Einde inhoudsopgave
Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft
Artikel 4:2
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2023
- Bronpublicatie:
21-03-2023, Stcrt. 2023, 9903 (uitgifte: 31-03-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-03-2023, Stcrt. 2023, 9903 (uitgifte: 31-03-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Verzekeringsrecht / Algemeen
1.
Een financiëledienstverlener stelt per dienstverleningsvraag een vergelijkingskaart op dat[lees: die] is afgestemd op de gevraagde dienstverlening.
2.
Een financiëledienstverlener stelt een vergelijkingskaart op indien de gevraagde dienstverlening van de consument of, indien het gaat om een verzekering, de cliënt betrekking heeft op een financieel product als bedoeld in artikel 86c, eerste lid van het besluit.
3.
Indien een financiëledienstverlener een vergelijkingskaart opstelt voor de hypotheekvraag, als bedoeld in artikel 4:1, tweede lid, onderdeel a, maakt de vraag over risico’s afdekken, als bedoeld in artikel 4:1, tweede lid, onderdeel b, en de bijhorende antwoorden integraal deel uit van de vergelijkingskaart.