Einde inhoudsopgave
Regeling voertuigen
Artikel 5.3a.64 [Verbod verblindende verlichting]
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2017
- Bronpublicatie:
16-03-2017, Stcrt. 2017, 15087 (uitgifte: 24-03-2017, regelingnummer: IENM/BSK-2016/311749)
- Inwerkingtreding
01-04-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-03-2017, Stcrt. 2017, 15087 (uitgifte: 24-03-2017, regelingnummer: IENM/BSK-2016/311749)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Voertuigeisen
Vervoersrecht / Bijzondere onderwerpen
Eisen | Wijze van Keuren | |
---|---|---|
1. | Bussen mogen, met uitzondering van grote lichten, niet zijn voorzien van verblindende lichten. | Visuele controle. Aan deze eis wordt niet getoetst tijdens de periodieke keuring ten behoeve van de afgifte van een keuringsrapport. |
2. | Bussen mogen, met uitzondering van de richtingaanwijzers, de waarschuwingsknipperlichten en de remlichten ten behoeve van het noodstopsignaal, niet zijn voorzien van knipperende lichten. | Visuele controle. |
3. | Het tweede lid is niet van toepassing op bussen in gebruik bij de in artikel 29, eerste lid, en artikel 30b van het RVV 1990 bedoelde diensten. | - |
4. | In afwijking van het tweede lid, mogen de zijmarkeringslichten van bussen synchroon met de richtingaanwijzers aan dezelfde kant van het voertuig knipperen. | Visuele controle. |