Einde inhoudsopgave
Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies
Artikel 4.3.8 Berekening subsidie-omvang
Geldend
Geldend van 25-04-2023 tot 01-07-2027
- Bronpublicatie:
20-04-2023, Stcrt. 2023, 10298 (uitgifte: 24-04-2023, regelingnummer: WJZ/ 22291436)
- Inwerkingtreding
25-04-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-04-2023, Stcrt. 2023, 10298 (uitgifte: 24-04-2023, regelingnummer: WJZ/ 22291436)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
1.
De hoogte van de subsidie wordt berekend overeenkomstig de formule:
Subsidiebedrag = e/f * (a – c + d)
en maximaal:
Subsidiebedrag = e/f * (a – b)
In deze formules betekent:
- a:
de gerealiseerde subsidiabele kosten van de eerste boring, tot een maximum van de verwachte subsidiabele kosten,
- b:
de restwaarde bij alternatief gebruik zonder alternatiefwerkzaamheden,
- c:
de restwaarde bij alternatief gebruik na alternatiefwerkzaamheden,
- d:
de additionele kosten voor de realisatie van alternatief gebruik voor ten hoogste 15 jaar,
- e:
het maximale subsidiebedrag,
- f:
de verwachte subsidiabele kosten.
2.
Indien de put definitief wordt afgedicht is de restwaarde nul. Indien de restwaarde negatief is wordt de restwaarde op nul gesteld.
3.
Indien subsidie is verstrekt voor een doublet dan bedraagt de subsidie ten hoogste 60 procent van het maximale subsidiebedrag. Indien subsidie is verstrekt voor een half-doublet dan bedraagt het subsidiebedrag ten hoogste het maximale subsidiebedrag.
4.
Indien de formule in het eerste lid een negatieve uitkomst oplevert wordt de subsidie op nul gesteld.
5.
Indien subsidie is verstrekt voor een doublet dan wordt de betaalde premie minus 5,95 procent van de tot en met de eerste boring gerealiseerde subsidiabele kosten gerestitueerd.