Einde inhoudsopgave
RvdW 2011/1233
Minderjarigheid aanvrager levert een novum.
HR 04-10-2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ2494
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
4 oktober 2011
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J. de Hullu, W.M.E. Thomassen, H.A.G. Splinter-van Kan, M.A. Loth
- Zaaknummer
10/03588 H
- Conclusie
A-G Aben
- LJN
BQ2494
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BQ2494, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 04‑10‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BQ2494, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑03‑2011
- Wetingang
Sv art. 457 lid 1 sub 2
Essentie
Ernstige aanwijzing dat de aanvrager minderjarig was ten tijde van het begaan van het bewezenverklaarde feit. Dit levert het ernstig vermoeden op dat de politierechter, ware deze met die omstandigheid bekend geweest, de in Titel VIIIA van het Eerste Boek van het Wetboek van Strafrecht opgenomen "Bijzondere bepalingen voor jeugdige personen", zijnde "een minder zware strafbepaling" in de zin van art. 457, eerste lid aanhef en onder 2°, Sv zou hebben toegepast.
Partij(en)
Arrest op een aanvrage tot herziening van een in kracht van gewijsde gegaan vonnis van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.