Einde inhoudsopgave
Wet inkomstenbelasting 2001
Artikel 3.102 Algemene uitbreidingen aangewezen uitkeringen
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2001
- Bronpublicatie:
11-05-2000, Stb. 2000, 215 (uitgifte: 30-05-2000, kamerstukken: 26727)
- Inwerkingtreding
01-01-2001
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-05-2000, Stb. 2000, 216 (uitgifte: 01-01-2000, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Periodieke uitkeringen en verstrekkingen
1
Tot de aangewezen periodieke uitkeringen en verstrekkingen behoort wat wordt ontvangen ter vervanging van gederfde of te derven periodieke uitkeringen en verstrekkingen.
2
Het eerste lid is niet van toepassing voorzover wat wordt ontvangen ter vervanging van de gederfde of te derven periodieke uitkeringen en verstrekkingen bestaat uit een recht op soortgelijke periodieke uitkeringen en verstrekkingen.
3.
Tot de aangewezen periodieke uitkeringen en verstrekkingen behoort wat in het kader van echtscheiding of scheiding van tafel en bed wordt ontvangen ter zake van het recht op verrekening van:
- a.
pensioenrechten;
- b.
lijfrenten en andere inkomensvoorzieningen voorzover de daarvoor betaalde premies als uitgave voor inkomensvoorziening in aanmerking zijn genomen.
4
Het derde lid is niet van toepassing voorzover wat wordt ontvangen bestaat uit een lijfrente of een andere inkomensvoorziening en de daarvoor betaalde premies als uitgave voor inkomensvoorziening in aanmerking zijn genomen.
5
Tot wat wordt ontvangen ter zake van het recht op verrekening bedoeld in het derde lid, behoort niet een recht op periodieke uitkeringen en verstrekkingen dat is toegekend door degene die tot de verrekening verplicht is.