Einde inhoudsopgave
RvdW 2019/210
Art. 81 lid 1 RO. Wet Bopz. Machtiging tot voortzetting inbewaringstelling (art. 27 Wet Bopz). Doorbrekingsgrond (art. 29 lid 5 Wet Bopz)? Alcoholverslaving. Is voldaan aan maatstaf van HR 23 september 2005, ECLI:NL:HR:2005:AU0372?
HR 01-02-2019, ECLI:NL:HR:2019:141
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
1 februari 2019
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, G. Snijders, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
18/04611
- Conclusie
A-G mr. M.L.C.C. Lückers
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:141, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 01‑02‑2019
ECLI:NL:PHR:2018:1474, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑12‑2018
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Wet Bopz. Machtiging tot voortzetting inbewaringstelling (art. 27 Wet Bopz). Doorbrekingsgrond (art. 29 lid 5 Wet Bopz)? Alcoholverslaving. Is voldaan aan maatstaf van HR 23 september 2005, ECLI:NL:HR:2005:AU0372?
Partij(en)
1 februari 2019
Eerste Kamer
18/04611
TT/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
[betrokkene], wonende te [woonplaats],
VERZOEKSTER tot cassatie,
advocaat: mr. G.E.M. Later,
t e g e n
DE OFFICIER VAN JUSTITIE BIJ HET ARRONDISSEMENTSPARKET NOORD-HOLLAND,
VERWEERDER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als betrokkene en de officier van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.