Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2018/1139 inzake gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart, en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 2111/2005, (EG) nr. 1008/2008, (EU) nr. 996/2010, (EU) nr. 376/2014 en de Richtlijnen 2014/30/EU en 2014/53/EU, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 552/2004 en (EG) nr. 216/2008 en Verordening (EEG) nr. 3922/91
Artikel 23 Uitvoeringshandelingen ten aanzien van piloten en cabinepersoneel
Geldend
Geldend vanaf 11-09-2018
- Redactionele toelichting
Gecorrigeerd via een rectificatie (PbEU 2023, L 116).
- Bronpublicatie:
04-07-2018, PbEU 2018, L 212 (uitgifte: 22-08-2018, regelingnummer: 2018/1139)
- Inwerkingtreding
11-09-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-07-2018, PbEU 2018, L 212 (uitgifte: 22-08-2018, regelingnummer: 2018/1139)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Instituties
Vervoersrecht / Luchtvervoer
Vervoersrecht / Europees vervoersrecht
1.
Met het oog op het waarborgen van de eenvormige uitvoering en naleving van de in artikel 20 bedoelde essentiële eisen stelt de Commissie met betrekking tot piloten die betrokken zijn bij de in artikel 2, lid 1, onder b), bedoelde vluchtuitvoering met luchtvaartuigen, niet zijnde onbemande luchtvaartuigen, op basis van de in artikel 4 beschreven beginselen en met het oog op de verwezenlijking van de in artikel 1 genoemde doelstellingen, uitvoeringshandelingen vast waarin nadere bepalingen worden vastgelegd met betrekking tot:
- a)
de verschillende categorieën bewijzen van bevoegdheid als piloot en medische certificaten voor piloten als bedoeld in artikel 21, alsmede de verschillende bevoegdverklaringen voor die bewijzen van bevoegdheid als piloot, passend bij de verschillende soorten werkzaamheden die worden verricht;
- b)
de rechten en verantwoordelijkheden van de houders van bevoegdheidsbewijzen voor piloten, bevoegdverklaringen en medische certificaten van piloten;
- c)
de regels en procedures voor het afgeven, handhaven, wijzigen, beperken, schorsen of intrekken van bevoegdheidsbewijzen voor piloten, bevoegdverklaringen en medische certificaten van piloten met inbegrip van:
- i)
de regels en procedures voor situaties waarin dergelijke bewijzen van bevoegdheid, bevoegdverklaringen en medische certificaten niet vereist zijn;
- ii)
de regels en procedures voor het omzetten van nationale bewijzen van bevoegdheid als piloot en nationale medische certificaten van piloten in bewijzen van bevoegdheid als piloot en medische certificaten als bedoeld in artikel 21, lid 1;
- iii)
de regels en procedures voor het omzetten van nationale bewijzen van bevoegdheid als boordwerktuigkundige in bewijzen van bevoegdheid als piloot als bedoeld in artikel 21, lid 1;
- iv)
de regels en procedures voor het erkennen van de opleiding en ervaring in luchtvaartuigen die niet onder deze verordening vallen, met het oog op het verkrijgen van de in artikel 21, lid 1, bedoelde bewijzen van bevoegdheid als piloot.
Deze uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 127, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure.
Bij het vaststellen van die uitvoeringshandelingen waarborgt de Commissie dat de in artikel 20 van deze verordening bedoelde essentiële eisen worden nageleefd, en houdt zij terdege rekening met de internationale normen en aanbevolen praktijken, in het bijzonder die van bijlage 1 bij het Verdrag van Chicago.
Die uitvoeringshandelingen omvatten, voor zover van toepassing, bepalingen voor de afgifte van alle types bewijzen van bevoegdheid als piloot en bevoegdverklaringen die vereist zijn krachtens bijlage 1 bij het Verdrag van Chicago. Die uitvoeringshandelingen kunnen ook bepalingen omvatten voor de afgifte van andere types bewijzen van bevoegdheid als piloot en bevoegdverklaringen.
2.
Met het oog op de eenvormige uitvoering en naleving van de in artikel 20 bedoelde essentiële eisen, stelt de Commissie met betrekking tot cabinepersoneel dat betrokken is bij de in artikel 2, lid 1, onder b), bedoelde vluchtuitvoering met luchtvaartuigen, anders dan onbemande luchtvaartuigen, op basis van de in artikel 4 beschreven beginselen en met het oog op de verwezenlijking van de in artikel 1 genoemde doelstellingen, uitvoeringshandelingen vast waarin nadere bepalingen worden vastgelegd met betrekking tot:
- a)
de regels en procedures voor het afgeven, handhaven, wijzigen, beperken, schorsen of intrekken van cabinepersoneelsattesten en voor de situaties waarin dergelijke attesten vereist zijn voor het cabinepersoneel dat betrokken is bij ander luchtvervoer dan commercieel luchtvervoer;
- b)
de regels en procedures voor het beoordelen van de medische geschiktheid van cabinepersoneel als bedoeld in artikel 22;
- c)
de rechten en verantwoordelijkheden van de houders van attesten van cabinepersoneel als bedoeld in artikel 22.
Deze uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 127, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure.