NJB 2017/1028:In 2003 wordt afgesproken dat A fitnessapparaten zal leveren aan B. In 2004 wordt een nadere overeenkomst gesloten. In 2007 levert C enige fitnessapparaten aan B. Het hof overweegt dat A in 2007 de vordering van B heeft erkend door C de fitnessapparaten te laten leveren ter nakoming van de verplichtingen uit de overeenkomst van 2004, en dat deze erkenning de lopende verjaring heeft gestuit. HR: 1. Nadere overeenkomst. Het oordeel van het hof moet aldus worden begrepen dat de overeenkomst van 2003 is opgegaan in de overeenkomst van 2004. Dat oordeel is niet onbegrijpelijk. 2. Verjaring. Stuiting. Erkenning. Toerekening. In het oordeel van het hof ligt besloten dat A zodanige verantwoordelijkheid draagt voor de levering door C dat dit rechtvaardigt dat deze levering als erkenning aan haar wordt toegerekend. Dat oordeel geeft niet blijk van een onjuiste rechtsopvatting