Einde inhoudsopgave
Vreemdelingenbesluit 2000
Artikel 3.42 [Zoekjaar hoogopgeleiden]
Geldend
Geldend vanaf 29-01-2022. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2022
- Bronpublicatie:
25-01-2022, Stb. 2022, 44 (uitgifte: 28-01-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
29-01-2022, terugwerkend tot: 01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-01-2022, Stb. 2022, 44 (uitgifte: 28-01-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Verblijf
Vreemdelingenrecht (V)
1.
De verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd kan worden verleend onder een beperking verband houdend met het zoeken naar en verrichten van arbeid al dan niet in loondienst aan een vreemdeling die in de drie jaar direct voorafgaand aan de aanvraag:
- a.
aan een Nederlandse instelling voor hoger onderwijs met goed gevolg een geaccrediteerde bachelor- of masteropleiding heeft afgerond;
- b.
wetenschappelijk onderzoek heeft verricht op basis van een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd onder de beperking onderzoek in de zin van richtlijn (EU) 2016/801 of onder de beperking arbeid als kennismigrant;
- c.
in Nederland een postdoctorale opleiding van ten minste twaalf maanden heeft afgerond;
- d.
een opleiding heeft afgerond in het kader van de Wet op het specifiek cultuurbeleid of een opleiding die wordt verzorgd in het kader van het ontwikkelingssamenwerkingsbeleid van het Ministerie van Buitenlandse Zaken of een Erasmus Mundus Masters Course heeft afgerond;
- e.
aan een bij ministeriële regeling aangewezen buitenlandse onderwijsinstelling een masteropleiding of een postdoctorale opleiding van ten minste twaalf maanden heeft afgerond of is gepromoveerd en:
- 1°
een minimale score heeft behaald van 6.0 bij het International English Language Testing System,
- 2°
een vergelijkbare minimale score heeft behaald in een Engelse taaltest zoals opgenomen in de Gedragscode internationale student hoger onderwijs,
- 3°
beschikt over een diploma, certificaat of ander document als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel b, van de Wet inburgering 2021,
- 4°
beschikt over een diploma, certificaat of document als bedoeld in artikel 2.3, eerste lid, van het Besluit inburgering, of
- 5°
zijn masteropleiding of postdoctorale opleiding heeft genoten in het Engels of het Nederlands;
- f.
een bij ministeriële regeling aangewezen hoger onderwijsopleiding heeft afgerond.
2.
De verblijfsvergunning wordt niet opnieuw verleend indien de vreemdeling op grond van het afronden van diezelfde opleiding of het verrichten van datzelfde onderzoek eerder houder is geweest van een verblijfsvergunning onder een beperking verband houdend met het zoeken naar en verrichten van arbeid al dan niet in loondienst.
3.
De aanvraag wordt niet afgewezen op grond van artikel 16, eerste lid, onder k, van de Wet.