekend dat in andere zaken is geoordeeld dat de formulering "Bestelling plaatsen" niet ondubbelzinnig is. Zij heeft zelf echter geen aanwijzingen dat een normaal geïnformeerde en redelijk omzichtige en oplettende Nederlandse consument dat verband niet steeds legt en zich niet realiseert dat hij op het moment dat hij een knop met de tekst "Bestelling plaatsen" indrukt, aanvaardt dat hem iets bezorgd gaat worden waarvoor hij aan de handelaar een bedrag moet voldoen. Toevoeging van het woord "betalen" zal dat mogelijk extra 'inscherpen', maar van belang is of de gemiddelde consument dat nodig heeft om zich hiervan bewust te zijn en misverstanden daarover te voorkomen.
3.10.
De kantonrechter overweegt verder dat uit de tekst "Bestelling plaatsen" op de bestelknop van Bol.com in samenhang met de direct rondom die knop zichtbare informatie en het bestelproces dat gedaagde voor het bereiken van die knop heeft moeten doorlopen, voldoende duidelijk blijkt dat door op die bestelknop te drukken een betalingsverplichting wordt aangegaan. Tot het Fuhrmann-arrest werd er ook in de rechtspraak vanuit gegaan dat daarmee aan de vereisten van artikel 6:230v lid 3 BW werd voldaan. Dit past bij uitgangspunt in het Nederlandse recht dat bij de beoordeling van overeenkomsten alle omstandigheden van het geval in aanmerking moeten worden genomen. Bol.com heeft er tot voor kort dan ook niet op bedacht hoeven te zijn dat de rest van haar bestelproces (waaronder een knop met de tekst "Naar betalen") bij de uitleg van de woorden op de knop waarmee bestellingen worden voltooid buiten beschouwing moet worden gelaten en dat de vermelding "Bestelling plaatsen" op die knop dan wellicht ontoereikend zou zijn. Daarom acht de kantonrechter ook indien geoordeeld zou moeten worden dat die formulering wel dubbelzinnig is, een sanctie wegens (een voldoende ernstige) schending van dat artikel in dit geval niet op zijn plaats.
Toewijzen vorderingen
3.11.
Het gevorderde komt de kantonrechter ook overigens niet onrechtmatig of ongegrond voor, zodat dit kan worden toegewezen als na te melden.
Proceskosten
3.12.
Gedaagde zal als grotendeels in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten.
Beslissing
De kantonrechter:
1. veroordeelt gedaagde tot betaling aan Bol.com van een bedrag groot € 247,25, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 197,95 vanaf 4 juli 2022, zijnde de dag der dagvaarding, tot aan de dag der algehele voldoening;
2. veroordeelt gedaagde in de kosten van deze procedure, tot op heden aan de zijde van Bol.com begroot op € 107,22 aan dagvaardingskosten, € 128,00 aan griffierecht en
€ 37,00 aan salaris gemachtigde;
3. verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Aldus gewezen door mr. M.E. van Rossum, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 13 september 2022 in tegenwoordigheid van de griffier.
c 536/MER