NJF 2019/180
Facebookmoord. Het verwijzingshof vraagt nadere stukken op.
Hof 's-Hertogenbosch 26-02-2019, ECLI:NL:GHSHE:2019:694
- Instantie
Hof 's-Hertogenbosch
- Datum
26 februari 2019
- Magistraten
Mrs. J.W. van Rijkom, J.M.H. Schoenmakers, M.E. Bruning
- Zaaknummer
200.235.895_01
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHSHE:2020:2026, Uitspraak, Hof 's-Hertogenbosch, 07‑07‑2020
ECLI:NL:GHSHE:2019:694, Uitspraak, Hof 's-Hertogenbosch, 26‑02‑2019
- Wetingang
Art. 169 lid 2 BW
Essentie
Facebookmoord. Het verwijzingshof vraagt nadere stukken op.
Samenvatting
Vervolg op Hoge Raad 21 april 2017, ECLI:NL:HR:2017:757, NJ 2017/195. Het hof beslist dat voor verdere beoordeling van de aansprakelijkheid van de ouders qualitate qua voor gedragingen van hun 14-jarige zoon (de ‘facebookmoord’, het doodsteken van een 15-jarig meisje) nadere stukken nodig zijn die zich niet in het dossier bevinden.
Partij(en)
Arrest in de zaak van:
- 1.
Appellant 1,
- 2.
Appellant 2,
appellanten, adv.: mr. R.H.J. Wildenburg te Arnhem,
tegen
Geïntimeerde, adv.: mr. L. Bosch te Hoorn NH.