NJB 2017/1925
Wet Bopz. Contra-expertise. Motivering. Hoge Raad: Een verzoek om een contra-expertise kan slechts gemotiveerd worden afgewezen
HR 29-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2528
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
29 september 2017
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, A.H.T. Heisterkamp, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
17/03320
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Gezondheidsrecht / Geneeskundige behandeling
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:2528, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 29‑09‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:984, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑08‑2017
- Wetingang
(art. 8 lid 6 Wet Bopz)
Essentie
Wet Bopz. Contra-expertise. Motivering. Hoge Raad: Een verzoek om een contra-expertise kan slechts gemotiveerd worden afgewezen
Partij(en)
Betrokkene, adv. mr. M.A.M. Wagemakers, vs. de officier van justitie, niet verschenen.
Uitspraak
Procesverloop
In dit geding heeft de rechtbank een voorlopige machtiging verleend.
Hoge Raad
De rechtbank heeft geen aandacht besteed aan het verzoek om een contra-expertise. Indien de beschikking aldus moet worden verstaan dat de rechtbank het verzoek heeft afgewezen, heeft te gelden dat een verzoek om een contra-expertise slechts gemotiveerd kan worden afgewezen (zie onder meer HR 29 april 2005, ECLI:NL:HR:2005:AS5978, NJ 2007/153 en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.