Einde inhoudsopgave
Wet studiefinanciering 2000
Artikel 6.5 Terugbetalingsperiode
Geldend
Geldend vanaf 01-09-2020
- Bronpublicatie:
12-02-2020, Stb. 2020, 76 (uitgifte: 04-03-2020, kamerstukken: 35320)
- Inwerkingtreding
01-09-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-03-2020, Stb. 2020, 98 (uitgifte: 23-03-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Studiefinanciering
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De terugbetalingsperiode vangt aan op 1 januari van het jaar volgend op het jaar waarin iemand is opgehouden studiefinanciering te genieten.
2.
De terugbetalingsperiode bestaat uit een aanloopfase en een aflosfase.
3.
Gedurende de voor de debiteur geldende diplomatermijn wordt de terugbetalingsperiode geschorst:
- a.
van rechtswege indien de debiteur opnieuw studiefinanciering als bedoeld in artikel 3.1, eerste of tweede lid, geniet;
- b.
op aanvraag zolang de debiteur opnieuw student is en geen studiefinanciering geniet; of
- c.
op de wijze bepaald krachtens artikel 6.19b zolang de debiteur opnieuw student is en levenlanglerenkrediet geniet.
4.
Voor debiteuren voor wie nooit een diplomatermijn beroepsonderwijs of diplomatermijn hoger onderwijs heeft gegolden geldt, in afwijking van het derde lid, dat de terugbetaling wordt geschorst:
- a.
van rechtswege zolang de debiteur opnieuw studiefinanciering als bedoeld in artikel 3.1, eerste of tweede lid, geniet;
- b.
op aanvraag zolang de debiteur opnieuw student is en geen studiefinanciering geniet; of
- c.
op de wijze bepaald krachtens artikel 6.19b zolang de debiteur opnieuw student is en levenlanglerenkrediet geniet.
5.
De schorsing, bedoeld in het derde of vierde lid, wordt beëindigd indien de debiteur niet binnen 8 weken na de verzending van een daartoe strekkend verzoek van Onze Minister of de debiteur nog student is, daarop heeft geantwoord. De beëindiging werkt terug tot de datum van verzending van het verzoek, of zoveel eerder als de debiteur ophield student te zijn. Een aanvraag om de terugbetaling wederom te schorsen wordt niet toegestaan voor een periode die gelegen is vóór de datum van indiening van de aanvraag. De schorsing wordt tevens beëindigd aan het einde van de diplomatermijn beroepsonderwijs dan wel de diplomatermijn hoger onderwijs.