Einde inhoudsopgave
Verdrag betreffende den gedwongen of verplichten arbeid
Artikel 16
Geldend
Geldend vanaf 28-05-1947
- Redactionele toelichting
Deze versie is nog niet voor alle partijen in werking getreden. Zie voor de partijgegevens het protocol van 09-10-1946, Stb. 1948, I 283.
- Bronpublicatie:
09-10-1946, Stb. 1948, I 283 (uitgifte: 30-07-1948, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
28-05-1947
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-10-1946, Stb. 1948, I 283 (uitgifte: 30-07-1948, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
International Labour Organization
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
1.
De personen, onderworpen aan gedwongen of verplichten arbeid, zullen, behalve in gevallen van buitengewone noodzaak, niet verplaatst mogen worden naar streken, waar de voeding en het klimaat in die mate verschillen van voeding en klimaat, waaraan zij gewoon zijn, dat zij een gevaar voor hun gezondheid opleveren.
2.
In geen geval zal voor een dergelijk verplaatsen van arbeiders vergunning verleend mogen worden, indien niet alle de gezondheid en de woongelegenheid betreffende maatregelen, welke noodig zijn voor hun vestiging en voor het behoud van hun gezondheid, strikt toegepast zijn.
3.
Wanneer een verplaatsen, als hier bedoeld, niet te vermijden is, zullen na advies van den bevoegden medischen dienst maatregelen genomen moeten worden, welke waarborgen, dat de arbeiders zich langzamerhand aanpassen aan de nieuwe voeding en het klimaat.
4.
In de gevallen, waarin die arbeiders geroepen worden tot een geregelden arbeid, waaraan zij niet gewoon zijn, zullen maatregelen genomen moeten worden om hun aanpassing aan dat soort arbeid te verzekeren, in het bijzonder voor zooveel betreft de geleidelijke oefening, arbeidsuren, het in acht nemen van tusschentijdsche rustpoozen en de verbetering of vergrooting van de rantsoenen voedsel, die noodig mochten zijn.