Mandaatbesluit LNV Voedsel en Waren Autoriteit
Artikel 5
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2011
- Bronpublicatie:
22-12-2010, Stcrt. 2010, 20988 (uitgifte: 31-12-2010, regelingnummer: 169123)
- Inwerkingtreding
01-01-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-2010, Stcrt. 2010, 20988 (uitgifte: 31-12-2010, regelingnummer: 169123)
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
Bestuursrecht algemeen / Bestuursbevoegdheden
De inspecteur-generaal van de Voedsel en Waren Autoriteit, de directeur, de plaatsvervangend directeur, de regiodirecteuren en de plaatsvervangend regiodirecteuren Dienst Uitvoering van de Voedsel en Waren Autoriteit wordt mandaat verleend om namens de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie te besluiten en stukken te ondertekenen betreffende:
- a.
de besluiten, bedoeld in de artikelen 21, eerste lid, 24, 29, eerste lid, 31b, eerste lid, 88, tweede lid, 101, tweede lid, en 104, tweede en derde lid, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;
- b.
ontheffingen op grond van artikel 107 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren van het bepaalde in of krachtens artikel 25 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;
- c.
het verzoek aan de kantonrechter, bedoeld in artikel 88, derde lid, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;
- d.
besluiten op grond van het Besluit verdachte dieren;
- e.
besluiten op grond van de artikelen 18, derde lid, 21, zesde lid, 26, tweede lid, 55, derde lid en 115b, eerste lid, onderdeel b en tweede lid, onderdeel b van de Regeling preventie, bestrijding en monitoring van besmettelijke dierziekten en zoönosen en TSE’s , alsmede ontheffing op grond van artikel 107 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren van deze artikelen;
- f.
vervallen;
- g.
ontheffingen als bedoeld in artikel 107 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren van een op grond van artikel 30, eerste lid, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren geldend vervoersverbod dat is vastgesteld wegens een uitbraak van een aangewezen dierziekte;
- h.
ontheffingen op grond van artikel 107 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren van het verbod, bedoeld in artikel 2.1, eerste en tweede lid, van de Regeling handel levende dieren en levende producten en in artikel 77, eerste lid, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, in verband met het grensbeweiden van vee in België en Duitsland;
- i.
Het besluit tot oplegging van een last onder bestuursdwang als bedoeld in artikel 106 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, alsmede de hiermee samenhangende besluiten, bedoeld in de artikelen 5:25, 5:37, 4:94, 4:96, 4:99, 4:112 en 5:10 van de Algemene wet bestuursrecht en de aanwijzing van ambtenaren van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit die de beslissing tot bestuursdwang uitvoeren;
- j.
de uitvoering, bedoeld in artikel 27 van de Regeling identificatie en registratie van dieren, alsmede om ambtenaren van de Voedsel en Waren Autoriteit of van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aan te wijzen die dit besluit uitvoeren;
- k.
de goedkeuring van protocollen als bedoeld in de Regeling identificatie en registratie van dieren;
- l.
besluiten die op grond van artikel 4, eerste lid, van de Regeling Vleeskeuring, door de bevoegde autoriteit worden genomen, voor zover dit niet zijn besluiten als bedoeld in artikel 2, onderdelen aa en cc;
- m.
het doen van een vordering, bedoeld in artikel 3.2.3.2, tweede lid, van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften handel dierlijke producten;
- n.
vervallen;
- o.
vervallen;
- p.
de verklaring, bedoeld in artikel 3.8, tweede lid, onderdeel c, van de Regeling handel levende dieren en levende producten;
- q.
vervallen;
- r.
besluiten op grond van de artikelen 4.1.1, vierde lid, 4.2.1, tweede lid, 6.2.7, onderdeel g, 6.2.8, eerste, tweede en vierde lid, 6.3.1, onderdeel d, 6.3.3, 6.3.8, 6.3.10, eerste en tweede lid, 7.2.3, 7.3.3, 7.3.6, derde lid, 7.3.8, derde lid, 7.3.9, eerste, tweede en derde lid, 8.2.3, onderdeel e, 9.1.1, eerste lid, van de Regeling aquacultuur;
- s.
het heffen van een vergoeding van de kosten, bedoeld in artikel 25, van de Kaderwet diervoeders, alsmede de hiermee samenhangende besluiten, bedoeld in de artikelen 4:86, 4:94, 4:96, 4:99 en 4:112 van de Algemene wet bestuursrecht;
- t.
het heffen van een vergoeding op grond van de Regeling retributies veterinaire en hygiënische aangelegenheden I;
- u.
de ontheffing, bedoeld in artikel 8, van de Regeling zekerheidsstelling en betaling van VWA-keurlonen;
- v.
het officiële toezicht, bedoeld in artikel 8.5k, vierde lid, van de Regeling handel levende dieren en levende producten;
- w.
de vaststelling van de raming, bedoeld in artikel 3, derde lid, van de Regeling zekerheidsstelling en betaling van VWA-keurlonen;
- x.
besluiten op grond van de artikelen 2.5, derde lid, en 2.6, zesde lid, van de Regeling tijdelijke maatregelen dierziekten;
- y.
de toestemming, bedoeld in artikel 41, eerste lid, van de Regeling identificatie en registratie van dieren.